I mmmm 13 De vergroeiingsplaats der Boheemsche zusters begon ongeveer 92 c.M. van den grond, was 23 c.M. lang en had een omvang van ongeveer 94 c.M. Zoowel bij de Afrikaansche als bij de Boheemsche zusters waren de bovenlichamen betrekkelijk kort. Millie en Chrissie hadden beiden een bochel, van de Boheem sche zusters alleen Josefa. In 1922 zijn Rosa en Josefa te Lissabon gestorven, 45 jaar oud. Dit is het dreigende zwaard, dat steeds boven de hoofden van „Siameesche" tweelingen zweeft. Zij zijn tot voor- of rampspoed met elkaar verbonden. Sterft een van beiden, dan wordt de ander onweer staanbaar meegesleurd. Deze gedachte is hun dikwijls zeer pijnlijk, vooral wijl er door rnensclien zonder tact bij de vertooning herhaaldelijk op gezinspeeld wordt. Reeds op dezen grond wenschen de meeste saamgegroeide tweelingen niets vuriger, dan van elkander gescheiden te worden. Bij pyopagen echter bestaat daartoe absoluut geen mogelijkheid, wijl zij gemeenschappelijke lichaamsdeelen hebben, die na de scheiding aan een van beiden ontbreken zouden. Menschelijkerwijs de meest interessante pyopagen zijn de twee in Engeland geboren, nog levende zus ters Daisy en Violet Hilton, die zich reeds sedert lang te San Antonio in Texas gevestigd hebben. Zij zijn zoo knap en bevallig, dat zij reeds op achttien jarigen leeftijd 2000 dollar per week verdienden, alleen door zich te laten zien en dan een beetje muziek te maken. Do eene speelt namelijk piano, de andere fluit. In 1933 wilden zij huwen, Daisy met een kapelmeester, Violet met een bokser. De Engelsche regeering wei gerde echter hierin toe te stemmen, en ook in Amerika konden zij, op grond van medisch advies, geen toe stemming tot een huwelijk krijgen. De eenige bekende mannelijke pyopagen wonen op de Philippijnen het zijn de gebroeders Simplicio en Lucio Godino. In do streek hunner inwoning worden zij gevreesd om him dolle auto-rijden. Lucio is aan een gevoelige gevangenisstraf slechts daardoor ontsnapt, dat de rechter er tegen opzag, zijn on- sehuldigen tweelingsbroer tegelijk achter slot en grendel te zetten. W ij komen nu aan de vraag, of aaneengegroeide tweelingen operatief gescheiden kunnen worden. Bij xiphopagen is dat mogelijk. Van de eerste derge lijke operatie, door Doyen te Parijs in 1902 uitgevoerd op de Bengaalsche tweelingen Radika en Dodika, hebben wij reeds in een vorig hoofdstuk melding gemaakt. Deze operatie werd zelfs gefilmd. Ook de operatie der Braziliaansche zusters Maria en Rosalina, die trouwens met het heele uitsteeksel van het borst been, van de vijfde rib af, vergroeid waren, mag al leen technisch geslaagd heeten. De beide meisjes waren in een kleine plaats in den Braziliaanschen staat Espirito Santo geboren en werden 30 Mei 1900 te Rio de Janeiro geopereerd. Heel Brazilië eerde den koenen operateur. Maar het duurde niet lang, of de algemeene geestdrift maakte plaats voor ontsteltenis;- het werd bekend, dat het eene zusje, Maria, enkele weken later gestorven was. Meer succes heeft men gehad bij de operatie van pasgeboren Siameesche tweelingen. Tweemaal in 1914, in Maart en in Juli, werden te Parijs aaneen gegroeide zuigelingen van elkaar gescheiden. De eerste operatie werd verricht door professor Le Fil- latre; de kinderen heetten Suzanne en Madeleine en waren drie maanden oud. De beide andere kinderen heetten Anne-Marie en Marie-Anne hun operateur was de bekende professor Mignot. In beide gevallen zijn de kinderen, voorzoover wij weten, in leven ge bleven. In het Mercury-Hospitabte Baltimore werden in 1931 zeer jeugdige saamgegroeide tweelingen ge scheiden zij moeten de operatie eveneens goed door staan hebben. Van twee zusjes echter, die in Maart 1935 te Moskou geopereerd werden, en twee maanden oud waren, stierf het eene aan de gevolgen der ope ratie, terwijl het andere in leven bleef. Naar verluidt, zou reeds in 1689 een „Siameesch" tweelingspaar, Elisabeth en Catharina. Meyer uit Hattingen, Duitsch- land, in het eerste levensjaar met goed gevolg ge scheiden zijn. Zij spreekt met drie geneesheeren geld typdringen zij wil him

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1935 | | pagina 13