5
Soms droomde hij niet zoo grappig. Een anderen
keer had hij wel kunnen huilen - als hij geen min
was geweest. Dat was. toen hij van Madeleine
droomde. Zij kwam ineens liet kamertje binnen.
De dokter kwam achter haar aan heel gedienstig.
Madeleine leek een vorstin, zooals hij haar in
dien droom zag. Maar dan een beléédigde vorstin.
Op haar schoon gelaat lag een trek, die tegelijk
verontwaardiging en diepe ergernis uitdrukte. Zij
bracht een geur mee van Chevalier en keek min
achtend om zich heen. Zóó duidelijk was alles in
dien droom, dat hij zelfs stemmen meende te hooren.
„Hij werkte hier, zegt u Wel, ik begrijp niet.
hoe hij tot zoo'n dwaasheid kwam
De dokter vroeg iets met een aarzelende stem
zóó zacht, dat hij haar niet verstond. Madeleine
knikte en haar antwoord klonk bits.
„Jawel, meneer is schatrijk hij heeft een groote
fabriek geërfd. Hij. meneer en ik gaan spoedig
trouwen. Ik zal geld achterlaten voor zijn verzorging
telegrafeer me terstond, als hij tot bewustzijn
komt."
De vrouw deed haastig de deur voor haar open
en Madeleine wierp nog een koelen blik op zijn gelaat.
Toen vertrok zij even plotseling als ze gekomen was.
Het was alles heel wonderlijk óók het ontwaken
Éérst had hij nog zoo'n helderen droom. Het meisje
stond aan het bed en keek verwijtend op hem neer.
Zij had tranen in haar oogen en haar stem beefde.
„Waarom deed je dat V' vroeg zij schreiend. „Je
gaat toch met die mooie dame trouwen Wat moet,
ik nu waarom heb je alleen aan jezelf en heele-
maal niet aan mij gedacht.
Toen was het eensklaps, of hij met een schok tot
begrip van de werkelijkheid kwam. Hij keek om
zich heen en hij lag in dat kamertje, waarvan
hij gedroomd had. En aan zijn bed stond Blanche
- en aan haar oogen kon hij zien, dat zij pas ge
schreid had. Daarop herinnerde hij zich dien nacht
in de schuur en zijn val, toen hij was opgestaan
om een luchtje te scheppen
„Blanche...." stamelde hij met een zwakken
glimlach.
Blanche verbleekte en trad een pas terug van zijn
bed. „Bent u wakker
„Ja, ja wat is er met me gebeurd vroeg hij
en hij schudde zijn hoofd, om dat hinderlijk gesuis
in zijn ooren kwijt te raken.
„U is ziek geweest," hoorde hij Blanche antwoor
den. „Zes dagen hebt u met rozenkoorts gelegen
- wij hebben het hier allemaal al eens gehad. U ligt
nu bij ons tliuis moeder wou u daar niet laten
liggen. En. en.
Blanche stotterde en kampte zichtbaar met haar
tranen.
„Hallo, wat is dat. nu vroeg hij verbaasd en
hij dacht eensklaps met een onrustig gevoel aan zijn
droomen.
„Niets. het is niets," zei Blanche, maar liaar
aardig gezichtje stond eensklaps diep ongelukkig.
„Alleen is er een voorname dame hier geweest. Ze
zei enfin, dat begrijpt u wel. Eergisteren kwam
ze omdat zij niets meer van u hoorde. Ze is ter
stond weer weggegaan. De dokter verzekerde, dat
er zoo goed als geen gevaar bij was.
y ij brak den zin plotseling af en trad voor het ven
ster, opdat hij haar gezicht niet zou zien. Maar
Roger riep haar terug. Hij had alles reeds begrepen.
Hij hoefde zich die vermeende droomen maar te
herinneren om te weten, hoevéél hij met haar ver
liezen zou en hoe bitter weinig Madeleine hem er
voor terug kon geven. Die erfenis kon naar de maón
loopen, zij was te duur gekocht met een levenslang
geluk. Hij ging eenvoudig weer terug naar Annam.
maar niet alleen.
..Blanche. trilde zijn stem.
Het meisje bij liet venster keerde zich om op
haar bleek gelaat lag een onnatuurlijke rust.
„Zou je even aan den postbode willen vragen,
of hij terstond hier -wil komen
Blanche knikte. „Ik was het juist van plan,"
antwoordde ze zacht. „We hebben die voorname
dame moeten beloven baar terstond te telera -
feeren, als u bij kennis kwam."
„Ik weet het," zei Roger en hij dacht aan den
koelen blik, waarmee de voorname dame afscheid
van hem had genomen. „Ik kan nu zélf wel voor
mijn zaken zorgen, liefste," vervolgde hij en glim
lachend om den traan, die plotseling in Blanche's
oog te voorschijn sprong, besloot hij vroolijk „De
liefde heeft, het gewonnen ik zal haar maar tele-
grafeeren, dat ik alleen met jou kan trouwen."
rozengeuren en de geheimnisvolle stilte. Terwijl
hij haar opnieuw aankeek, bekroop hem een sterke
ontroering. En toen gaf hij eensklaps t,oe aan het
vreemde verlangen, dat hem overviel. Hij kuste
haar.
„Welterusten," liet hij er heesch op volgen en
met groote passen verdween hij naar de schuur,
waar hij sliep.
Er volgde een onrustige nacht op dien wonder
lijken avond. Hij wilde weten wat het was, dat hem
zijn gewone zelfbeheersching had doen verliezen.
En toch deinsde hij óók weer terug voor de waar
heid. Hij vorschte naar kltórheid in zijn gevoel,
maar hij deed het met gesloten oogen.
„Je bent verliefd," bespotte hij zichzelf. „Onzin,"
liet hij er ironisch op volgen, „je bent slechts krank
zinnig of ziek.
Dat laatste was waar, maar dat wist hij nog niet.
Hij trachtte heel die verwarring te boven te komen
door aan Madeleine te denken. Hij plaatste ze naast
elkaar Madeleine, met haar trotsche, geraffineerde
schoonheid, en de eenvoudige Blanche. Hij vergeleek
hun opvoeding en de plaats, die zij innamen op de
maatschappelijke ladder en al de andere dingen
meer, die bij de keus van een man van zekere stan
ding gewicht in de schaal leggen.
Doch hoewel die vergelijking in 411e opzichten
ten nadeele van Blanche uitviel, kon hij dat vreemde
verlangen en die zachte ontroering, waarmee hij
aan haar dacht, niet wegredeneeren.
,.D4t is nu liefde die alles overwinnende macht
in het leven, waarvan je het bestaan tot nu toe zoo
cynisch hebt ontkend," hield hij zichzelf sarcastisch
voor.
Zijn verstand, reeds vertroebeld zonder dat hij
het wist, gaf er een even sarcastisch antwoord op.
„Trouw haar dan wat kan je die voorwaarde
schelen in het testament van oom Pierre Niemand
dwingt je om met Madeleine te trouwen, je verspeelt
er alleen je aandeel in de erfenis mee.
De worsteling tusschen hart en verstand maakte
hem duizelig. Hij voelde zich gloeiend heet het
zweet brak hem uit,. Om wat frissche lucht te schep
pen stond hij op, óm de schuurdeur te openen.
Maar na een paar wankelende passen begaven hem
eensklaps zijn krachten en zeeg hij met een zucht
ineen op den vloer.
Dozenkoorts ik dacht het gisteren al," zei
Flaubert, toen hij Roger 's morgens vond over
dekt met vuurroode vlekken. „Niet gevaarlijk,
maar hij is er een dag of zes mee opgeknapt. Wat
beginnen we nou met hem
Roger lag in een diepe bewusteloosheid. Hij
ademde zwaar en liet nu en dan een zwak gekreun
hooren. Zij waren er allemaal - de rozenpluksters
en de andere luitjes van Saint Rosa, die op het ont
stellende gerucht, dat er een „doode" in de fabriek
lag, ijlings waren toegesneld
Blanche stond vooraan en zij keek sineekend haar
moeder aan. Deze knikte zij mocht dien aardigen
jongen wel, die zulke, nette manieren had. Hij
scheen van beter komaf te zijn ach ja, die werk
loosheid
„Je moest hem maar bij ons brengen, baas Flau
bert," besloot ze. „Hij kan Blanche's kamertje
krijgen dan moet zij zich maar zoolang behelpen
met een kermisbed in de kamer, 't Is toch maar om
een paar dagen te doen.
Zoo verhuisde Roger een kwartier later naar het
kleine huisje naast de fabriek. Hij wist er niets van
hij leefde in een heel andere wereld. In de wereld,
die de ijlkoorts zich schept en waarin, bij de wor
steling om het leven, droom en werkelijkheid
onmerkbaar in elkander
overgaan.
Véél van die wereld was
hem onduidelijk - dan
zat hij in een diep, zwart,
gat, waarin het verschrik
kelijk heet was. Maar
sommige droomen leken
wel werkelijke belevenis
sen. Dan kreeg alles vorm,
bezieling, leven. Zoo
droomde hij bijvoorbeeld
van een knus kamertje
met goedkoope prenten
aan den wand, een wit
gelakt ledikant en een
bonte deken. Er liep een
vrouw de deur in en uit
en vaak was zij vergezeld
van een ernstigen man,
of een aardig jongmeisje,
dat angstig op hem neer-
blikte.
Soms kwam het meisje
alleen en dan sloop zij op
haar teenen op 't bed toe.
Dan bewogen zich haar
lippen alsof zij iets
vroeg, en ze, wierp schich
tige blikken naar de open
deur alsof ze ergens
bevreesd voor was. En
dan (lacht hij een zachte
hand met ruwe vinger
toppen op zijn voorhoofd
te voelen, en één keer
eens op 'n keer stonden
er tranen in haar oogen
en kuste zij hem. Ter
stond daarop vluchtte zij
het kamertje uit en even
later kwam de vrouw
weer binnen.
Droomen alles droo-
Madeleine leek een
vorstin,zooals hij haar
in dien droom zag.
Maar dan een be
léédigde vorstin.