VACANTIE OP'T WATER VENUS DELANA TWEKA HET is een algemeen bekend feit, dat de kleedingstukken met de omgeving een algeheele verandering ondergaan. Niet waar, mevrouwtje, dat schel gekleurde vest en die hardgroene jas, waar u eigenlijk al zoo'n beetje spijt van had, omdat je zooiets nooit kunt dragen, die schijnen ineens heel anders te worden, wanneer uw figuurtje een diep donkerblauwe lucht en een blonde duinenrij tot achtergrond heeft. Het is merkwaardig hoe schelle en gedurfde kleuren het goed „doen" aan het strand. Wit in alle soorten is welhaast het meest prac- tische met het oog op het verschieten, maar zoo'n hardblauwe of vuurroode jumper, zoo'n felgroene das met een citroengeel vilthoedje, kijk, dat staat fleurig en blij. Het is, als we onze stadskleeren eens terzijde leggen voor een vroolijker combinatie, of we dan meteen iets van onze welgemanierde gereser veerdheid afleggen, of we losser en vrijer en on- gedwongener in ons wezen worden dat is de echte en onvervalschte vacantiestemming De strand-garderobe kan met hier en daar een kleine wijziging ook voor bosch-en-heide vacantie gebruikt worden. Ook op de heide zijn zwemplaatsen. Wie kent niet de heerlijke, koele, beschaduwde vennetjes en zijn er tegenwoordig niet overal geïmprovi seerde openluchtbaden en stranden op plaatsen waar vroeger geen sprake was van zooiets Ook daar wordt de nieuwste strandkleeding vertoond en het is alweer iets heel gewoons, dat iemand, die zijn vacantie in een heidestreek gaat doorbrengen, een stranduitrusting medeneemt Strandpyama's kunnen alleen gedragen worden door heel slanke figuren, dat kan niet genoeg worden herhaald en dan men bega niet de vergissing katoen, zefir. zijde of andere dunne stoffen voor deze dracht te verwerken. Een dergelijke pyama behoort in het slaapvertrek en niet in het publiek, dames De lange pantalon is nu eenmaal een heeren- kleedingstuk en wie in zooiets wil rondloopen, moet hiervan de consequenties dragen en ook heeren- stoffen daarvoor gebruiken dun flanel, zwaar palni- beack-linnen of tricot. Welke man zou het in z'n hoofd halen, om in een hemelsblauwe crêpe de chine of vuurrood satijnen pantalon zich den volke te vertoonen Wie de welvoeglijkheid niet uit het oog verliest, kan zich gerust in een strandpyama vertoonen in de daartoe geëigende omgeving. |i deze bladzijde vinden onze lezeressen eenige zeer fraaie modellen, al of niet in combinatie met liet badpak te dragen. Heel aardig staat het om over de veelal weinig flatteuze gummi-badmuts (d.w.z. de echte badmuts, gedragen door de zwemsters, en niet de modieuze dingsigheidjes, waarin de haren toch nat worden) een kleurigen doek, een bonten zakdoek of iets dergelijks te vouwen. De lap wordt hiertoe in een driehoek gevouwen. De schuine, dubbele kant wordt om het voorhoofd gelegd en de afhangende punten naar achteren. De twee slippen moeten nu zoo lang zijn, dat men deze van achteren kruisen en van voren met twee ezelsoóren op het voorhoofd knoopen kan. Nieuw zijn de zeer groote, cretonnen wagenwiel- hoeden met soepel mutsbolletje, ook wel zonder bol. Van bol naar rand wordt de stof ruim geplooid ingerimpeld. Als zonnehoeden zijn deze tent- of parasolhoeden zeer practisch. De hoeden zonder bol worden voor afvallen of afwaaien behoed door een riempje over het hoofd of twee gekruiste bandjes van de stof.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1935 | | pagina 38