18 welken weg u zich genoegdoening kunt verschaffen," snauwde Flori mond. De oogen in het minzame gelaat werden nog grooter. „Ik vraag mij af, of u mij op zettelijk probeert uit te tarten." Florimond lachte smalend. „Denkt u, dat ik m'n tijd aan u verknoeien wil Ik ken een lafaard, wanneer ik er een zie." „U gaat werkelijk te ver, mijn heer." De vreemdeling was zicht baar verstoord. „U overschrijdt de grenzen der betamelijkheid. Ik moet tegen een dergelijke handel wijze beslist opkomen." Hij stond ten laatste van z'n stoel op en wendde zich tot de belangstellende kaartspelers aan 'n aangrenzende tafel. „U bent er getuige van, heeren, dat ik door dezen bullebak tot het uiterste ben getart en.. Florimond's schrille stem onder brak hem. „Moet ik u een oorveeg geven, voor u uwe beleedigingen staaktt" „Oh, neen, mijnheer. Dat zal heelemaal niet noodig zijn." Hij zuchtte bedroefd en de aarzeling in z'n stem klonk bijna belachelijk. „Wanneer u een uwer vrienden bij mij wilt sturen, zal ik met hem de détails regelen." Het kwam er zóó onverwacht uit, dat Florimond voor een moment bijkans uit z'n evenwicht geslagen was. Met z'n hielen tegen elkaar maakte hij 'n stijve buiging en verwijderde zich om aan Desjar- dins den gebruikelijken dienst te verzoeken. Daarna vertrok hij, overeenkomstig een tactiek, die hij voor zulke gelegenheden bedacht en sindsdien geperfectionneerd had. 't Duurde niet lang voor hij gevolgd werd, gelijk de ondervin ding hem geleerd had dit na verloop van een korte tusschenpooze te verwachten. Zooals gewoonlijk opende hijzelf de deur en liet den lieer met het vollemaansgezicht binnen. Florimond nam een air aan van geërgerde verbazing. Ook deze prooi vertoonde alle teekenen van angst, welke bij soortgelijke gelegen heden gebruikelijk waren. De man was geheel overstuur en Florimond verkneuterde zichzelf reeds in 't vooruitzicht van een zoet winstje. „Ik.ik.eh.monsieur.1 ik begrijp, dat m'n bezoek tegen de vastgestelde regels indruischt. De kwestie is.dat.ehdat ik met m'n uitdaging te haastig geweest ben. Ik wou u alleen maar komen zeggen, dat de ontmoeting tusschen ons niet kan doorgaan." Hij hield op met spreken, hoewel hij er zeker nog meer aan had willen toevoegen. Florimond's gemeene glimlach, welke de wolfachtige tanden geheel bloot legde, scheen hem te verlammen. De stilte werd ten leste verbroken door het sarcastische antwoord, dat sinds het onderhoud met Dumasque bij iedere gelegenheid zijn plicht had gedaan „Ah, zoo Moet ik soms een plakkaat op m'n borst dragen om lomperds, zooals u er een bent, ervan te verwittigen, dat ze met een schermmeester te doen hebben Doch de phrase, die tot nog toe zoo geweldig was ingeslagen, bereikte ditmaal 't tegenovergestelde. De uitdrukking op het gelaat van den vreemdeling onderging een complete verandering. Verbazing en opluchting wisselden elkaar af en de dwaze, wezen- looze blik in z'n oogen was bij tooverslag verdwe nen. „Een schermmeester bent een schermmeester Oh, maar dat maakt de zaak natuurlijk anders Z'n levendige oogen bekeken het vertrek, bemerkten de open ruimte, de kalklijnen op den vloer, de degens, borstlappen en maskers, die aan den muur hingen. De man richtte zichzelf hoog op. Z'n figuur scheen toe te nemen in kracht en in mannelijkheid. Een glimlach verhelderde z'n gelaat. „Dit is natuur lijk uw school. Zoo zoo Dan lijkt 't mij 't beste, dat onze affaire maar het gewone verloop heeft." Hij drukte de hielen tegen elkaar en maakte een koele buiging. „Vergeef mij deze onnoodige storing. We zullen elkaar dus ontmoeten morgenochtend om acht uur in de Pré-aux-Chêvres." Hij keerde zich om en wilde heengaan. Florimond voelde zich voor 't eerst in z'n schurken -carrière benauwd worden. Hij legde een hand op den schouder van den onbekende en belette hem te vertrekken. „Een oogenblikje, monsieur le niysté.rieux Wat bedoelt u met „onze affaire moet maar het gewone verloop hebben" „Precies wat ik zegDe oogen in het vollemaans gezicht flikkerden van vermaak. „Voor mij, zoowel als voor u, zou een duel met een gewoon burger ernstige gevolgen kunnen hebben. Wanneer de uitkomst van zulk 'n ontmoeting voor onzen tegen stander doodelijk zou zijn, kon ons eigen leven er wel 'us door in gevaar komen. De wet is niet zacht zinnig Ik ben namelijk zelf schermmeester en weet er alles van. Maar aangezien u zelf lid bent van onze broederschap, bestaat er verder geen reden tot bezorgdheid." Een rilling van vrees kroop langs Florimond's rug. Als schermmeester wist hij, dat hij onder ezels het figuur kon slaan van een leeuw, maar onder leeuwen was hij zeker niet meer dan een groote ezel. Hij schonk meer aandacht aan den vreemdeling, in wien hij zich zoo vergist had z'n blik daalde van het ronde, vreedzame gelaat naar de gestalte van den man en zag, dat hij middelmatig groot was, goed geproportionneerd. en een paar behoorlijk lange armen en goedgevormde voeten had. „U bent zelf dus schermmeester T" echode hij onthutst. „Ik bezit zelfs eenige vermaardheid," was het antwoord, op schuchteren toon geuit. „Mijn naam is Danet." „Danet 'fFlorimond snakte naar adem. „Toch niet. niet Guillaume Danet De vreemdeling boog opnieuw; de manier, waarop hij met z'n bovenlichaam even naar voren helde, deed Florimond denken aan de nauw-bedwongen beweging van een geroutineerd schermer. „Dezelfde! Gaarne tot uw dienstIk bemerk wel, dat u over mij gehoord hebt,. Misschien hebt u zelfs m'n kleine verhandeling gelezen Ze heeft in schermkringen nogal opgang gemaakt. Tot morgenochtend acht uur dus, waarde collega „Eenoogenblikje. alstublieft. inonmaitre!" „Ja f" Monsieur Danet wachtte met opgetrokken wenkbrauwen. „Ik.ik. ik kon niet weten, dat Doch z'n eigen geliefkoosde plirase werd hem in 't gezicht geslingerd.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1935 | | pagina 20