ALS DE SELDERIJKNOL OP ZIJN BEST IS
GEVULDE SELDERUKNOL
GEGRATINEERDE SELDERUKNOL
GEVULDE SELDERIJPLAKKEN
GESTOOFDE SELDERUKNOL
De selderijknol wordt eerst gekookt, daarna geschild. Dan worden ze met een scherp mesje uitgehold.
De tijd nadert weer, dat de huisvrouw hoe langer
hoe meer de koolsoorten en allerlei knolgewassen
als koolraap, bieten en dergelijke op haar dagelijkseli
menu zal moeten plaatsen.
Een van de fijnste, maar bij de meeste huisvrou
wen ook de minst bekende van deze knolgewassen
is wel de selderijknol. Hoe jammer eigenlijk, want de
selderijknol kan zoo uitstekend als groenteschotel
dienst doen en is daarbij zéér smakelijk. Ook z 1 een
fijn gesnipperde selderijknol, gevoegd bij onze erw
tensoep, hier een bizonderen smaak en aroma aan
ver leen en.
Op heel gemakkelijke en goedkoope manier kan
men dit gerecht klaar maken.
Eerst worden de selderijknollen (men rekent y2
knol per persoon) met een borstel zoo goed mogelijk
schoon gemaakt. Nadat ze vervolgens in kokend
water met zout gaar gekookt zijn, worden ze geschild
(de schil kan men er gemakkelijk af trekken). Dan
snijdt men ze doormidden en holt ze van binnen wat
uit. Het vleesch echter niet weggooien, want dit doet
dienst voor het vulsel.
Nu laat men de uitgeholde knollen afkoelen en
maakt intusschen het vulsel gereed. Dit bestaat
(voor 4 personen) uit 1 y2 ons rundvleesch en 1 y2 ons
varkens- of kalfsvleesch. Verder twee ?t drie sneetjes
oud wittebrood zonder korst, wat peper, zout en
nootmuskaat. Vermeng de beide gemalen vleesch-
soorten met elkaar, voeg er de kruiden, het vleesch
van den selderijknol en 't zout bij en tenslotte 't fijn
gemaakte brood, dat tevoren in koude melk is ge
weekt, waarna de melk er weer stevig uitgeknepen
is. Desverkiezend kan men ook nog een fijn ge
snipperd uitje en 1 ei aan het mengsel toevoegen.
De selderijknollen worden met het gehakt gevuld
en in een vuurvasten schotel gezet. Strooi er wat
paneermeel overheen, leg op iederen gevulden knol
een klontje boter en zet het schoteltje in een tame
lijk heeten oven.
Giet er zoo af en toe wat bouillon of water over
heen en laat de knollen zóólang stoven tot het vleesch
gaar is. Dien ze dan zoo heet mogelijk op en geef er
gebakken aardappelen en desverkiezend sla bij.
Dezen zeer voedzamen schotel bereidt men op de
volgende manier.
Kook de selderijknollen op de boven beschreven
wijze bijna gaar. Schil ze en halveer ze. Zet ze ver
volgens in een vuurvast schoteltje, voeg er wat
schijfjes tomaat, plakjes hard gekookt ei en een
stukje boter bij. Giet er een scheutje melk overheen
en bestrooi de groente met wat paneermeel en ge
raspte kaas.
Laat de groente gedurende uur in een tamelijk
heeten oven heelemaal gaar worden en stoven en
lien ze in het schoteltje op.
Kook de selderijknollen, zooals hierboven werd
beschreven, maar zorg, dat ze niet heelemaal
gaar worden. Schil ze en snijd ze in tamelijk
dikke plakken. Leg op de helft der plakken wat
tomatenpuree, strooi hierover wat geraspte kaas
of fijn gemaakte harde eieren en wat peper en zout.
Leg de andere helft der plakken er boven op en haal
ze door een geklopt ei, waaraan men 2 a 3 eetlepels
water heeft toegevoegd. Vervolgens worden ze door
paneermeel gewenteld en in heet frituurvet gebak
ken. Het vet moet eerst zóó heet gemaakt worden,
dat het begint te dampen. Onder het bakken keert
men de plakken met een schuimspaan om, om ze er,
als ze gaar zijn, ook met de schuimspaan uit te halen.
Daarna zoo heet mogelijk opdienen. In plaats van
frituurvet kan men voor het bakken der selderij-
plakken ook heel goed slaolie gebruiken. De slaolie of
het vet, die er na het bakken overblijven, kunnen een
volgenden keer nog zeer goed gebruikt worden, wan
neer men olie of vet maar eerst zeeft en ze daarna
in een goed sluitende flesch (dit geldt voor de slaolie)
bewaart.
Zóó zien ze
in eer ze gaar zijn.
Het culsel beslaat uitgehakt, het cleesvh van den
knol en een gesnipperd uitje.
Gestoofde selderijknol wordt op dezelfde wijze be-
eid als gestoofde koolraap.
Men snijdt dus den knol in tamelijk dikke plakken,
schilt hem en snijdt er vervolgens niet te lange,
dunne reepjes van. Deze reepjes kookt men
gaar in kokend water met zout. Vervolgens
stooft men ze in een bloemkoolsausje, waarvoor
men y2 ons boter met 4 afgestreken eetlepels bloem
steeds roerende aan de kook brengt. Hierbij wordt
ongeveer y2 1. melk gevoegd, het sausje nog even
laten doorkoken en daarna bij den gekookten selderij-
knol voegen, terwijl een weinig van het sausje wordt
achtergehouden om later op de schaal over de groen
te te doen. Tenslotte raspt men er wat nootmuskaat
overheen.