Nu maar gauw de schoenen uit Vonden in de steedsche dracht hun gedurfde grillen en uitdagende nieuwe tinten slechts aarze"- lënden bijval het badleven haalde de stoutste trouvailles jubelend binnen In de wijde ruimte, onder 't felle licht zijn de schreeuwendste kleuren combinaties nog slechts fleurig, de opvallendste maskeradepakjes nog maar grappig-origineel. Zelfs voor ons, mannen, werd het strandcostuum de eenige onderbreking in de fantasieloöze tintjes van grijs en bruin, de eenige kans op eens wat f eestelij kers, knalrood of koningsblauw. De eerste aarzelende kennismaking met de zee onder veilig escorte van een omhuifd badkoetsje met trapje naar het zilte element werd al intiemer en ongedwongener. De huid leerde, wat levend, be wegend zout water was, wat lucht en wind, wat zonnekoestering beteekende. De stemmige zebra's uit de kinderjaren van het badleven en hun eegaas in ballon-hanssoppen met plooirok en matrozen kraag werden gemetamorfoseerd in koffiebruine athleten en nymphen. En de badplaats. de bad plaats werd van 'n verzameloord van amechtige echtparen, die er „de zeebaden moesten gebruiken" en er in één moeite door hun overjarige dochters hoopten te plaatsen, tot een dorado van jougd, kracht en schoon heid, tot een tempel van de zon. Men trekt niet meer naar de bad plaats om na 'n jaar van zes-gangen diners weer wat in conditie te komen of om eindelijk Amalia of Cato kwijt te worden. Wij trekken naar 't Zeeuwsche strand om te stalen en te bruinen in koud water en warme zonzoolang er ten minste geen zuidwesters, depressies, onweeren, wolkbreuken en andere klimatologi sche narigheden de pret bederven. Wantiserook géén vacantieoord zoo riant als de badplaats-bij-zonne schijnals de barometer op „regen en-wind" staat, is er op heel den aardbodem geen deprimeerender plekje te vinden dan het zeebad. Maar niet zoodra zijn wind en gol ven bedaard en speelt de zon weer over zand en zee, of uit de hotel poorten, uit de stadstrams en tut de straten, uit de duinpaadjes en de strandtenten, daar stroomt weer de kleurenwemeling en de juichende pret over boulevard en strand. Het zomerfeest zet in, opnieuw de baders treden weer aan De eerste kennismaking met het zeebad schijnt niet tegen te vallen En van je héla, hola, houdt er den moed maar in Elk spaarzaam uurtje zonneschijn wordt voor 't bruinen benut.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1936 | | pagina 17