Zesduizend personen werden gedood tijdens de groote aardbeving te Mongh.gr Britsch-lndie). JJe dooden liggen nog op den weg, wachtend om begraven te worden. Bij de groote aardbeving te Monghyr in Britsch-lndië kwamen duizenden mensehen om het leven. Een foto van een vernielde sigarettenfabriek in een der buiten wijken. bij de groote rampen, die bijwijlen meer oostersche landen teisteren. Een ontzettend voorbeeld is de aardbeving in de Chineesclie provincie Kansoe, in 1920. Daar verschoven de bergen in den nachtdaar hadden aardstortingen plaats, of het reusachtige watervallen waren daar openden zich afgronden, die huizen en karavanen opslokten; daar werden heele dorpen bedolven onder een woelende zee van losse aarde daar werden drie meren gevormd, waar voorheen akkers lagen. De ramp omvatte een gebied van 150 bij 450 K.M., waarop tien. stadjes en talrijke dorpen iagen. Er gebeurden dingen, niet minder vreemd, dai" de Romeinsche schrijvers van Pompeji verhalen. Zoo de begrafenis van Ma de Weldadige, een bekend Mahommedaansch ijveraar. Met 300 volgelingen was hij in een grot, om den heiligen oorlog uitT te roepen. Terwijl de mannen neerknielden op hun gebedskleedjes, werd de grot door een reusachtige aardstorting afgesloten. De wachter aan den ingang kwam als door een wonder vrij, maar de anderen waren zoo diep bedolven, dat hun lichamen ondanks ijverig en langdurig graven niet teruggevonden konden worden. Een heele berg met een tempel er op stortte in een dal. Een rij boomen langs een weg werd een kilo meter ver meegesleurd, zonder dat de kruinen of zelfs de vogelnestjes in de takken beschadigd werden. In zeker dorp kwamen alle inwoners om. behalve een stokoud echtpaar, dat door liefdelooze bloedver wanten in een woninkje buiten het dorp was gehuis vest. In een klein stadje waren twee reizigers afgestapt in een hotel. In den schrik van de aardbeving vergat de waard, zijn twee gasten. Eerst dagen later dacht hij aan hen men groef hun kamer uit, en vond beide mannen levend Zij wisten niet, wat er gebeurd waszij waren bewusteloos geweest, en dachten, dat zij gewoon een nacht geslapen hadden De waard rekende netjes kamerhuur voor den heelen duur van hun verblijf. Het aantal overlevenden was intussehen luttel. Het was al mooi, als een 20 h 30 mensehen het er levend afbrachten in een dorp van een paar honderd inwoners. In totaal gingen de levens van 200.000 menschen en een niet te schatten aantal dieren verloren. Drie maanden na de ramp lagen nog vele lijken van menschen en dieren rottend bijeen "in de straten. Zoo wordt China ongeveer iedere drie eenwen een maal geteisterd. Intussehen, groot is de veerkracht der menschenziel, en van de nooit stervende hoop De overlevenden in het Kansoe van 1920 beschouw den de ramp als een zegen want drie vijfden der slachtoffers waren Mohammedanen, „en." ze<™en de met-Mohammedanen, „de hemel slaat zijn hon derden, de Moslems slachten hun tienduizenden"! het eene land, het eene werelddeel, zwaarder en vaker geteisterd wordt door aardbevingen, dan het andere. Een dichte rotsbodem plant de schokken makkelijk voort, dikke lagen alluvium bieden er weerstand aan. Onze streken hebben dan ook heel weinig van aardbevingen te vreezen, Sicilië en Japan en andere streken veel meer. Aardbevingen, die steden verwoestten, telde men in een eeuw tijds in China 39, in Japan 22, op de Philippijnen 21, in Griekenland 19, in Italië 16, in Chili 11, in Peru 8. De aardgolvingen planten zich soms met groote snelheid en met groote kracht voort. De grootste snelheid, die men heeft waargenomen, is 5200 M. per seconde. Ook zeebevingen kunnen zeer hevig zijn, en aan de kusten kunnen zij groote verwoes tingen veroorzaken. Te Pisco, in Peru, trok de zee zich in 1690 vijftien kilometer van de kust terug, en stormde drie uren later weer aan. Huizen werden weggeveegd, boomen uitgerukt, schepen op het land gesmeten, soms kilometers ver, en tiendui zenden lijken werden in het slijk gevonden, toen de i Een troosteloos beeld van het door een qardbeving verwoeste Japansche stadje M ischium golven het evenwicht hervonden hadden. Het geluid eener aard beving kan stijgen van een dof gerommel tot een wilden donder. Zóó beschreef het prof. S. Meunier, die in 1887 de aard beving van Mentone meemaakteeerst een ver gezucht, dat langzaam toenam, tot het leek op het rollen van een kruiwagen, en vervolgens van een rijtuig, dat steeds sneller reed eindelijk werden het echte donderslagen, vermengd met een „oorver- doovend lawaai, zooals men hooit van leege omni bussen, die over slecht plaveisel rollen". Het bed, waarin de geleerde lag, werd eerst in de lengte, toen in de breedte door de kamer geslingerd. Die schok duurde ruim een minuut; een zwakkere schok kwam tien minuten daarna, een derde drie uren later. Te Mentone stortten verscheidene huizen in, te Nice een huis en een school. Zoo'n aardbevinkje is echter maar een kleinigheid

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1935 | | pagina 3