pastelblauwe ceintuur erbij. Gij zult verrast staau van het effect Bezit gij 'n wollen schaatstrui met 'n hoogen rol- kraag en wilt gij de trui graag 's zomers doordragen, hetzij op den motor, hetzij bij roei- en zeiltochtjes of om te kampeeren, dan zult gij er iets aan moeten doen om er een zomerseh tintje aan te geven. Wanneer gij den rolkraag uithaalt en hiervoor in de plaats een driedubbel linnen schotelkraagje met omgefestonneerden rand ophecht en vervolgens middenvoor een looze sluiting aanbrengt van zes kristallen knoopjes, dan zult gij uw wintersche trui niet meer herkennen. De borduursteken worden natuurlijk gewerkt in de kleur van de pull-over. Bezit gij een licht gekleur de trui met ritssluiting, een omgeslagen gebreiden boord en raglanmouwen, dan is ook hiervoor raad De omgeslagen boord wordt verwijderd. Een reep (van de uitgetrokken wol gebreid in 2 recht, 2 averecht) wordt als klein opgehecht. De slipjes worden in een strikje gelegd. Langs de bovenzijde wordt de reep met korenblauwe of bruine wol omgehaakt (vasten). De ritssluiting wordt los getornd en verwijderd, waarna men bolvormige knoopjes in de kleur van de garneering aanbrengt met een sluiting van laiton-lusjes of elastiek (rond), in de kleur. Langs den naad van de raglanmouw en hieraan evenwijdig worden straalsgewijs vanuit den boord strepen van steelsteken in blauwe of bruine wol gelegd. Gedragen bjj een rok in de kleur van knoopen en garneering, vormt dit een aardig geheel. Tenslotte kunnen onze lezeressen op deze pagina zien hoe een gebreide trui met een bovenstuk van gebreide kant langs het vierkante of bootvormige decolleté smaakvol wordt afgewerkt met twee of drie kleuren tafzijden lint, bijv. bleekrose, grijs en bleekblauw bij wit of lichtgroen, rose en bruin by beige, enz. Is het niet om dadelijk te gaan probeeren 1 LS we een pullover gebreid hebben dan wil het wel eens voorkomen, dat het resultaat van al onze moeite toch niet zóó is als wij verwacht hadden. Wij kijken naar het werk onzer handen en begrij pen niet hoe wij daar eerst zoo verrukt over hebben kunnen zijn. Een beetje onwillig breien wij verder. Wij hebben er geen lust meer in. De aardigheid is er af. Wij denken aan al die. beeldige goedkoope stofjes in de etalages..aan de vlotte, elegante blousjes en jurk jes van de modeshow, en dan kijken wij nog eens naar ons breisel en wjj zuchten hè néé. Toch is er dikwijls maar een kleinigheid toe noodig om van een oogenschijnlijk saai en weinig belovend kleedingstuk iets aardigs te maken. Er zijn vrouwen die de zeer aparte flair bezitten om in een handomdraaien te weten wat eraan hapert. Moet je zus doenen zóókijk en dan dit hierzie je wel f wijzen zij dan, alsof het de meest vanzelfsprekende zaak ter wereld was om een onfeilbaren smaak te bezitten. De verstandigen onder ons volgen zoo'n raad op loopen trotsch als een pauw rond, maar vergeten na een poosje dat niet zij, maar een ander dat goede idee gehad heeft. De onverstandigen halen de schouders op en zeggen smalend die verbeeldt zich dat ze alles weet. Zij slaan den gegeven raad inden wind en blijven tobben met him klee- ren-probleem. Zoo gaat het ons allemaal wel eens, lieve lezeressen voor vandaag hopen wij maar dat gij allen tot de verstandigen zult be- hooren en de goede raadgevingen van deze pagina ter harte zult nemen. Hier volgen een paar goede ideeën Als we een donkerblauwe pull-over hebben, die zoo goed als nieuw is, alleen maar wat opfleuring behoeft, waarom zouden wij er dan niet met witte wol groote, platte moezen op maken, zooals onze afbeelding laat zien 1 Een niet te smalle lakroode ceintuur voltooit het geheel. Wie wit een beetje te veel vindt afsteken en meer van bescheiden, minder in het oog vallende tinten houdt, kieze pastelblauw voor de moezen met een

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1935 | | pagina 38