i Hofdames voor h*t graf gezeten met offerandenOp den achtergrond hel inheemseke hoordal de plechtigheid opluisterde met godsdienstige gezangen. Op den ter ugweg va a het grafliet gezelschap daalt de breede trappen afbegeleid door een Islamietischen geestelijke. vorsten is hier dn 11 ook de bloem van den Ja- vaanschen adel te vinden, godsdiénst en taal zijn er volgens de kenners het trouwst in hun oorspron kelijke gedaante bewaard, traditie en gewoonten bleven er het zuiversl gehandhaafd het Javaansehe leven onderging er hel minst de vreemde invloeden. Zii vormen de laatste overblijfselen van het Mataramsche rijk, het overschot, dat pas in 1755 en 1757 door de Nederlanders definitief overwonnen en in drie, later vier deelen gesplitst werd, waarvan Djokjokarta en Soerakarta of Solo de voornaamste zijnDjokjokarta onder een Bultan. Soerakarta onder den Soesoehoenan of Soenan. JVfadat tengevolge van herhaalde wrijvingen in den loop der eeuwen het gebied en het beheer der Vorstenlanden voortdurend verder ingekrompen en gewijzigd werden, zijn de Soesoehoenan en de Sultan tegenwoordig nog slechts leenmannen van den Nederlandschen Staat, en zij worden aangesteld krachtens een Akte van Verhand met de Neder- landsch-Indische Begeeringook hun rijksbestuur ders, hun viziers, worden practisch door het Gouver nement benoemd en gesalarieerd. De eigen macht der vorsten bestaat in de benoeming hunner ambte naren (met uitzondering van den rijksbestuurder) en in het landelijk stelsel, waarover wij nog een oogenblik nader spreken zullen. Hun verdere voor rechten bestaan in hun titels, de pajongs de teeke nen hunner waardigheid, die Iran worden nage dragen, hun lijfwachten en hofceremonieel. In de Gouvernementslanden zijn de ingezetenen gezamenlijk als desa-genoot en, of persoonlijk eige naars van den grond. In de Vorstenlanden daaren tegen is de vorst de eenige eigenaar van alle gronden, en de onderdanen ontvangen van hem den bodem slechts tegen betaling van de helft der opbrengst ter bewerking. Door dit landelijk stel sel, een Javaansch rechts instituut van minstens drie eenwen her, beheerscht de vorst volkomen den eco- nomiselien toestand der onderdanen, althans door tusschenkomst van de he kels of rentmeesters. Hofadel en ambtenaren ontvangen van den vorst groote gedeelten van de velden (bijzonder in de onmiddellijke omgeving der hoofdstad, zoodat de sonverein op hen voldoen de het oog kan houden) voor den duur van hun ambt in leen, in een soort apanage. De vorst en de apanagehouders stelen over hun gronden de hekels aan, die van alle door hen geadministreerde ter reinen 1/5 voor eigen gebruik mogen exploiteeren. Tan de die overblijven, wordt ds opbrengst voor de helft genoten door de landbouwende bevolking, voor de andere helft door den vorst of de apanagehouders. De akkers van den vorst èh van de talrijke apanagehouders èn van de hekels zijn langzamerhand geheel tnsschen elkander komen te liggen. En terwijl vroeger het desahoofd als zoodanig de hekel was, telen de desa's tegen woordig van 25 h 10 hekels, die naar beleven de gronden aan de bewoners verpachten en ontnemen kunnen. De ingezetene blijft daardoor altijd in den toestand van daglooner. Om cms nn tot den Soesoehoenan te bepalen in Soerakarta. de hoofdplaats van het gelijknamig De Soenan stijgt in zijn auto, geholpen door den regen! -ordonnans. Achter hem zijn zoon prins Hadi- widjojo en de regent van Soerabaia. De gouden pa jong wordt hem boven het hoofd gehouden. gewest, ruim aangelegd met breede tamarinde-la nen en breede straten, die ruim 100.000 inwoners bergen, beslaat zjjn kra ton, zgn paleis, een stad op zichzelf, een groot ge deelte van de ruimte. Deze afzonderlijk om muurde stad met een groot aantal straten, pleinen en gebouwen, telt zelf reeds circa 10.000 ingezetenen, meerendeels vrouwen. Er wordt een afzonderljke hoftaal gesproken, de Basa Kedatan De hoofdingang is gelegen achter de eeuwenoude waringins van Soerakarta's aloen-aloeneen hoogs, met een koepel gedekte wachttoren, de pangoeng, geeft vrij uitzicht over de gekeele stad en den wijden omtrek. Behalve de uitgestrekte verblijven van den vorst en zijn huishouding bevinden er zich een groote Een avondfeest ten huize van den gouverneur van Oost-Java: v.Ln.r, de marine-commamlant de heer Jollesmevrouw F itchier, prins Hadiwidjojo, mevrouw Kunemande Soesoehoenan, de heer Kuneman, gou verneur van Oost-Java, de Batoe Mas, de Batoe Parn- bajoen, en de heer Fuehiev, bmrgetneester van Soerabaia. De Soesoehoenan in de gala-uniform van generaal van het Nederland sch Oost-Indisch leger

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1936 | | pagina 5