DE GELUKSDAG door CAlph. cDelaclier Nooit meer vetwormpjes 32 door eenvoudige zuurstof- behandeling zelf toe te passen. Vetpuistjes, uitgezette poriën en der gelijke huidontsieringen beteekenen, dat de huidporiën door onzuiverheden ver stopt zijn en de onderhuidsehe weefsels niet goed functionneeren. Alleen natuur lijke, zuiverende zuurstof kan dit kwaad genezen. Wanneer U een flinke lepel Radox door Uw waschwater mengt, ziet U de zuurstof, die Radox vrijmaakt, in sprankelende belletjes naar de opper vlakte komen. Deze verfrisschende, ge neeskrachtige zuurstof zal Uw arme, verstopte huidporiën openen en zuive ren, en de onderhuidsehe weefsels en kliertjes bereiken, waarvan de algeheele gezondheid der huid afhangt. Deze weefsels worden door Radox gevoed en versterkt, waardoor de geheele huid als 't ware verjongt. Probeer Radox van avond nog. Om vetpuistjes of rimpels onmiddellijk te verwijderen is de een voudige gebruiksaanwijzing bijgesloten. Als algemeene schoonheids-behandeling hoeft U niet anders te doen, dan telkens wanneer U het gezicht wascht, wat Radox door het water te mengen. Binnen enkele dagen zult U verwonderd zijn over Uw eigen teintjeugdig, zacht en elastisch, zonder eenige ontsiering. Radox is ver krijgbaar bij alle apothekers en dro gisten a f 0.75 per pak, omzetbelasting inbegrepen. Imp. N.V. Rowntree Handels-Maat schappij, Heerengr. 209, Amsterdam-C. PERMKJf WRKLEY PIERRE Serusier had zijn vlucht van het eiland Cayenne lang te voren bepaald op den zevenden Juli. Die datum was niet willekeurig gekozen, maar alleen omdat hij dien dag als zijn geluksdag beschouwde. Op een zevenden .1 uli was hij geboren en op een zevenden Juli getrouwd. Een jaar later was hij op den veertienden Juli - een veelvoud van zeven verblijd met de geboorte van een zoon en nog een jaar later was hem op den zevenden Juli de hoofdprijs ten deel gevallen van de paardenrennen van Auteuil. Het cijfer zeven had dus een gelukkige beteekenis gehad in zijn leven en ofschoon hjj be weerde niet bijgeloovig te zijn, was hij in den loop der jaren den zevenden Juli gaan beschouwen als een dag, waar op niets wat hij ondernam hem misluk ken kon. Serusier was voor het plegen van een moord, waarbij wraak als motief had voorgezeten, tot twintig jaar deportatie veroordeeld. In het eerste jaar van zijn verblijf op Cayenne had hij besloten te vluchten en het tweede jaar had hij gebruikt, om toebereidselen te maken voor zijn vlucht. Hij was te werk gegaan met de behoedzaamheid van een man, die geduld weet te oefenen, omdat hij niets riskeeren wil en toen zijn derde jaar op Cayenne was aangebroken, sloeg hij op een nacht den laatsten gestolen spijker in het primitieve vlot, dat hij onder den vloer van zijn huisje verbor gen had. Toen was hij gereed en wachtte hij alleen nog maar op het aanbreken van den nacht van den zevenden Juli. fn den vooravond van den zesden ver brak hij 't geheim van de voorgeno men vlucht. Hij zat in de kleine can- tine met Jean Valdeaux, den eenigen riend, dien hij zich hier gemaakt had. Valdeaux was een politiek veroordeelde, een man, die nooit een overtollig woord over zijn lippen liet komen, en die op liet woelige wereldje rondom zich neer zag met de beschouwende belangstel ling van een Stoïcijnsch wijsgeer. In een hoek van de cantine sputterde de radio, aan de ruwhouten'tafel zaten een paar gedeporteerden te kaarten en tus- schen al dat rumoer door vertelde Se rusier in afgebroken halve zinnen van zijn vlucht. „Vannacht, omstreeks één uur. besloot hij zijn gefluisterde verhaal. „Gevaarlijk," mompelde Valdeaux, zonder de minste verrassing te laten blijken. „Niet zoo erg, als het zich laat aan zien. 'k Heb alles nauwkeurig berekend. De stroom loopt in Noord-Westelijke richting op de kust aan. Ik verwacht ergens in Nederlandsch of Engelsch Guyana terecht te zullen komen." „Dan beginnen de moeilijkheden pas." „Toch niet. Mijn vrouw heeft geld en papieren naar Paramaribo overge maakt. Eenmaal daar ben ik gered, 'k Neem een schip naar Lissabon. Mijn vrouw en mijn jongen voegen zich daar bij me. Alles is zorgvuldig overlegd, het plan kén bijna niet mislukken. Ik heb er veel vertrouwen in, morgen is het mijn geluksdag, weet je Valdeaux schudde bezorgd het hoofd. „Ik zou mijn leven niet op zoo'n manier durven wagen. Een onbestuurbaar vlot, temidden van honderden haaien Hij zweeg plotseling. Vanuit den luidspreker in den hoek verhief zich een stem. „Ernstig spoorwegongeluk te hem niet veel wijzer, doch wel ge- bij Aix-les-Bains. Negen dooden, twin- ruster. tig zwaar en licht gewonden„Het radiogram werd vertraagd, zei Serusier luisterde er niet naar, de de opzijphter. „Toeval dat-ie het niet anderen evenmin. gehoord heeft. De gouverneur komt „Ik weet het, 't is niet zonder ge- bij het morgenappèl, hij wil het zelf....' vaar," antwoordde Serusier, „maar ik „Een beroerd geval, ik zou niet graag durf het er op te wagen. Ik houd het in zijn schoenen staan," antwoordde de niet langer uit. 'k Sterf van verlangen bewaker op het gemompel, dat wegge naar mijn vrouw en kind. En als het storven was in een onverstaanbaar ge- vluchtplan me al dien tijd niet op de fluister. been had gehouden, zou ik allang be- Toen gingen de stemmen en de schre- zweken zijn. Ik kan geen zeventien jaar den weer door. Serusier herademde, meer buiten hen leven. Zelfs geen jaar Het was een dienstzaak, waarover het meer. Ik wil hen terugzien, allebei, mijn gesprek geloopen had. Bepaald was er vrouw en mijn kindiets bijzonders aan de hand, iets dat een Zijn stem brak in een zackten snik, bewaker betrof. En in elk geval iets, die verloren ging in de klanken van den dat de gemoederen nogal bezighield, luidspreker„De machinist trachtte want anders gebeurde het nooit, dat nog, door onmiddellijk alle remmen aan er nog zoo laat gesurveilleerd werd. Met te zettende vlucht had het echter niets te maken, Valdeaux luisterde even naar den in dat geval zou men zijn huisje wel omroeper en Serusier veegde heimelijk hebben geïnspecteerd, een traan weg. „Ja, het verlangen naar de vrijheid /gerustgesteld gaf hij zich weer over aan is machtig. peinsde Valdeaux eens- zijn droomen. Te middernacht stond klaps halfluid. hij op zijn geluksdag was eindelijk aan- Serusier maakte een hartstochtelijk gebroken. Hij kleedde zich vlug aan en gebaar, 't Is de vrijheid niet," zei hij begon schier zonder gerucht den vloer heesch. „Ik wil in ballingschap leven en van zijn huisje op te breken. Een half sterven, als ik mijn vrouw en kind maar uur later sloop hij met het lichte vlot bij me heb. Zonder hen kan ik niet leven, op zijn rug naar den oever. Tot zoover zeg ik je. Misschien klinkt dat kinder- ging alles goed, doch van nu af aan zou achtig, onmannelijk. Misschien lach je de geluksster hem moeten leiden, die me er om uit, maar o, als je wist wat boven den zevenden Juli was opgegaan, er in me omging in die eenzame nach- Zonder gerucht gleed het vlot te vra ten ter. Serusier plaatste zich in het midden In machteloos verlangen wrong hij en stiet het met één voet van den kant zijn handen samen en Valdeaux wierp af. Het lichte vlot schommelde, doch hem een sympathieken blik toe. „Ik bleef drijven en werd spoedig door den kan het begrijpen," zei hij hartelijk. stroomgegrepen.Met'ndiepenzuchtvan „Ik wensch je succes, Pierre. Vergeet vreugde zag Serusier het eiland van zich me niet, als je eenmaal in veiligheid wijken. Alles ging goed, daarginds had bent. Met een enkel lettertje ben ik men niets bespeurd van de vlucht. Hij reeds tevreden." strekte zich languit neer en nam een Serusier knikte en wierp een vluch- ster in het oog, om de richting te bepalen tigen blik op de kaartspelers. Niemand waarin hij dreef. Doch nauwelijks was lette op hen en onder de tafel gaf hij hij gemakkelijk gelegen, toen hij hevig zijn vriend de hand. verschrikt het hoofd ophief. 3 an het „Vaarwel," fluisterde hij en tegelijk eiland klonk een schrille fluittoon, het stond hij op. Toen hij het zaaltje ver- geluid dat iemand voortbrengt, als hij liet, ving hij nog juist een paar namen op zijn vingers fluit. Doodelijk ontsteld op van de slachtoffers van het spoor- hield hij zijn adem in. Was het een wegongeluk „Meneer Durenne, heden- waarschuwing aan de wacht in den uit- middag overleden. Mevrouw Mautard, kijktoren? Of was het misschien geen bij de botsing gedoodmenschelijk geluid t „Frankrijk, Lucy, kleine Pierre. Er verstreken dertig, veertig secon- mompelde hij met een zachten glim- den. Toen flitste het zoeklicht op van lach, bij het hooren van die vertrouwd het eiland. De straal viel recht op het klinkende namen. Toen trad hij naar vlot en Serusier hief in doodsangst de buiten. Hij begaf zich terstond naar handen op. zijn huisje. Sinds een jaar was hjj ge- „Lucie. Pierre. gilde hij woon geweest vroeg naar bed te gaan, radeloos. om 's nachts te kunnen werken en hij Toen kraakte er eensklaps een mitrail- wilde daar vanavond niet van afwijken, leur. Er klonk een rauwe doodskreet Hij mocht vooral deze laatste uren niet over de wijde wateren en daarop werd opvallen door een veranderde gewoonte plotseling alles weer stil, doodstil. De en dus begaf hij zich onmiddellijk naar vlucht was mislukt: de looden slang uit bed. den dood- en verderfbrakenden mitrail- Geruimen tijd lag hij droomend te leurmond had aan alle heerlijke illusies luisteren naar het sterke gedruisch van van Pierre Serusier een einde gemaakt, de golven, die braken op de kust. Toen werd hij zich plotseling met een schrik- T~)en volgenden morgen stond de heele schok bewust, dat er iets ongewoons strafkolonie in treurig zwijgen bij voorviel op het eiland. Schreden na- een aangespoeld vlot. derden zijn huisje, bleven staan en „Op den zevenden Juli, zijn geluks- gingen weer door. Opnieuw naderden dag...." spotte iemand somber, schreden en ook deze hielden stil voor z'n „Misschien tóch zijn geluksdag," deed deur. Scherp lag hij te luisteren, doods- de zachte stem van den opzichter zich bang dat zijn plannen misschien op het hooren. „Hij hield dolveel van zijn laatste oogenblik ontdekt waren. Toen vrouw en zijn kind en gisterenavond hoorde hij stemmen, mompelende stem- kwam 't bericht door de radio, dat ze men die van den opzichter en van een beiden gedood zijn bij het spoorweg bewaker. Wat hij ervan verstond maak- ongeluk bij Aix-les-Bains...."

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1935 | | pagina 32