m ^Ü^Eau de Cologne- «--is die maakt de crème REIZEN BEZORGDE HEM CONSTIPATIE "SPARTA'-CREME fl.-.25 gedraagt, ongestoord haar gang gaan. Maar zoodra zij ons begint te irriteeren, krijgt u ran mij een sein en werkt haar dan het hotel uit. Hoe u dat voor mekaar speelt, moet n zelf maar uitkienen, als wij er maar niets mee te maken hebben. Het hotel blijft er in ieder geval buiten. Wanneer u zich blameert, behoeft u op onzen steun niet te rekenen u zult uw eigen boontjes moeten doppen. Dat is onze eerste opdracht. De tweede zal u geen hoofdbrekens kosten heden avond tusschen zessen en zevenen bedient u in de appartementen van Mr. Carnegie. Hij heeft een bespreking met enkele heeren op 't program staan en wij stellen er van onzen kant prijs op, dat deze bijeenkomst ongestoord verloopt." Tataar was ik wel eventjes zoet mee Gelukkig kon ik nog op tijd in de eetkamer zijn, waar Madame Clairon met haar gevolg uitdagend aan tafel zat en de overige gasten door haar houding en gebaren probeerde te im- poneeren. Ze stond in 't middelpunt der algemeene belangstelling en voelde zich vermoedelijk teeder gestreeld, toen ik mij aan een klein tafeltje dicht bij haar neerzette en haar openlijk en naar ik hoop bewonderend aanstaarde. Mijn bewondering werd even later door een jong paartje gedeeld, dat spoedig daarop aan m'n tafel plaats nam. Echter niet heelemaal. De vrou welijke helft bleek al gauw een andere meening te zijn toegedaan. De jonge man, een typisch voorbeeld van het in de oude wereld onbekende „intellee- tueele" New York, gaf op lijzigen toon z'n wenschen aan den geluidloozen ober te kennen en diepte toen eenige brieven uit z'n zak, die hij voor zich neerlegde. „Je weet, Gloria," zei hij tot z'n lieftallige gezellin, die haar blikken nog steeds stoutmoedig op de opzienbarende Madame Clairon gericht had, „dat ons huwelijk op streng wetenschappelijke en psychologische principes gebaseerd moet zijn, als 't tenminste ooit zoo ver komt. Wat baat het ons, moderne menschen, dat we elkaar liefhebben, als de wetenschap het bewijs levert, dat we niet bij elkaar passen. Je weet, Gloria, welk een afschuw ik heb voor bepaalde lieden, brutale en futlooze wezens, die zich door hun eigen niets zeggende harten leiden laten, den gek steken met de nieuwste ontdekkingen der wetenschap en dan het meisje, dat ze zoogenaamd teer beminnen, door hun zelfzuchtigheid in het ongeluk storten. We zullen de groote helder ziende en schriftkundige Madame Clai ron over onze toekomst laten beslissen zoo'n gelegenheid als deze zal zich niet spoedig weer voordoen. Zij zal mij haar meening over jouw hand schrift vertellen en jij zult haar vragen, wat ze in het mijne lezen kan." De afgemeten stem van den eleganten jongen heer bleef doordraven, hoewel 't meisje hem nauwelijks eenige aan dacht schonk. Ze scheen haar oogen niet van de kakelbonte en juweelen- flitsende helderziende te kunnen af wenden. „Je weet toch, dat vandaag mis schien wel over ons geluk beslist wordt, Gloria," zeurde het jongmensch, zich naar het meisje buigend. Ze had niet naar hem geluisterd en liet zich plotse ling onvoorzichtig genoeg ontvallen „Oh, Wallace, moet je dat rare eens zien 1 Wie zou dat z\jn T" De jongeman wist misschien niet eens wat ze er uitgeflapt had, maar de scherpe ooren van Madame Clairon schenen de krenkende woorden te hebben opgevangen. Haar groote, zwarte oogen vernauwden zich tot spleten en de blik dien ze het jonge meisje toewierp fonkelde van haat en venijn. „Kent u die dame niet mengde ik mij nu hardop in 't gesprek, zoodat Madame Clairon mij liooren moest „Ze is de beroemde helderziende en schriftkundige Madame Clairon. De kranten staan vol van haar." Het meisje sloeg beschaamd de hand voor haar mond en keek den jongen heer ontsteld aan. Het incident scheen hem volkomen te zijn ontgaan. Haar onrustige houding en doodsbleeke ge laat zeiden mij echter genoeg ze was smoorlijk op den jongeman met de zonderlinge ideeën omtrent het huwelijk verliefd en huiverde eenigszins voor de wraak van de toornige waarzegster. Het gedrag van Gloria was zeker niet goed te praten, ofschoon de gebaren van Madame Clairon tot deze onbarm hartige critiek aanleiding hadden ge geven. Maar dat ze deze ontactische woorden bijna met haar levensgeluk zou moeten betalen, daarop had ze in de verste verte niet gerekend. En ik evenmin. In de ant.i-chambre van Madame Clairon sloot ik mij bij een gezelschap van twaalf elegante dames en acht zenuwachtige heeren aan, die allen tot haar wenschten te worden toegelaten. Allen droegen brieven en papieren in de hand, waaruit de groote schrift-1 kundige iets omtrent den waren aard van den schrijver of schrijfster zou moe ten besluiten. Ik was toevallig getuige van de eerste acte van een levensspel, dat zich aanvankelijk als een tragedie liet aanzien. De jongeman hij was de eenige I zoon van een schatrijken leer-fahrikant uit Boston verliet krijtwit de spreek- kamer van de beroemde dame, blikte het jonge meisje aan alsof ze onder het mom van een engel het karakter van een slang verborg en zonk ten slotte sprakeloos op den divan naast het vreeselijk geschrokken kind neer. Omdat ik met het paartje aan de zelfde ontbijttafel gezeten had, moest ik er aanstonds het mijne van weten en vernam tot m'n ergernis, dat Madame Clairon, na een oppervlakkige studie van het handschrift van Gloria, tot de con clusie gekomen was, dat ze een „zelf zuchtig, hatelijk, leugenachtig en mis dadig" karakter bezat. T'oen ik aan den giftigen blik van Madame Clairon dacht, waarmee ze het meisje had aangezien, verbaasde dit vernietigende oordeel mij allerminst, want ze had den jongeman van het aangrenzende tafeltje natuurlijk direct herkend. De diepe verslagenheid, welke zich van hem had meester gemaakt, en de ontgoocheling van het meisje gingen m'n begrip echter te boven. Wat zag ze in dezen karakterloozen jongeman, vroeg ik mijzelf af, die in z'n verdwazing aan de influisteringen van een wraak gierige helderziende onvoorwaardelijk geloof hechtte en nu als een toonbeeld van hopelooze ellende voor zich uit zat te staren, 't Was een treurige ver tooning. Naderhand werd mjj alles duidelijk. Ondanks z'n vele gebreken had Gloria hem wezenlijk lief en vertrouwde erop, dat hij zich eenmaal tot 'n fikschen kerel zou ontpoppen, die later zelf nog eens met z'n bespottelijke theorieën den draak zou steken. Voor alles was zij Amerikaansche en verloor daarom de drie millioen dollars, die Wallace eens zou erven, geen oogenblik uit 't oog, want zelf was zij doodarm en werk te op 'n handelskantoor om in haar levensbehoeften te voorzien. Wordi vervolgd. Thans is het zaak de door sport geharde huid te bruinen. Doch met zorg en met Ze beschermt en verfraait de huid, houdt haar soepel en zacht. Ze verhoogt het genoegen van zon en strand. 4711 SPAR7A"-CREME is zeer werkzaam, aangenaam en sportief. J erkooper oertelt, hoe hij zich ..fit" houdt „Ik ben handelsreiziger," schrijft iemand ons, „en als ik er niet steeds iets voor inneem, heb ik door het voortdurend zitten in den trein steeds last van consti patie. Kruschen Salts is het eenige mid del dat hiervoor inderdaad goed helpt en toch mijn werk niet stoort. Eiken Zater dagavond neem ik een groote dosis Kru schen en op Zondag, als ik niet hoef te werken, hebben de zouten hun uitwerking. Op weekdagen neem ik direct na het op staan een kleine dosis. Den geheelen dag door moet ik in de weer zijn en Kruschen is hel eenige ju iste middel, dat me den heelen dag fit houdt. Ik heb ook wel eens andere laxeermiddelen geprobeerd, maar ik heb de ervaring, dat deze óf wel onvoldoende waren óf te krachtig werkten. V. L." Kruschen Salts is een natuurlijk re cept om een inwendige lichamelijke zuiverheid te behouden. De zes zouten in Kruschen sporen Uw afvoerorganen zachtjes tot regelmatige werking aan. Zoodoende wordt Uw organisme vrij gehouden van alle onzuiverheden, welke, indien ze zich kunnen ophoopen, den algeheelen gezondheidstoestand scha den. is uitsluitend verkrijgbaar bij alle apo thekers en drogisten a f 0.90 en f 1.60 per flacon, omzetbelasting inbegrepen. Let op, dat op het etiket op de flesch. zoowel als op de buitenverpakking de naam Rowntree Handels-Maatschappij, Amsterdam, voorkomt.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1935 | | pagina 13