HET IS GEHAAKT!
KLEEDJE VOOR PRESENTEERBLAADJE
In elk van de aldus
ontstane schulp jee haken
wij 1 vaste 1 stokje
3 dubbele stokjes1 stok
je I vaste.
Wanneer alle zes schulp -
jes aldus tot bloemblaad
jes zijn gevormd, haken
wij dc bladeren door
instekend tusscben twee
bloemblaadjes óf 5 of 7
of 9 lossen te haken.
(In het patroon komen
n.l. kleine, grootere en
groote bladeren voor, zoo-
als duidelijk te zien is).
In de vijf opzetsteken
baken wij1 vaste2
2 dubbele stok-
WIE zou niet graag zoo'n groven kanten
kraag en manchetgarnituur bezitten om
nieuwe japonnen mee te versieren en jurken
van verleden jaar mee op te knappen
Het ziet er echt kostbaar uit, zooiets van dat-is-
toch-niets-voor-mij-want-dat-kan-ik-niet-betalen.
Maar het is gehaakt
En waarom zouden wij het niet zelf haken, het
is heelemaal niet moeilijk en veel materiaal is er
ook al niet voor noodig.
Laten wij maar dadelijk beginnen
Van dunne witte wol of van wit of écru haak-
garen haken wij 8 lossen die tot een ring worden ge
sloten door den laatsten steek in den eersten vast te
haken.
Hierin haken wij 6 stokjes, onderling verbonden
door telkens 4 lossen.
jes.
In de 7 opzetsteken
haken wij 1 halve vaste
1 vaste 3 stokjes2 dub
bele stokjes.
In de 9 opzetsteken
haken wij 1 halve vaste
1 vaste 3 stokjes4
dubbele stokjes. Steeds
van het uiteinde naar de
bloem toegaand.
Geheel naar eigen keu
ze haken wij een aantal
losse bladeren in de drie
afmetingen en een aantal bloemen met achter ieder
bloemblad een blaadje (deze behoeven niet precies
allemaal even groot te zijn).
Van een bestaand garnituur knippen wij kraag
en manchetten na van stevig papier.
Hierop rangschikken wij de van te voren ge
haakte onderdeelen tot een zoo fraai mogelijk geheel
te zamen. Gemakshalve kunnen wij bloemen en
bladeren eerst spelden, vervolgens rijgen en tenslotte
met onzichtbare steekjes in de kleur van het
gebruikte materiaal vasthechten.
In effen wit op donkerblauwe stof of in touwkleur
op donkerrood of zwart satijn, staat dit garnituur
buitengewoon fraai.
Benoodigd materiaal: 2 kluwen (20
gram) of 4 kluwen (10 gram) Anker Cordonnet
Mercerisé Nr. 60 s F 625 (beige) 2 strengen Anker
mouliné F 474 (licht bruin) stalen haakpen Nr. 5
ongeveer 46 c.m. linnen.
Begin met 4 1. aanhechten met ss (ga met de
haakpen in den eersten 1., draad over de naald en door
alle 2 lussen doorhalen). Haak 8 v. in de rondte,
2 v. in iederen 1. van den vorigen toer.
5 1. sla 1 v. over, 1 s. in de volgende v., 2 1.
herhalen vanaf rondom, aanhechten met ss. in
de 3e van de 5 1.
3 v. in de opening, 1 v. op het s., herhalen
vanaf rondom.
Haak nog 2 toeren v. en meerder 8 keer in
iederen toer (48 v.)
7 1., sla 2 v. over, 1 s. in de volgende 4 1.,
herhalen vanaf rondom, eindig met ss. in de 3e
van de 7 1. (16 openingen).
5 v. iniedere opening, 1 v. op het s. rondom.
10 1., sla 11 v. over, 1 v. in den volgenden
v., herhalen vanaf rondom. 12 v., in de eerste
opening, 1 losse, omdraaien.
Sla den eersten v. over, in iederen van de volgende
10 v., 1 losse, omdraaien. Herhaal den laatsten toer,
sla steeds den eersten v. over en haak bij iederen
toer een v. minder tot er nog maar 2 v. over zijn,
ga met ss. op den achterkant van het haakwerk
langs de punt naar beneden, 12 v. in de volgende
opening enz. en haak op dezelfde manier tot er
8 punten zijn.
15 1., 1 v. op de punt van den eersten top,
8 1., 1 dubbele driev. s. (draad 6 keer over de
naald) tusschen de volgende 2 toppen, 8 1., 1 v.
op de punt van den volgenden top, 8 1., 1 vijfv. s.
(draad vijf keer omslaan) tusschen de volgende 2
toppen, 8 1., 1 v. op de punt van den volgenden
top, herhalen vanaf nog 2 keer, eindig met
8 1., 1 dubbel driev. s. tusschen de volgende twee
toppen, 8 1., 1 v. op de punt van den volgenden
top, 81., ss. in den 7en van de 15 1. Ga met ss langs
den ketting van lossen naar de punt van den
eersten top, 4 1., 1 driev. s. op het dubbele
driev. s. van den vorigen toer, 3 1., 1 vierv. s.
in dezelfde plaats, 3 1., 1 vijfv. s. in dezelfde plaats,
3 1., 1 vierv. s. in dezelfde plaats, 3 1., 1 driev. s. en
dezelfde plaats, 41., ss op de punt van den 2en top e,
langs don ketting van lossen naar den volgenden top,
herhalen vanaf nog 3 keer, eindig met 4 1., 1
driev. s. op het dubbele driev. s., 3 1., 1 vierv. s. in
dezelfde plaats, 3 1., 1 vijfv. s. in dezelfde plaats,
3 1., 1 vierv. s. in dezelfde plaats, 3 1., 1 driev. s. in
dezelfde plaats, 4 1., ss op de punt, van den top en
langs de overgebleven 8 lossen. Breek den draad af.
Haak nog 9 vierkantjes op dezelfde manier. De
ruiten moeten 6% c.m. groot zijn.
Filethaakwerk Haak 50 1., 1 s. in den lOen
1., 41., sla 3 1. over, 1 s. in den volgenden 1., herha
len vanaf nog 9 keer, 8 1., omdraaien.
1 s. in de eerste opening, 4 1., 1 s. in de volgende
opening, herhalen vanaf nog 9 keer.
Herhaal den laatsten toer nog 5 keer. Draad
afbreken.
Haak nog 9 stuks ervan. Hecht lxet filet-haakwerk
aan de vierkantjes, zoodat er aan iedere smalle zijde
telkens 2 stuks en aan iederen breedte-kant telkens
3 stuks zijn.
Binnenrand: Haak 4 v. in iedere opening
van den ketting en 8 v. tusschen de toppen, haak in
de hoeken 3 v., tot één lus.
Haak 1 toer openingen op den eersten toer beurte
lings 1 s. en 2 1.
De buitenrand wordt op dezelfde manier gehaakt,
maar in den eersten toer komen aan de hoeken 3 v.
in het vijfv. s. en s. afgewisseld door telkens 2 1. in
den 2en toer.
Plaats het haakwerk op het linnen en markeer
de contouren met potlood. Festonneer op de gemerkte
lijn den rand met 4 draden en het haakwerk over
het linnen.
Eand: Men meet vanaf het haakwerk 6'/2 c.m.
Het linnen wordt rondom c.m. ingeslagen
rondom haakt uien vasten genoeg, om 94 openingen
aan de lengte-zijden, en 76 aan de breedte-zijden te
verkrijgen. Aan de hoekon haakt men 3 s. met 2 1.
ertusschen.
Ga met s.s. langs 2 openingen aan den hoek, 12
v. langs de volgende 4 openingen, 1 losse, om
draaien, sla den eersten
v. over, 1 v. in iederen
van de volgende 10 v.,
1 losse, omdraaien. Her
haal den laatsten toer,
sla den eersten v. over en
haak in iederen toer 1 v.
minder tot er nog 1 v.over
blijft, s.s. aan den achter
kant langsdentopen langs
de volgende 2 openingen.
Haak aan iedere lengte
zijde 16 punten en aan
iedere breedtezijde 13.
Afkortingen
1. losse v. vaste
s. stokje d.s. dub
bel stokjedriev. s.
drievoudig stokjevierv.
s. viervoudig stokje
vijfv. s. vijfvoudig
stokje; s.s. RÜngersteek