vaten ascli in den wagen en gaf ik den chauffeur
hevel, mij hiermee terug te rijden naar den hoofdweg.
Ik zou de asch verspreiden met mijn schop.
Uien nacht woei er een stevige wind. Ik wierp de
asch met mijn schop in de lucht. En de wind verdeelde
ze tot stof en verspreidde ze over de wouden en de
velden en de wegen van Siberië over een
afstand van vijf wersten. En den volgendon dag
regende het."
en keek met een paar wilde oogen in het rond. Ik
vermoed, dat mijn vertrek van evenveel gewicht
voor hem was als mijn komst.
Leeft Anastasia nog?
Urmakov zeeg in de kussens terug de gruwe-
lijke bekentenis was eruit.
„Hoelang duurde het nog voor de Witten in
Jekaterinenburg verschenen, nadat dit alles gebeurd
was V' vroeg ik.
Hij kwam terstond weer overeind. „Dat zal ik u
vertellen," fluisterde hij. „Zes dagen nadat de asch
van de Romanoffs verstrooid was, kwam het bevel
voor ons af de stad te ontruimen. Het Witte leger
was driemaal zoo sterk als het garnizoen en zij
vochten als leeuwen. Twee dagen na de terecht
stelling van den Czaar en zijn familie dus op den
18en drong het gerucht ervan in hun gelederen
door. Zij waren krankzinnig van woede.
Op 23 Juli werd Jekaterinenburg aan drie-zijden
ingesloten. Alleen de spoorweg naar liet Westen bleef
nog open. Inderhaast dreven wij onze paarden in
den trein en laadden onze artillerie in. Den volgenden
dag echter sloten de Witten alle wegen af. Ik was
in Jekaterinenburg gebleven en had slechts twintig
manschappen bij me, maar ik wist me ook een uit
weg te vechten, als het noodig was.
In het leger der Witten heerschte overigens een
schrikbarende ordeloosheid en men kon hun unifor
men nauwelijks van de onze onderscheiden. Dien
nacht ging ik er met mijd soldaten op paarden
vandoor. Wij sloegen ons door een heele bende
Witten heen, die den weg blokkeerde. Natuurlijk
schoten zij op ons, maar wij na 'erden hen zoo vlie
gensvlug, dat zij geen tijd hadden, om tot een
flauw begrip te komen van wat er eigenlijk ge
beurde, vóór wij door hun cordon he ïgebroken
waren.
Wat zullen zij zich gelukkig hebben gevoeld, toen
zij vernamen, dat ik het was, die hun te vlug af was
geweest Zij hadden zich al zóó verheugd in het
vooruitzicht, Yourovsky en mij gevangen te zullen
nemen.
Den volgenden morgen namen de Witten Jekate
rinenburg in. Hun eerste werk was naar de lichamen
der Romanoffs te zoeken. Het een of het ander
bracht hen op het spoor van de mijnputteu en toen
zochten zij het heele terrein er om heen af naar de
graven. Zes maanden lang bleven zij graven
graven. Toen vonden zij eindelijk de asch van de
verbrande kleeren der Romanoffs. Zij verkondigden
de wereld, dat zij de lichamen gevonden hadden
en geloofden het zélf."
Toen Ermakov zoover gekomen was met zijn
medcdeelingen, werd er plotseling gebeld. Het was
de dokter, die opnieuw een bloedtransfusie bij zijn
patiënt kwam uitvoeren. Had hij het onderhoud
niet afgebroken, dan zou Ermakov mij waarschijnlijk
nog heel wat meer hebben verteld. Het bezoek van
den dokter was echter voor mij het sein om te
vertrekken. Ik nam vlug afscheid van Ermakov
en uitte mijn dankbaarheid jegens zijn vrouw, wijl
zij mij ile gelegenheid had geschonken voor dit
opzienbarend interview. Ermakov lag nog te hijgen
Welk licht, heeft mijn onderhoud met Erma
kov nu geworpen op de beroemde twistvraag,
of Grootvorstin Anastasia dood, ofwel nog in
leven is 1 Sinds het jaar 1919, toen mevrouw
von Ratblef-Keilmann een boek deed ver
schijnen, waarin zij beweerde en trachtte te
bewijzen, dat de geestelijk gekrenkte en licha
melijk gebroken jonge vrouw, die zij zelf maanden
lang had verpleegd, niemand anders dan Ana
stasia was, de jongste dochter van den ver
moorden Czaar van Rusland, heeft de lieele wereld
zich met die geheimzinnige geschiedenis bezig
gehouden.
Er werden vreedzame, doch niettemin moedige
en hartstochtelijk volgehouden veldslagen geleverd
tusschen de partij, die de bewering van mevrouw
von Rathlef-Keilniaim met nog andere argumenten
tot onomstootelijke waarheid trachtte te verheffen,
en een andere partij, die met evenveel kracht van
argumenten trachtte te bewijzen, dat de vermeende
Anastasia een bedriegster was en de ware Groot
vorstin in 1918 haar leven gelaten had in handen van
de beulen der Czarenfamilie.
Welke meening ik ook toegedaan ben geweest,
vóór ik met Ermakov sprak, toen ik terugkeerde
van Jekaterinenburg had ik in ieder geval de absolute
overtuiging, dat Anastasia onmogelijk ontkomen
kón zijn aan het bloedbad.
Later verschafte ik mij liet boek van mevrouw
von Rathlef-Keilmann. Toen ik den inhoud las,
de argumenten naging en naar de foto's keek, begon
echter mijn onvoorwaardelijk geloof aan Ermakov's
pertinente verzekering, dat Anastasia gedood en
verbrand was. te wankelen en rees de verdenking,
dat hij zijn heftigheid alleen had aangewend, om mij
te overtuigen van een „feit", waarvan hij wist dat
het geen feit was.
Het argument, (lat mevrouw von Kathief-Keil-
mann aanvoert, teneinde aannemelijk te maken, (lat
Anastasia nog in leven is. komt op het volgende neer
Toen de doodelijke schoten gelost werden, viel
Anastasia, die nog maar pas zeventien jaar was, van
angst en schrik in zwijm. Zij viel op den vloer en haar
zusters doodelijk getroffen vielen boven op haar
en dekten haar gedeeltelijk voor de volgende schoten.
Zelf werd zij echter niet getroffen, zoodat zij aan het
jammerlijk lot der anderen ontkwam.
„Toen ik hetbewustzijn herkreeg," zoo luidt de
verklaring van de vermeende Anastasia. „lag ik op
een bos stroo in een boerenwagen. Ik hoorde men-
schen spreken, doch ik wist niet wie zij waren. Als
de wagen schokte, voelde ik een verschrikkelijke pijn
in mijn hoofd en verder was ik mij bewust, dat mijn
hoofd met natte doeken omzwachteld was en dat
mijn haar kleefde van het bloed.
Deze verklaring kan een gedeeltelijke bevestiging
vinden in de bekentenis, die Ermakov mij deed. Hij
verhaalde, dat na de moordpartij Anastasia nog
leefde dat een bewaker haar op den rug had
geworpen en dat zij had gegild en tenslotte, dat hij
tar met de kolf van zijn geweer had ..dood" gcsla-
De verlaten mijnschacht in den omtrek van Jekate
rinenburg, waarheen Ermakov, een der moordenaars,
in het holst van den nacht het stoffelijk overschot van de
slachtoffers der executieliet vervoeren en verbranden.
gen. Dat zij toen inderdaad dood was, kan niemand
zeggen.
Welnu, een medisch onderzoek heeft later uitge
maakt. dat de vermeende Anastasia werkelijk een
gebroken schedel heeft en een gebarsten bovenkaak.
Voorts vermeldt de bevelhebber der Witten,
Sokoloff. die een onderzoek instelde aangaande
den moord, dat op den 21sten Juli, vier (lagen vóór
het vertrek van de Bolsjewisten uit Jekaterinenburg,
overal in de stad biljetten werden aangeplakt, waarin
de volkscommissarissen de bevolking kennisgaven
van den dood der Romanoffs en dienaangaande een
en ander opmerkten.
Deze vermelding van Sokoloff verdient de aan
dacht, wijl een drietal inwoners van Jekaterinenbnrg
mevr. von Rathlef-Keilmaiin schriftelijk verzekerd
hebben, dat onmiddellijk na den moord het opzien
barend gerucht de ronde deed in de stad, dat een
van de dochters van den Czaar ontvlucht was.
Volgens hun verklaring werden toen door de heele
stad aanplakbiljetten verspreid, die deze ontvluch-
ting bevestigden en waarin een belooning werd
uitgeloofd voor haar opsporing. Een andere bewoner
van Jekaterinenburg verzekerde bovendien nog,
dat het lichaam van één der dochters op geheim
zinnige wijze verdween.
Deze verklaringen, die sterke argumenten konden
zijn voor ile waarheid van de bewering, dat Anastasia
nog leeft, verliezen echter veel van hun waarde,
wijl Sokoloff met geen woord van dit rumoer melding
maakt, en hoewel hij over aanplakbiljetten spreekt,
in het geheel niet rept over Anastasia of over haar
verdwijning. En liet valt moeilijk te gelooven, dat
Sokoloff een zóó gewichtig feit als Anastasia's vlucht
de moeite niet waard zou hebben geacht, in zijn
rapport op te nemen.
AT e men wij thans de verklaring van de vermeende
Anastasia nogmaals onder de loupe. Het staat
vast, dat Yourovsky onmiddellijk na den moord een
groot aantal soldaten allemaal Russen opriep,
teneinde eventueele ordeverstoringen den kop in te
drukken. Bepaalde aanwijzingen, die ook door
mevrouw von Rathlef-Keilmann worden vermeld,
doen de mogelijkheid veronderstellen, (lat twee van
deze opgeroepen Russen (broers) gedurende liet
transport van de lichamen naar de mijnputten heb
ben opgemerkt, dat een van de meisjes nog leefde
en gebruik makend van de duisternis en de
algemeene verwarring haar in een laken hebben
gewikkeld en naar hun eigen woning hebben ver
voerd.
Nadat er alarm was gemaakt van Anastasia's
vermissing, legden de broers liet meisje in een boeren
kar en vluchtten ermee uit de stad. Vergezeld van
de vrouw van een der broers, reden zij met him last
tweeduizend mijlen ver door Rusland naar Roemenië,
waar zij in Boekarest vrienden hadden wonen.
De vermeende Anastasia beweert zich die reis te
herinneren die intusschen maandenlang duurde.
Halfdood en met een gekrenkten geest kwam zij
op de plaats van bestemming aan. Van haar verblijf
Het huis van den koopman Ipatiev, gelegen aan het
Kathedraalplein te Jekaterinenburg, dat de Czaren
familie tui haar vertrek uit Tobolsk tot aan haar
ongelukkig en smadelijk einde tot gevangenis diende.
Thans is het ingericht als openbaar museum.