De Zwarte Leeuw
G'
laat zijn tanden zien
Ed. Th. Kauev:
1
Na dun slag bij Koatit trok Bas Manguschadie
gewonnen had, met zijn mannen af. En de Italianen
ivaren zoo onvoorzichtig, hen na te trekken en snel
voort te dringen naar het Zuiden!
VIERDE
VERVOLG
RAAP Antonelli bracht
een verdrag met Me-
nelik tot stand. Hij
leverde geld en wapens,
Menelik erkende het Italiaansch
bezit aan de kust der Roode
Zee. Maar er kwam ruzie over dat verdrag. Menelik
hield zich aan den tekst in zijn eigen taal, want
Europeesche talen verstond hij nietAntonelli echter
beweerde uit den Italiaanschen tekst te lezen, dat
Italië het protectoraat over Abessinië zou uitoefe
nen en dat land tegenover de vreemde mogend
heden vertegenwoordigen. „Dank je feestelijk," zei
Menelik toen „ik erken geen verdrag meer
Antonelli verdween. Baratieri had het woord.
Hij had zijn plan gauw klaar Tigré overweldigen,
vóór de Keizer der Keizers met zijn trouwe Schoanen
kon aanrukken.
Dit plan had kunnen lukken. Menelik was nog
verre, en de troepen van Ras Mangaschh, den
„koning" van Tigré, waren in tweeën gesplitst.
Baratieri hoefde maar te kiezen, welk van die twee
legers hij 't eerst verslaan zou. Maar hij koos geen
van beide. Hij ging de stad Adoea innemen.
Zoo kreeg Mangaschk tijd, zijn troepen te ver-
eenigeu. Ook de Schoanen kwamen, en een heel jaar-
te laat, in Januari 1895, begon Baratieri te vechten....
tegen de vereenigde Abessinische legerscharen
Dat was bij Adi-Oegri.
De Italianen kwamen er met een paar blauwe
oogen af en trokken terug. Zij werden niet ver
volgd.
Het Abessinische leger in „plaats rust".
Het verdere verloop der zaak is zonderling.
Ras Mangaschit ging langzaam achter de Italianen
aan. Hij trof ze bij Koatit, er werd gevochten, en
Mangascha won. En tochhij maakte rechts
omkeert en trok af.
„Aha," dacht Baratieri„ze durven nietIn
overmoedige snelheid drong hij voort naar 't Zuiden.
Hij veroverde Adrigat en stelde er een overlooper.
Agos Tafari, als „gouverneur" aan. Nog vond hij
geen verzet verder ging hij. In Makallo bouwde
hij een fortje, liet hij een bezetting achter. Nog
meer versnipperde hij zijn leger hij bezette Adoea.
de hoofdstad van Tigré. Toen hield de regentijd
hem in bedwang.
En meer zuidelijk verzamelde Menelik zijn mannen.
Hij had de leuze „Abessinië voor de Abessiniërs
aangeheven, en rekende op 60.000 man, hoopte op
100.000. Er kwamen er 150.000.
Aan het einde van den regentijd was Baratieri
nieuwsgierig, wat de Negus uitvoerde. Hij zond
2400 man onder majoor Toselli zuidwaarts. Dit
legertje liep den krijgers van Ras Mokonnen recht
in de armen. De Italianen vochten dapper, maar
zij hadden geen kans. Slechts 500 van de 2400 brach
ten 't er levend af.
Nu denkt Baratieri aan den terugtocht -maar te
laat. Galla's zwermen met hun snelle paarden als
wespenzwermen om de Italiaansche kolonnes. Het
fort Enda-Gesü wordt door de Abessiniërs ingesloten,
weer 1800 Italianen uitgeschakeld Baratieri heeft
nog maar 7500 man bij zich, de grootste helft van
zijn garnizoen is over een aantal garnizoenen ver
deeld. Ende Abessiniërs ruiken de zege al.
Zij voelen heel goed, dat er aan hun hoofd geen
Theodoor, aan het hoofd der blanken geen Napier
staat. Steeds meer stamhoofden sluiten zich bij
Menelik aan, stamhoofden, die eerst nog met de
Italianen onderhandelden.
Er komen versterkingen te Massaoea aan nog
eens 16.000 man met negen batterijen. Baratieri
herademt.
Maar de Negus weet alles. Dat barbaarsehe leger
zonder uniformen, zonder schoenen, bijna zonder
wapens, bezat één ding .- een uitstekenden spionnage-
dienst. Ieder uur hoort Menelik nieuws.
Dit is zijn doelhet oude en het nieuwe legercorps
van elkaar gescheiden te houden. Hij voert een
omtrekkende beweging naar het Noorden uit, en hij
weet Baratieri moet mee. De Abessiniërs weten
ongedeerd de vijandelijke artillerie-stellingen voorbij
te komen de Italianen echter ontkomen niet aan
voedselgebrek. Zij hebben niet als de Engelschen
in 1868 twee lastdieren op één man, maar één
lastdier op twee man. Het rantsoen wordt steeds
schraler.
Tegen Kerstmis 1895 begreep de Italiaansche
premier Crispi, dat het zoo niet gingBaratieri
kreeg een paar vinnige telegrammen. Italië wou
eindelijk eens resultaten zien. „Goed," zei Baratieri.
„we zullen u bedienen
Den 29en Februari, 's avonds om negen uur, trok
het Italiaansche leger in drie kolonnes op, om slag
te leveren
J Jet is een ontzettende ramp, kreunde Crispi, vijf
dagen na den slag, voor het parlement. En
stamelend deelde hij mee, dat de regeering haar