cssolu
DE MAN, DIE DEN
DURF HAD
door William H. CyVforris
ONTMOETING IN
DEN DIERENTUIN
WffóSSI
30
HAROLD Preemby was bediende
op bet kantoor van een groote
bouwonderneming, die een nieuw
blok huizen zette bij Broekleheath in
Kent. lederen Vrijdag, wanneer
mr. Culpepper, de kassier, naar de bank
ging om het loon van de werklui te
halen, moest Harold met hem mee.
Indien er ooit rekening werd gehouden
met de mogelijkheid van een roofover
val, dan was er nauwelijks een minder
betrouwbaar geleide te vinden, want
Harold, een magere, opgeschoten jonge
ling, met een paar bijziende oogen,
keek van achter zijn uilenbril -dien
hij steeds moest dragen, omdat hij
anders half blind was vrij stuntelig
de wereld in. Maar hij behoorde tot
de jongeren op kantoor en kon het beste
worden gemist.
De andere bedienden benijdden hem
zijn wekelijksch uitstapje, maar Harold
zelf had er een gruwelijken hekel aan.
En wel om de eenvoudige reden, dat
hij een zware, met koper- en zilvergeld
gevulde tasch moest dragen, waardoor
zijn slappe spieren hem na verloop van
eenigen tijd pijn gingen doen.
En bovendien wat eigenlijk nog
erger was leefde hij voortdurend
in angst, dat er op een gegeven oogen-
blik struikroovers zouden opdagen.
De weg naar de bank liep over een open
vlakte, waar nog niet werd gebouwd
en verder door een klein kreupelbosch,
dat Harold altijd had getroffen als een
ideale plek voor een overval.
Als derde bezwaar gold, dat mr. Cul
pepper de laatste persoon was, dien
Harold vrijwillig zou hebben uitgekozen
voor een gezamenlijke wandeling, want
de kassier was een gezet, kaalhoofdig
man, met een hardvochtigen blik in zijn
kleine kraaloogen, een scherpe tong en
een uiterst prikkelbaar humeur.
De tasch, die mr. Culpepper droeg,
was nooit bijzonder zwaar, want ze
bevatte uitsluitend bankbiljetten van
een pond en tien shillings. Desondanks
raakte hij er van buiten adem en zijn
reeds van nature kwaadaardig humeur
werd hierdoor zoo geprikkeld, dat hij
bereid was Harold bij de minste, of
liever zonder eenige aanleiding af te
snauwen.
Alles samengenomen beteekende de
regelmatige tocht naar de bank een
beproeving, die de heele week voor
Harold Preemby vergalde en voor hem
zelfs het genoegen bedierf van den
naderenden vrijen Zaterdagmiddag
en Zondag.
Harold voelde zich nog ellendiger
dan anders, toen op een zekeren
Vrijdagmorgen het gebruikelijke
uitstapje weer werd ondernomen.
Dit kwam, doordat er een dikke
mist hing, die, naar zijn meening, de
kans op een overval grooter maakte.
Terwijl ze moeizaam voortscharrel-
den over de open vlakte, sloeg
Harold's hril aan door het vocht,
zoodat hij weldra zoo goed als niets
meer kon zien. Toch durfde hij niet
stil te blijven staan om de glazen
schoon te vegen, want mr. Culpepper
was dien morgen in een uitzonderlijk
slecht humeur en ging zoo oneer
biedig te keer, dat de jonge man er
diep van onder den indruk kwam.
Mr. Culpepper vond het zelfs niet
eens noodig om op de gewone afge-
beleefde manier den groet
van den bankkassier te beantwoorden.
Hij borg grommende en mopperende
het geld in de tasschen en beval Harold
de zwaarste van de twee te nemen.
Zelf pakte hij de andere op, waarna
hij zóó snel den terugtocht begon te
ondernemen, dat by den zwaar-beladen
Harold, ondanks de door den mist
veroorzaakte klammige kou, al spoedig
de zweetdruppels op het voorhoofd
stonden. waaruit hij afleidde, dat de kassier een van den kassier te deelen. Vandaar
De tasch, die hij droeg, scheen van heldhaftigen strijd voerde voor het dat hij vluchtte in de richting, tegen-
minuut tot minuut zwaarder te worden behoud van de tasch, die hij met zich overgesteld aan die door mr. Culpepper
en hij moest haar telkens van de eene meedroeg. aangewezen. Hij hoopte zoo spoedig
hand in de andere overnemen. Harold nikte onverpoosd aan den mogelijk Broekleheath te bereiken en
Weldra hadden ze de geplaveide en hoed, te zeer door schrik aangegrepen daar een politieagent te vinden,
verlichte straten van het oude Broekie- om er acht op te slaan, dat zijn neus Hij had juist het einde van het kreu-
heath achter zich liggen en volgden en ooren kans liepen beschadigd te pelbosch te pakken, toen hij recht voor
ze den met diepe sporen doorploegden worden. Plotseling hoorde hij een doffen zich uit in den mist een figuur zag
landweg, die naar het in aanbouw zijnde slag en een gekreun, gevolgd door opdoemen.
blok huizen voerde. voetstappen, die zich snel verwijderden „Help Moord Dieven gilde hjj
Toen ze het struikgewas hadden -en met een laatsten, krachtdadigen uit alle macht. Hij wist eigenlijk niet
bereikt, begon Harold, 1 li de gedachte, ruk scheurde hij zijn gehavende hoofd- eens wat hij schreeuwde het was hem
dat deze plek vooral met zülk weer een bedekking los. alleen te doen om de aandacht te trek-
geschikte gelegenheid bood voor ban- ken van den, naar zijn meening, toe-
dieten, nog erger te transpireeren. tiet eerste wat hij zag was 'n verfom- valligen wandelaar.
Onder de boomen bleef de mist zwaarder faaide mr. Culpepper, die ruggelings In plaats van te blijven staan, zette
hangen en iedere struik en iedere boom- op den grond lag en kreten liet hooren, de vreemdeling het echter ook op een
stronk leek een roover, die in een hinder- die weinig menschelijks meer hadden, loopen, maar Harold Preemby verkeerde
laag lag. Behalve het zuigende geluid Harold was in de worsteling met den in een tè verwarden toestand om deze
van hun eigen voetstappen op den hoed zijn bril kwijt geraakt en kon handelwijze eigenaardig te vinden
glibberigen bodem, heerschte er een dus zoo goed als niets onderscheiden, bovendien was het precies hetzelfde
onheilspellende stilte. Bovendien dempte en verwrong de mist wat hij onder zulke omstandigheden
Ze waren halverwege, op een plaats de geluiden zoo eigenaardig, dat hij er ook zou hebben gedaan,
waar de boomen en het kreupelhout niet zeker van was in welke richting de Zoo joeg hij onder luide kreten achter
het dichtst op elkaar stonden, toen bandieten waren gevlucht, hoewel hij den man aan in de verwachting hem
Harold het schuifelen van snelle voet- hun voetstappen in de verte nog kon tot stilstand te kunnen brengen. De
stappen achter zich hoorde. Met een hooren. schrik gaf hem zoo'n snelheid, dat hij
kreet van schrik draaide hij zich om Met moeite wees mr. Culpepper naar zijn „prooi" al spoedig had ingehaald,
en bemerkte, hoe twee nauwelijks te de open vlakte. „Dien kant zijn ze temeer daar deze in zijn bewegingen
onderscheiden figuren, die de petten uitgegaan. Haal mijn tasch terug, werd belemmerd door een zware tasch,
diep in de oogen hadden getrokken, Laat ze er niet mee uit de voeten die hij bij zich droeg,
bliksemsnel op hem afsprongen. komen," sprak hij met zwakke, hijgende Indien Harold zijn bril nog had op
Hij had nog juist gelegenheid om stem. Harold was ondertusschen over- gehad, zou hij de tasch wellicht hebben
vast te stellen, dat de beide aanvallers eind gekomen. herkend en het tot hem zijn doorge-
een zakdoek voor mond en kin hadden Toen kreunde mr. Culpepper erbar- drongen, dat hij een van de struikroo-
gebonden en kreeg toen een zwaren melijk. „Ze moeten van binnen iets vers op de hielen zat. Hij was zich van
slag op het hoofd, waardoor zijn bolhoed bij me stuk hebben geslagen," stamelde dezen waren stand van zaken niet
hem over de oogen zakte en hij tijdelijk hij, terwijl hij zich omrolde met een bewust, totdat de man eensklaps
niets kon zien. werkelijk verontrustende beweging. bleef staan en zich omkeerde.
Hij liet de tasch met koper en zilver Indien er nog iets noodig was geweest Toen maar te laat herkende
vallen en ging op den grond liggen om Harold Preemby's ontsteltenis te Harold de tasch en werd hij zich bewust
spartelen in een heftige poging om het vergrooten, dan was het wel de gedachte, van de vreeselijke waarheid. Hij gilde
hoofddeksel, dat muurvast over zijn dat mr. Culpepper voor zijn oogen den van angst en probeerde zijn vaart in te
omvangrijke ooren en neus zat, weer laatsten adem zou uitblazen. Hij nam houden, terwijl de schurk luid tierende
omhoog te krijgen. de beenen en liep wat hij kon. op hem afsprong en ondertusschen met
Ondertusschen hoorde hij op schorren Maar hij was niet van plan om een een zandzak zwaaide,
toon geuite moorddadige bedreigingen paar bloeddorstige struikroovers na De mist had den weg echter glibberig
en gedempte kreten van mr. Culpepper, te jagen en de kans tejloopen het lot gemaakt en Harold's voeten gleden
onder hem weg. Hij sloeg met de
armen in de lucht, als de wieken van
een windmolen, in een vergeefsche
poging om zijn evenwicht te bewa
ren, dook in de richting van den
bandiet en de kwaadaardige tik met
den zandzak, dien de kerel voor
hem had bedoeld, miste zijn schedel
op enkele centimeters.
Voordat de booswicht wéér kon
toeslaan, had een van Harold's wild
warrelende vuisten hem heftig in de
maagstreek getroffen en de vent
ging van de sokken. Door dezen
slag volkomen buiten gevecht ge
steld, lag de struikroover, dubbel
gevouwen op den grond, naar adem
te snakken.
Nog te zeer van de kook 0111
te weten wat er eigenlijk was ge
beurd, krabbelde Preemby over
eind. Op dat oogenblik klonken
aanstormende voetstappen en kwam
mr. Gowler, de directeur van de
Wij wenschen U een prettige vacantie en hopen dat Uw
goede stemming niet door autopech bedorven zal worden.
OE SUPER OLIE VOOR MOTOREN
sso Super brandstol
dat is wat Uw
wagen noodig heeft
GRAVENHAGt