«101 2 KWARTJES 50 Patronenkantoor Panora hebt U een plombière een derden rang „Winterweelde" Het kiekje onder de schroef Loopen was een marteling 30 .f1 van dit modeboek hebt U niet alleen genoegen, maar ook voor deel; en U niet alleen, maar het heele gezin. 230 voorbeelden van Parijsche, Weensche en Berlijnsche mode,gedeel telijk gekleurd in de juiste modekleuren, zijn erin verzameld. Een serie artikelen over vele huishoudelijke zaken, brei en haakpatronen enz. En dan de knip patronen, welke tot Uw beschikking staan, niet te vergeten. Neen I U zult nooit 50 cent beter kunnen besteden dan met aan schaffing van dit modeboek. Voor abonné's CCfltS niet-abonné's 60 ct. Het modeboek beo at mantels, japonnen, rokken, blouses, kin- derkleeding, haak- en breipatronen, oele ar tikelen, enz. Van elk genummerd model zijn knippatronen verkrijg baar in alle gebruike lijke maten tegen den prijs oan 20, 35 ct. Bestellingen kunnen als volgt geschiedenDoor bemiddeling van Uw agent of bezorger; af gehaald aan het bureau van ons blad; door giro storting op No. 142700; door toezending van het bedrag per postwissel of in postzegels aan |io;aupliin I - Haarlem - Giro 142700 door Maurice Vauban TOEN de trein van Dyon naar Le Havre 't Parijsche station verliet, werd meneer Flanbert wakker. Geeuwend constateerde hij, dat hij alleen was in zijn afdeeling en dat ook de reizigers uit de linksche afdeeling in Parijs waren uitgestapt. Uit het com partiment voor hem, het laatste van den wagon, klonken echter stemmen, Japansche stemmen. Meneer Flanbert ging er prat op, dat hij tijdens zijn omzwervingen rond de wereld niet minder dan acht levende talen had aangeleerd en daartoe behoorde ook de Japansche taal. Zonder moeite verstond hij dan ook woord voor woord van het gesprek. „Het is een geschenk van den am bassadeur aan Yomati van den Kwan- nontempel. Een Parijsche juwelier heeft het vervaardigd. Ik had gehoopt, dat ik het naar het Kioto mocht brengen, maar de kapitein van de „Prince of Nepon" neemt het vanavond mee." „Een kostbaar beeldje zeker V' „Zeer kostbaar, de juwelier heeft me in vertrouwen verteld, dat het bijna driehonderdduizend francs heeft ge kost. De stem zweeg en het volgende oogenblik zag meneer Flanbert een gele hand boven de afscheiding ver schijnen. De hand greep naar een acte- tasch in het bagagenet en even later klonk er een bewonderende uitroep in het andere compartiment. Geruisch- loos richtte hij zich op. Toen hij een voorzichtigen blik over de afscheiding wierp, ontdekte hij twee keurig gekleede Japanners, met de hoofden diep ge bogen over een met fluweel gevoerde cassette, waarin een uiterst fijn geprofi leerd Kwannonbeeldje rustte, ver kwistend rijk bezet met smaragden, saffieren en robijnen. Het was ongeveer twintig centimeter hoog en geplaatst op een gouden sokkel, waaronder een met vloeispaat en robijn bezet grond vlak was aangebrachti Flanbert hield zijn adem in van bewondering. Doch lang genoot hij niet van den verrukkelijken aanblik. De Japanner maakte plotseling een beweging om de cassette te sluiten en snel trok hij zijn hoofd terug. Met gefronste wenkbrauwen dacht hij over zijn kansen na. De Japanner was op weg naar Le Havre, waar hij het beeldje ongetwijfeld moest overhandigen aan den gezagvoerder van de „Prince of Nepon". Straks, na aankomst van den trein, zou hij natuurlijk een taxi nemen en dan viel er niets meer te hopen. Zijn eenige kans lag hier in den trein, doch hjj had met twéé heeren te doen. 't Was gevaarlijk, tè gevaarlijk. Met een spijtigen zucht zette meneer Flanbert zich in zijn hoekje. Doch tien minuten later, toen de trein Rouaan naderde, hield hij zijn zuchten in. Hij ving een paar woorden op van een der Japanners, die hem in gespannen verwachting brachten. „Ik ben er, tot weerziens in Parijs Meneer Flanbert wachtte het ant woord van den ander niet af. Op zijn teenen sloop hij door den leegen wagon naar den uitgang. Een oogenblik later voegde een der Japanners zich bij hem. Tot zijn groote vreugde had de man geen tasch bij zich, het kostbare beeldje was dus achtergebleven. En als thans het geluk hem wilde dienen Het onberekenbare geluk scheen inderdaad op de hand te zijn van me neer Flanbert in Rouaan bleken geen tweede-klas-reizigers te zijn voor Le Havre. Alsof hij zoo juist was ingestapt, verscheen hij met veel gerucht in den wagon. Fluitend liep hij door naar het laatste compartiment en plaat ste zich met een beleefden groet tegen over den Japanner, die hem even beleefd teruggroette. En terstond daarop vertrok de trein. Meneer Flanbert hield een uitgedoofde halve sigaar in zijn hand. „Kunt u mij misschien aan een lucifer helpen t" wendde hij zich met een hoffelijken glimlach in de Japansche taal tot zijn reisgenoot. De Japanner keek hem verrast aan. „Tot uw dienst," antwoordde hij, zijn lucifers aanbiedend. Met een glim lach, waarachter hij zijn nieuwsgierig heid verborg, vervolgde hij „Ik maak u mijn compliment, u spreekt uit stekend mijn taal. Men ontmoet niet veel menschen in Frankrijk, die haar zoo goed beheerschen." Meneer Flanbert maakte een gebaar; alsof hij die loftuiting wilde afweren. „Ik heb acht jaar zaken gedaan in Japan," verklaarde hij, zonder erbij te zeggen, dat hij wegens een winst gevend handeltje in valsche Chineesclie concessies het land was uitgezet. „In zóó'n langen tijd leert men de taal van een weemd land als vanzelf...." Het was de inleiding tot een geani meerd gesprek. Meneer Flanbert ver telde, dat hij in Tokio, Osaka en Kioto bekend was en blufte een beetje met zijn relaties. Het had alles ten doel mogelijk wantrouwen bij den Japanner weg te nemen, doch deze had er zelfs geen flauw vermoeden van, waar het meneer Flanbert om te doen was. Toen de trein Le Havre naderde, haalde meneer Flanbert zijn sigaretten koker voor den dag. Met een hoffelijk gebaar bood hij hem den Japanner aan. „Cubaansche import, verrukkelijk licht," animeerde hij hem zich te bedienen. De Japanner nam een sigaret, dankte met een beleefden glimlach en voorzag meneer Flanbert van vuur. Vervolgens stak hij zelf op. Terwijl hij met zorg den rook scheen te proeven, sloeg meneer Flanbert hem belangstellend gade. Zijn Cubaansche import was geprepareerd met „Cannabis sativa", een Egyptisch haschisch-produkt, dat bij inademing een snelle bedwelming te voorschijn roept. Zonder eenig argwaan inhaleerde de Japanner den giftigen rook en tegelijk zijn noodlot. Bij den vijfden trek verspreidde zich plotseling een grauwe kleur over zijn gelaat en begon hij benauwd te hoesten. Tegelijk scheen hij meneer Flanbert te doorzien, want hij slaakte een zachten kreet en met zijn benevelden blik op de noodrem gericht, deed hij een poging om op te staan. Doch snel verlieten hem zijn krachten en het volgende oogenblik zonk hij machteloos en zwaar in de kussens terug. „Gelukt," mompelde meneer Flan bert triomfantelijk. Haastig greep hij naar de tasch van den Japanner. Het kostbare Kwannonbeeldje zat in de cassette en nadat hij deze in zijn zak had geborgen, legde hij de tasch weer op haar plaats. Toen liet hij het slachtoffer aan zijn lot over en zette zich in de voorste afdeeling neer. Met koel en rustig overleg begon meneer Flanbert zijn plannen uit te stippelen. Hij was naar Le Havre op weg, teneinde zich te ontdoen van een veelbelovend, maar weinig winstgevend aandeel van de Mississippi Gold Com pany. Dit voornemen liet hij nu varen, Nu een geheel under mensch „Ik hield altijd veel van sport en dansen, maar door mijn voeten moest ik het opgeven. Jaren lang deden zij pijn en waren zwak en gezwollen. Ik heb verschillende medicijnen en kuren gepro beerd, ik bezocht ettelijke pedicures, liet mijn voeten masseeren alles zonder resultaat. Ik werd bang mijn schoenen aan te trekken. Mijn voeten waren zoo pijnlijk, dat ik werkelijk slapelooze nachten en bedorven dagen heb gehad. Drie weken geleden probeerde ik Radox, en om de waarheid te zeggen, had ik niet veel hoop. Maar nu is 't mij dan ook een behoefte, aan ieder mijn geluk te vertellen. Na het eerste Radox-bad voelde ik reeds eenige verlichting. Het was een goed voorteeken, zoodat ik er nog een week mee doorging. En zie, nu ben ik weer een geheel ander mensch. Ik kan nu reeds loopen en springen als een jong meisje. Drie weken geleden was 't mij een marteling door het huis te loopen. Ik zal nimmer ophouden te vertellen wat Radox voor mij heeft gedaan." Mevr. L.J.B. Radox voetbaden geven onmiddellijk ver lichting. De vrijkomende zuurstof, die in bel letjes opstijgt, dringt in de verstopte poriën en reinigt ze. Daardoor kunnen de pijnveroorzaken- zure afscheidingen in de spieren weer langs normalen weg door de huid afgevoerd worden, waardoor de pijn verdwijnt. Radox is verkrijgbaar bij alle apotheken en erkende drogisten a f 0.75 per groot pak, omzet belasting inbegrepen. Nu ook verkrijgbaar in kleine pakjes a 121 /2 ets. per stuk. Importeurs: N.V. Rowntree Handels Maatschappij, Heeren gracht 209, Amsterdam. Echte Droste-bonbons dragen de DROSTE. Dat aorborg dot U de fijnste bon bons krijgt, d „ALTIJD WELKOM" Spaart plaatjes voor het album ,,Java I"

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1935 | | pagina 30