GEREED VOOR DEN START miius ooizaak, dat hij een van de voornaamste voorschrif ten van zijn dienst, vergat her. annsein, dat op „onveilig" gesteld moest worden, als er een schip door de brug ging. Kuchend om zijn ontroering meester te worden, tornde hij tegen den orkaan op heter gezegd hij trok zich vooruit aan de ijzeren spanten en bogen van de brug. Bij het middengedeelte klemde hij zich met de linkerhand aan de leuning vast en stelde met de rechter de hef-inrichting in werking. Langzaam rees liet middenstuk omhoog en het schip, losge maakt van den meerpaal, dreef snel met den stroom mee door de vaargeul. In den stuurstoel zat een vage gedaante. „Gelukkig uiteindehoorde Dick zich toe schreeuwen. „Gelukkig uiteinde riep hij terug. Toen was 't schip hem voorbij en staarde hij in den schuimenden en kolkenden stroom aan zijn voeten. Op hetzelfde oogenblik, dat. hij naar het mechanisme greep, om de brug te laten zakken, trof hem een onheil. Een geweldige windstoot rukte hem los van de leuning en slingerde hem weg. Aan de overzijde van het brugdek werd hij met kracht tegen een ijzeren hoog aangesmakt, zijn hoofd scheen te wor den gekraakt en zijn tanden drongen diep in zijn lip. Op hetzelfde, oogenblik herinnerde liij zich het sein. Hij slaakte een merg en been doordringenden kreet en toen viel hij als een zielloos lichaam op liet brug dek neer. Daar bleef hij liggen roerloos en buiten bewustzijn. En de brug bleef openstaan, het treinsein stond veilig en van Aberdeen was de laatste trein reeds onderweg onderweg naar den dood, die met grijnzende kaken zijn prooi opwachtte. 17" leine Dick kon onmogelijk in slaap komen. Hij was doodsbang van die bulderende geluiden 0111 het huis en 1111 vader er niet was. leek het, of het geraas nog veel erger werd. Daarenboven maakte hij zich bezorgd over het sein als vader vergat het op „onveilig" te zetten, reed de trein door naar Colsyt en moest moeder dat heele eind met kleine zus terug- loopen. Woelend lag hij te wachten op vaders terugkeer. Hij bleef veel langer weg dan anders zóó lang, dat Dick zich niet meer goed kon houden en zachtjes begon te schreien. Eensklaps hield hij zijn snikken echter in. Buiten klepelde de seinklok de laatste trein passeerde Colsyt. Hij wist dat de trein nu spoedig hier zou zijn héél spoedig, want als de klok klepelde, haalde moeder hem altijd binnen en bijna terstond daarop raasde de trein dan voorbij, llij kon dus elk oogen blik komen en vader bleef maar weg en vergat zeker het, sein Kleine Dick hield het niet langer uit- hij wilde weten hoe het sein stond. Als vader er niet aan ge dacht had. zou hij het zelf op „onveilig" zetten hij hoefde maar aan dien ring in den muur te trekken en dan was liet in orde. Zóó had hij liet vader zien doen en moeder en zóó had hij liet zelf ook al eens gedaan, als hij mocht, 't Ging lieelemaal niet moeilijk en als hij een stoel voor den muur schoof, kon hij er gemakkelijk bij.... Zijn angst voor de bulderende geluiden daarbuiten onderdrukkend, verliet kleine Dick dapper Zijn bedje. Hij schoof het, gordijn opzij en tuurde naar buiten naar den seinpaal. Tot zijn schrik stond de verlichte seinarm nog omhoog op „veilig". De trein zou doorrijden en dat mocht niet. Vlug schoof hij een stoel naar den muur en trok aan den ring van den seinarm. Hij zag hem vallen en tegelijk hoorde hij in de verte den trein reeds fluiten. Juichend verhief hij zijn stem daar kwam moeder, hij kon op hai.r wachten. Zijn angst verliet hem plot seling, 1111 hij moeder zoo dichtbij wist. en moedig de gang instappend, liep hij op zijn bloote voetjes naar de deur en rukte haar open Op hetzelfde oogenblik reed Kenneth McKenzie den laatsten trein de bocht in voor de brug. Met zorg dacht hij aan Dick en plaatste zich voor liet venster van de cabine, 0111 een blik te werpen op de brug wachterswoning. Misschien stond Dick voor de deur, om hem een seintje te geven aangaande den afloop als tenminste de gordijnen al niet gesloten waren „Onveilig, meester riep de stoker plotseling uit. Tegelijk vloog zijn hand reeds naar den handle, waar mee de stoom werd afgesloten. De remmen werden aangezet de trein reed langzamer, schokte hevig, schuurde langs de rails en kwam met een schok tot stilstand. Kenneth wierp de cabine open zich bezorgd af vragend wat er gebeurd kon zijn. Met een sprong stond hij op de lijn, die flets belicht werd door het schijnsel van de lampen in de cabine. Honderd meter verder verhief zich de brug een spookachtig bouw sel van spanten en bogen in den donkeren avond. Maar de brug zag hij niet wél een kleine, witte gedaante in de deuropening van Murphy's woning. „Oom Kenneth, ik heb té>ch fijn den trein laten stoppen vader was er niet," klonk het triomfan telijk stemmetje van kleinen Dick. „Hebt u moeder meegebracht. Kenneth was een oogenblik te verbluft 0111 te ant woorden. Hij zag de reizigers naar voren snellen den hoofdconducteur voorop. „Wat is er aan de hand, McKenzie i" schreeuwde hij. „Ik weet niet'k Geloof dat die kleine jongen van Murphy den trein heeft laten stoppen," ant woordde Kenneth verlegen. „Hij wacht op zijn moe der, je weet wel dat gevalletje. Toen zweeg hij plotseling in het lichtvlak op de rails verscheen Murphy's vrouw. Zij was doods bleek en haar oogen waren roodomrand, maar zij lachte gelukkig. „Gered, Kenneth, de kleine meid is gered...." „Moeder gilde kleine Dick en met een juichkreet vloog hij tegen den spoorberm op. Mary Murphy omhelsde hem met een snik. „Zus wordt beter, lieve schatwaar is vader „Naar de brug en ik heb zelf den trein laten stoppen," zei Dick trots. Het volgende oogenblik klonk er een snijdende kreet van Mary's lippen. „De brug....! De brug staat open De reizigers, die bij de locomotief samengestroomd waren, stonden als verlamd van schrik. Kenneth was het eerst tot handelen in staat. Hij greep den stoker bij een arm en 11am den hoofd conducteur in den anderen arm. „Kom mee, er schijnt '11 ongeluk gebeurd te zijn.... Murphy. en óók een soort wonder. Houdt stevig vast 't is niet vertrouwd op de brug. Zich aan elkander vastklemmend tornden zij tegen den orkaan in de brug op, terwijl Mary in doodsangst kleinen Dick tegen zich aandrukte. Tot hun ontzetting zagen de mannen het middenstuk van de brug om hoog geheven. Zij lieten het zakken en zochten toen naar Dick Murphy. Zij vonden hem op de plaats, waar hij neergevallen was bewusteloos en met be bloede lippen en voorhoofd. Kenneth vreesde het ergste, doch toen zij hem opnamen, kwam hij bij. En onmiddellijk herinnerde Murphv zich liet gevaar voor den trein. „De brug. de brug. stamelde hij angstig. „Alles in orde, Dick schreeuwde Kenneth boven het geloei van den storm uit. „Alles in orde Mary is terug en het kind is gered Murphv lachte heel diep en schor. Strompelend liep hij naar de machine. Mary omhelsde liem, maar niemand lette op hen. Alle reizigers stonden samen gedromd 0111 een deftige dame. die kleinen Dick op haar armen genomen had. „Die kleine jongen die kleine jongen heeft ons gered." klonk het snikkend en lachend dooreen. Tot zijn blijdschap maakte vader er een eind aan. „Sein veilig, McKenzieriep hij zoo hard hij kon en daarop werd Dick door moeder naar binnen gedragen. Hij was weer in de warme kamer en moeder was bij hem. Zwaar vielen zijn oogen dicht van den slaap. En huiten trok de locomotief aan, pufte zwaar en denderde ratelend de brug over onder het gejuich van de reizigers de gelukkige verwachtingen van het nieuwe jaar tegemoet. En vanuit de kleine brug wachterswoning vonkten een halve minuut later veel te lange, of nauwelijks te onderscheiden punten en strepen langs de telegraaflijn naar Elgin en Inver ness een bijna niet te ontcijferen telegram, wild als een juichkreet. „De laatste trein een half uur vertraging - alles wel aan allen een gelukkig uiteinde

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1935 | | pagina 13