Margjiei ila Curosio ids dc schoont Grieksche slavin Eglogè. Onder: Aureliano Fertile in de titelrol ran 'Mascagni's nieuu-e opera. „Welk een groot kunstenaar gaal in mij verloren!" l>e slotscène der derde acte voor de hut ran !\eros dienaar Fhaon. Acta (Signora llruna Fasa) ziel men uitgestrekt op den grond naast den keizer. Fe eerste scène uit de derde acte. Keizer Nero zingt een lied tijdens 't feestmaal in het Gouden Huis. •Ie „Cavalleria Rusticana" („Boereneer"), op touw gezet. Echter vernam hij, dat Arrigo Boïto, een bekend, ofschoon thans zoo goed als vergeten Italiaansch toondichter en libretto-schrijver uit die dagen, hetzelfde onderwerp op stapel had staan. Doch deze voltooide het werk niet. Toscanini maakte het af en voerde het in 1924 in dezelfde Scala uit, waar ook thans de zoo succesvolle opvoering plaats had van het muziekdrama van Pietro Mascagni. Toen Boïto in 1918 gestorven was, nam Mascagni zijn eerste ontwerp weer ter hand. Doch het zou nog tot 1933 duren vooraleer hij het voltooide, en in 1934 begon het Scala theater met de voorbereiding der eerste opvoering. J Ai opera telt drie acten, waarvan de laatste in twee scènes is verdeeld. In de le acte ziet men een Roineinselie taveerne bij avond. Iemand spreekt den vloek uit over de tyrannic van Nero en predikt er liet christendom. Plotseling komt een sclioone 'rieksche slavin, Eglogè, achtervolgd door twee mannen, binnensnellen, waarvan de een, die wordt aangevallen dooreen toevallig daar aanwezigen gladiator, Nero zelf blijkt te zijn in een vermomming. Eglogè wordt weggevoerd en Nero, die zijn aanvaller met theatrale grootmoedigheid vergeeft, blijft drinken en bezingt in de herberg den lof van den ouden Falerno-wijn. De 2de acte verplaatst ons naar het beroemde Domus Aurea (het Gouden Huis) op den Palatijnsehen heuvel. De eerste scène der 3de acte speelt in de eetzaal van het Gouden Huis, waar een feestmaal een tra gisch einde vindt in de vergiftiging van Eglogè door Nero's vroegere geliefde, de vrijgemaakte slavin Acta. Te midden van de zwelgpartij en den chaos wordt dan plotse ling een revolutie aangekondigd, en Nero, door allen verlaten, behalve door Acta en zijn dienaar Phaon, neemt de vlucht. De slotscène is verlegd naar Phaon's hut, vier mijlen van Rome. Soldaten snellen toe, docli Nero, die liever zich zelf dooden wil dan levend in de handen der opstandelingen vallen, ontbreekt het aan moed, totdat Acta, zichzelf den doodsteek toebrengend, uitroept „Kijk naar mij en leer te sterven." Bijgestaan door Phaon volgt Nero ten slotte haar voorbeeld en spreekt stervend de historische woorden „Qualis artifex pereo" „Welk een groot kunstenaar gaat in mij verloren

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1935 | | pagina 7