M door cTAortimer Heurter 4 EEN BLIKSEMSTRAAL O RGENmompelde Betty Baker met een zucht van verlichting, toen zij op een vroe- FLITSTE gen, mistigen ochtend haar bloemenmand opnam, om in te gaan koopen. De gedachte aan morgen tooverde een ernstigen glim lach op haar bleek, zorgelijk gezichtje, waarin het verdriet om den dood van haar vader diepe groeven had gegrift. „Morgen" beteekende voor haar de ver lossing uit een benepen, kommerlijk bestaan en het aanbreken van een verschiet, dat nooit meer ver ontrust zou worden door de wanstaltige spoken van honger en ontbering den aanvang van een leven, dat zich niet langer bescliroomd verborg in duffe, uitzichtlooze kamertjes en dat vrij was van zorgen, van vrekkige, bedilzieke klanten en kwaad sprekende buurvrouwen. Het leek haar op dit oogenblik een dwaze droom vandaag nog was zij zóó arm, dat zij zelfs geen penny kon missen voor een ontbijt. En morgen zou zij plotseling rijk zijn hoe rijk wist zij zelf nog niet. In elk geval echter zou zij genoeg hebben om onbekommerd te kunnen leven, al werd zij ook honderd jaar een van die deftige heeren van het Colonial Office had het haar uitdrukkelijk verzekerd. Inderdaad, het leek een sprookje een onzinnig sprookje ..Arme vader," mompelde ze en toen sloop ze de trap af, om te trachten althans een middagmaal te verdienen. „Vandaag voor 't laatstsnauwde zij den on- uitstaanbaren Joe Wilkens een uur later toe, die haar oudergewoonte lastig viel met zijn opdringerige attenties. „Vandaag voor 't laatst morgen," beloofde zij 's middags Dick Holbarn, die op een bank in Hyde Park eerlijk zijn boterhammen met haar deelde na haar eerst te hebben wijsgemaakt, dat hij pas een kom soep verorberd had. Toen kwam de avond en keerde zij naar huis terug een kazernea chtig gebouw bij de Londen- sche dokken, zonder licht en zonder vreugde. Zij had twTee pennies ontvangen te wTeinig voor een middagmaal. Om aan dat hongerig gèvoel in haar maag te ontkomen, besloot zij vroeg naar bed te gaan. Terwijl zij de lamp uitblies, begon in de verte de donder te rommelen. „Als het maar niet gaat on we er en," zei ze angstig, als een kind zoo bevreesd voor de flitsende bliksem stralen. En op dat oogenblik was zij zich niet het minst de beteekenis bewust, welke zoo'11 flitsende bliksemstraal voor haar heele toekomst zou hebben. Dien zelfden middag had Percy Gordon, een on- dergescliikt ambtenaar van het Colonial Office, een telegram uit Calcutta ontvangen, waarvan de woorden door een oningewijde moeilijk te ontcijferen zouden zijn geweest. Het bereikte hem langs een omweg schurkenstreken plegen gemeenlijk langs sluiksclie wegen te worden uitgevoerd. De inhoud bestond uit vier onsamenhangende woorden, waaruit Percy Gordon de aangename conclusie trok, dat een zekere nir. Wavers in Calcutta hem vijftien duizend pond sterling bood voor den kleinen dienst, dien hij wenschte, dat hij hem bewijzen zou. Wavers was de groote promotor van de „Madras Mineralen Company" een man zonder scrupules en bezeten van de overtuiging, dat in de wereld alles voor geld te koop is, óók een gewreten. En de kleine dienst, waarvan in het telegram sprake was, betrof de verduistering van een document, waarmee voor de „Madras" groote financieele belangen gemoeid konden zijn. Op een groot terrein, ergens aan den oever van de Indravati. had John Baker Betty's vader drie maanden geleden de aanwezigheid van robijn en saffier ontdekt. Onmiddellijk na die ontdekking had hij bij het Londensche Colonial Office een con cessie-aanvraag ingediend overgelukkig met het fortuin, dat hem zoo onverwachts voor de voeten wras gekomen. Terwijl hij ongeduldig wachtte op het verstrijken van den drie-maandschen termijn, waarbinnen bezwaren tegen het verleen en van de concessie konden worden ingediend, had het noodlot zijn schreden op zekeren dag naar liet kantoor van mr. Wavers geleid, van wien hij financieele hulp hoopte te verkrijgen voor de vrij kostbare exploitatie van zijn ontdekking. Nog vóór de onderhandelingen ten einde waren gekomen, was de inillionnair-in-hope echter over- feden een kwaadaardige moeraskoorts was hem noodlottig gewrorden. Zijn dood bood W avers een kans een schitterende kans. Hij haastte zich het kostbare terrein door zijn eigen mineralogen opnieuw te laten ..ontdekken" en daarna diende hij een concessie-aanvraag in ten name van de „Madras". Twee weken later moest hij echter tot zijn enorme teleurstelling vernemen, dat John Baker een doch ter in Londen had achtergelaten, die na zijn over lijden in zijn rechten was getreden. Dit bericht haalde een dikke streep door zijn vernuftige bereke ningen. Nog een wreg bleef hem echter open, om het begeerde doel te bereiken Baker's concessie aanvraag moest verdonkeremaand, vernietigd wor den. En zonder aarzelen sloeg hij dien weg in. Uit inlichtingen, die hij in het geheim in Londen liet in wónnen, bleek hem, dat Percy Gordon de man was, die liem voor zijn doel van dienst kon zijn - zijn Londen sche agent noemde hem een speler aan 's levens roulette, die omwille van een fortuin bereid was alles op het spel te zetten, desnoods óók het leven van anderen. Wavers haastte zich relaties met hem aan te knoopen langs een voorzichtig gekozen omweg. Toen volgde een geheime briefwisseling, die hen weldra tot overeenstemming bracht. Het laatste woord was aan Wavers het telegram, waarin hij Percy Gordon een vermogen toezegde, indien het hem gelukte, John Baker's concessie-aanvraag te verduisteren. Thans restte nog de daad een schurkenstreek, die Betty Baker van al haar rechten berooven zou Toen Percy Gordon dit telegram ontving, was zijn besluit reeds genomen de éénige gelegenheid, die zich in zijn leven voordeed, om zich in het bezit te stellen van een aardig fortuintje, kon hij niet ongebruikt, voorbij laten gaan. Reeds dagen geleden had hij het misdrijf voorbereid en den komenden nacht voor de uitvoering bestemd langer uitstel gedoogden Wavers' belangen niet. Dien avond begaf Percy Gordon zich vroeg ter ruste. Hij ensceneerde een kleine comedie wrendde een lichte ongesteldheid voor en liet zich op bed bedienen van een warmen drank. Die comedie zou hij straks herhalen als alles achter den rug was zoodat hij een vrij aardig alibi bij de hand had, als er ooit eenige verdenking op hem zou vallen. Toen omstreeks half een alle geluiden in het kleine pension tot zwijgen waren gekomen, kleedde hij zich vlug aan. In de verte rommelde het onweer den heeleii avond had het reeds gedreigd, zonder tot een uitbarsting te komen. Thans scheen het ernst te zullen worden, doch óók met een regenbui had hij rekening gehouden niemand mocht morgen kunnen constateeren, dat zijn kleeding vochtig was. Hij beschermde zijn pantalon met een paar beenkappen, trok een regenjas aan en stak ook een paar overschoenen bij zich. Straks zou hij zich van al die dingen weer ontdoen -hij had ze s middags pas gekocht en niemand zou ze dus missen in zijn garderobe. Toen hij gereed was, schoof hij geruischloos het tuinvenster 9 9 open en sprong naar buiten door geen sterveling gehoord of gezien. Met vlugge schreden ging hij op weg naar het Colonial Office. Toen de eerste regendruppels vielen, trok hij zijn overschoe nen aan nu konden ook zijn schoenen geen aan wijzing opleveren. Een half uur later bereikte hij het doel van zijn tocht een weinig gebruikten achteruitgang van het Colonial Office in King Charles Street. Intus- sehen had het onweer zich in al zijn hevigheid ontlast onophoudelijk flitste de bliksem langs den inkt zwarten hemel en de regen gutste met stralen neer. Percy Gordon verschafte zich toegang tot het gebouwr met een duplicaatsleutel, dien hij een paar dagen geleden voor dit doel in zijn bezit had genomen. Hij hoefde niet bevreesd te zijn voor den nacht portier— hij wist, dat deze op dit uur zijn ronde deed in een ver verwijderden vleugel van het reus achtige gebouw. Teneinde te voorkomen, dat hij natte sporen in de vertrekken achter zou laten, liet hij zijn hoed, jas en overschoenen op de mat achter. Toen begaf hij zich naar de afdeeling, waar hij werkzaam wTas een zaal gelijkvloers, waarheen hij ook in het donker den weg .wist te vinden. Nadat hij gummi-handschoenen had aangetrokken, brak hij met een oude vijl een viertal lessenaars van collega's open. De paperassen woelde hij door een, zoodat het den schijn had, dat de inbreker hier vreemd was geweest en naar Baker s concessie had moeten zoeken. En ten slotte forceerde hij in het naastgelegen vertrek het schrijfbureau van zijn clief. Percy Gordon wist nauwkeurig, waar de gelakte envelop met liet waardevolle document geborgen lag in Je bovenste lade, tusschen een stapeltje andere papieren. Spoedig had hij haar gevonden, en terwijl zijn spanning een uitweg vond in een diepen zucht, borg hij het vurig begeerde couvert veilig in zijn binnenzak. Op hetzelfde oogenblik, dat er langs den onrustigen hemel een felle bliksem straal kwam aanflitsen. Het drietal nachtelijke voetgangers, dat dien nacht omstreeks één uur in Parliament- Street ter hoogte van het Colonial Office een schuilplaats had gezocht tegen den stroomenden regen, was tegen half twee toevallig getuige van een zeldzaam schouwspel. De bliksem, die bijna niet van de lucht was, sloeg op zeker oogenblik neer op het dak van het Colonial Office, zocht zijn weg door een der schoorsteenen en zette gelijkvloers een drietal vertrekken in lichte laaie. Even plotseling vond het hemelvuur een uitweg naar het scheen zonder schade te hebben aangericht. Gedurende een oogenblik hadden de verschrikte ooggetuigen duidelijk de gestalte van een man in een der vertrekken waargenomen. Zijn gelaatstrekken waren echter niet te onderscheiden in minder dan geen tijd was het bliksemlicht ver dwenen en lagen de vertrekken weer in het duister gehuld. „De bliksem is ingeslagen," stamelde iemand, nog niet bekomen van den schrik. „Ja, maar het schijnt goed afgeloopen te zijn," antwoordde een ander. „Ik zie tenminste geen vlam men. En als er iets aan de hand is, zal de nacht waker het wel gemerkt hebben ik zag hem toe vallig in een van die zalen staan." ..Als hem tenminste zélf niets overkomen is," hernam de eerste ongerust. Een oogenblik bespraken zij het al of niet waar schijnlijke van zoo'n ongeluk. Toen trotseerde een der mannen den stroomenden regen en liep op den ingang toe op hetzelfde oogenblik, dat Percy Gordon het gebouw in King Charles Street weer verliet. De bezorgde ooggetuige belde aan en weldra verscheen de nachtportier. Deze hoorde verbaasd zijn uitleg aan en onraad vermoedend, verzocht hij zijn bezoeker even te wachten. Vijf minuten later belde hij Scotland Yard op, dat er ingebroken was in de afdeeling „Concessie-aanvragen". Er vertrok

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1936 | | pagina 4