WATERGEBREK IN WATERRIJK ZEELAND Zoo trekken de Amemuidensche meisjes erop uit om watervoorraad te halen. ALS de zonwr warm is en de droogte lang aan houdt, dan dreigt en dan komt ook al dra het watergebrek in die aartsvaderlijke stukjes Zeeland, waar de waterleiding nog steeds geen toegang kreeg. Er is water genoeg en te over in Zeeland. Jawel, in de Zeeuwsche stroomen, de wijde rivierarmen en de zee, die onze eilanden omspoelen. In onze kanalen, die wijd en zijd ons gewest doorsnijden in onze vijvers en weelen, kreken en poldervaarten. Maar de koffie met zeewater werd hier nooit populair, en het lijkt niet winstgevend, den vacantie- gangers Middelburgsch grachten-nat met een rietje voor te zetten. En wat hebben de Axelsche huis moeders aan den Vogel of aan den Braakman I Wie de misère van leege regentonnen en droge putten aanschouwt, het primitieve leuren met tank wagentjes langs de huizen en het zeulen met emmer tjes langs de straat pas op, dat je niet morst van het begeerde vocht, en zuinig wat met 't wasschen, want anders zitten we vanavond op een droogje die begrijpt de hardnekkigheid niet, waarmee som mige dorpen en heele streken temidden van den zegen, dien de waterleiding overal elders bracht, de voordeelen van den aanleg blijven miskennen en ontberen. De toestand werd al weer kritiek de gemeente- pompen en de dorpsputten werden al weer naarstig aangesproken, de waterverkoopers hielden weer in tocht en kregen weer zaken te doen. Tot de wind keerde en de barometer viel en haast een etmaal lang de regen stroomde en de regenbakken vulde, de aarde drenkte en de putten weer deed wellen. Het gevaar is geweken, alles gaat in dorp en huis weer zijn rustigen, gewonen gang, en wie, over ver betering, zekerheid en volksgezondheid spreken durft die wordt weer uitgelachen als vanouds. F. d'A. Ieder emmertje, dat bemachtigd kam worden, is er één. (Biervliet) tls gedaan: de regen tan is leeg! (Axel) Wij hebben nog! De puf geeft nog ivat voor vandaag! (Oranjezon)

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1935 | | pagina 16