DE VROUW
MET DE LAMP
Florence Nightingale,
de voorloopster
van het Roode Kruis
„De dame met het lampje een bekend schilderijdat Florence Nightingale
voorstelt bij een harer nachtelijke inspecties door de lazaretten van bkutan.
Nu tegenwoordig iedereen gehuldigd wordt om
alles, soms bijna om niets, moge men zeker niet
nalaten in dankbare erkenning de nagedachtenis
te eeren van Florence Nightingale, die 25 jaar
geleden (in Augustus 1910) te Londen stierf, na
een leven, dat haar tot een der edelste figuren
der wereldgeschiedenis maakte, een vrouw die
waarlijk en in alle opzichten een heldin was.
door ADÈLE SCHREIBER,
eere-presidente van de Inter
nationale Vereeniging voor
Vrouwenkiesrecht.
EEN keer hebben wij <len oorlog meegemaakt
één keer hebben wij ondervonden wat het zeggen
wil, den strijd om het bestaan te voeren op het
slagveld, werkelijk den strijd om het bestaan,
omdat in de helsche krankzinnigheid van den modernen
oorlog slechts twee mogelijkheden bestaan te dooden
of gedood te worden.
Het was vreeselijk, ofschoon het geen werkelijkheid
was, slechts een oefening onder zooveel mogelijk „echte"
omstandigheden. Een oefening met scherp in de
heide waren veilige schuilplaatsen gebouwdWe wisten
dat we over een uur weer met de schutters achter ons
samen zouden marcheeren, eten, zingen en kaarten
we wisten dat we onmogelijk getroffen konden worden
we wisten, dat de doelen in de hei houten poppen waren,
die door ons vanuit de schuilplaats voortgetrokken
werden we wisten dat er géén oorlog was. Er werd
alleen geschoten met geweer en mitrailleur er waren
geen granaten, geen bommen, geen gasaanvallen, geen
bajonetgevechten en geen vlammenspuiten, maar
tochdat gieren en gillen en tergende fluiten van
de kogels, dat ontzettende ratelen van de mitrailleurs,
de vreeselijke gedachte dat dit werkelijkheid zou kunnen
zijn, dat wij de veilige schuilplaats zouden moeten
verlaten om ons arme lichaam vrij te geven voor
alle moordwerktuigen, die menschelijke hersens
hebben bedachtDe gedachte, dat
je ergens gewond in de hei, in een
sloot of in een granaatkuil zou liggen
de gedachte om te worden weggedragen
naar een veldhospitaal, waar de
operatie gruwelijker wordt, naarmate
een hospitaal achter het front sterker verschilt met een
modern ziekenhuisMaar dan de gedachte, dat je
zonder hulp, met versplinterde ledematen of gruwelijke
gaten in het vleesch, eenzaam in het veld zou blijven
liggen, in hitte, in regen, in bijtende kou, in een feilen
sneeuwstorm, omdat er niemand is, die hulp brengt
'Yóó, zoo ongeloofelijk en ondenkbaar is het vroeger
toch geweest.
In 1853 dreigt weer oorlog boven Europa. Keizer
Nicolaas I wil de Donau-vorstendommen bezetten,
wil Servië en Bulgarije onder zijn souvereiniteit brengen,
stuurt een gezantschap naar Turkije om te onderhande
len over de erkenning der Grieksch-Katholieke kerk in
Turkije. Vraagstukken en eischen worden aanleiding
tot scherpte en verbittering, de Russen dringen in de
vorstendommen door, in 't kórt de oorlog wordt ver
klaard. Maar de strijd blijft niet beperkt tot deze twee
landenSardinië, Frankrijk en Engeland kiezen de
partij van Turkije, en van 1853 tot 1856 brandt de
strijd, vooral in "de Krim, het Russische schiereiland
in de Zwarte Zee. Dan lezen Engelschen op een dag in
het najaar van 1854 in hun deftige, ernstige krant, de
Times alles ontbreekt hier. Er zijn geen
verpleegsters, er zijn geen doktere om de volstrekt
noodzakelijke operaties te verrichten. Het is geen
zeldzaamheid, dat de
wonden wekenlang
hulp blijven liggen. Het is
onmenschelijk om te zien,
hoe zieken en gewonden
bijna doodvriezen en in een
vreeselijke koude hun smar
ten moeten dragen, terwijl
honderden wollen dekens
verbrand of in zee gegooid
worden, omdat ze onbruik
baar zijn ze stinken van
het ongedierte. De zieken
kunnen dikwijls alleen hulp
vragen aan hun lijdensge-
nooten de eene sterveudé-
moet den anderen stervende
verplegen.
Wil niemand verandering
brengen in dezen onmen-
schelijken toestand Leven
er in Engeland geen vrou
wen, die met groote offers
voor de slachtoffers van
den oorlog hulp en troost willen koopen
Die vrouwen waren er inderdaad. Op 21 October 1854,
dat was enkele dagen nadat het openbarende artikel
in de Times was verschenen, vertrokken 38 verpleegsters
naar de Krim hun leidster was de 34-jarige Florence
Nightingale. Zij trokken ten strijde tegen dood en ziekte
en vervuiling, tegen eigenbelang en vooroordeelen er
bureaucratie.
De dappere leidster was een beschaafde, jonge Engel
sche vrouw, dochter uit een der hoogst aangeschrevei
Engelsche families haar wieg stond in Italië, in Floren
ce, maar haar jeugd bracht zij door in Engeland op he1
platteland. Na haar schooljaren kon zij geen voldoen®]
vinden in het gewone leven van meisjes van haar maat
schappelijken stand, hetgeen vooral in die dagen eei
tamelijk leeg én saai leven was. Aldus zocht zij iets
wat haar leven belangrijker zou maken voor anderei
en voor haar zelf en zij vond dat in de daadwerkelijke
belangstelling voor hospitalen en ziekenverpleging!;
haar moeder steunde haar en bezocht met haar verf,
schillende ziekenhuizen, doch meer doelbewust leg®
Florence den grondslag voor haar levenswerk, toen zij
op reis kennis maakte met twee zusters der Congregatie
van Sint Vincentius a Paulo, die haar introducties
gaven voor de scholen en ziekenhuizen dezer Congregatie
in Egypte. Hier, en later in het Instituut voor Diaco
nessen in Kaiserswertli, leerde zij de waarde kennen van
discipline bij ziekenverplegingzij volgde een ver»
pleegsterscursus, bestudeerde de organisatie van
huizen, reisde terug naar Engeland, ontwikkelde zit'
verder in hospitalen te Londen en Edinburg, *er
directrice van het Tehuis voor invalide dames te Londen
Toen kwam 1854. Florence Nightingale vertrek
naar het front in de Krim met de door haar uitgekozet
verpleegsters, en zij moet beginnen om velerlei tegen
stand te overwinnen. Soldaten zijn nog nooit door v i°u
wen verpleegd, zegt- men. De verpleging aan het fr°u
is een zaak van het leger, het leger heeft nog nooi
vrouwen in zijn vraagstukken laten meespreken. 61
zal hét nu moeten luisteren naar hetgeen deze night®
gale, deze nachtegaal, zingt
Op den duur moest men er echter wel naar luisteren
Florence was geen zoetzingend vogeltje, maar een kiac
tige vrouw, die wist wat ze wilde en genoeg taaie energi
bezat, om ook te bereiken wat zij wilde. Aan het fron,
zelf is de tegenstand het spoedigst geweken, want dn^