EEN TOCHT DOOR DEN
BIESBOSCH
L
v"l^S£S^_ _■■■■■■■■■■■■■■--
QL^det een snelle motorboot door een
doolhof van slooten
en killen
Q Éipte
iwiKflfc Mi*
w i»k V %m:V^v
a j32Ë -' "^afer--^.'^"
^^jjE - -V-**■'•-..■*• ir'Bfcii "^Lar*1-.
!^Si-k~" j* - Tts.
L*vr®-' -*%.
-iJW -t> *j»j3l5g!- 2jj
Wl-^ESS^f?8
water
In het diepere vaarwater passeeren ons ook motorschepen.
ko ff ie wordt
gekookt.
keten
In den „kop" van Noord-
Brabant, in den drie-
boek Moerdijk Geer-
truidenberg Gor-
cum, begrensd en omspoeld
door de Nieuwe Merwede
ten Noorden, den Amer
en de Bergsche Maas ten
Zuiden en 't Hollandsch
Diep ten Westen, ligt een
gebied van ruim 10.000
hectaren water en land de
Biesbosch.
„Water en land" zijn
eigenlijk geen juiste be
namingen. De streekbewo-
ner zal u een reeks zelf
standige naamwoorden op
noemen, wior juiste be-
teekenis alleen is te achter
halen met behulp van een
woordenboek. In z'n sap
pig Brabantscli zal hij een
belangstellende vertellen
van water, slikken, riet
gorzen, biezertgorzen, grien-
De postbode van den Biesbosch brengt
per vlet of motorboot rond,
z'n brieven
den en eindelijk van wei
den en bouwland.
Beter dan elders kan men
zich hier nog een voor
stelling vormen van de he
roïsche worsteling van den
mensch met 't water, den
voortdurenden, dagelijk-
schen strijd om het land,
moeizaam gestreden, dik
wijls gewonnen, vaak ver
loren. Op 't oogenblik is
de mensch aan de winnen
de hand. Vernuftig als hij
is, maakt hij handig ge
bruik van den klei aanslib-
benden vloed, die de platen
of slikken steeds liooger
maakthij „ligt °P
loer", en wacht en help- n
handje bij 't ontstaan der
biezengorzen. Is de samen
stelling van den grond al
dus iets verbeterd, dan ver
schijnt de mensch weer en
maakt er rietgorzen van.