HOE VERWERKEN WIJ VLEESCHRESTEN? 36 VleeschkussentjesWeek de sneetjes in geklopt ei en wentel ze daarna door paneermeel. Het komt in een huiskonden zoo dikwijls voor, dat er restjes vleesck, hetzij van soepvleesck of gebraden vleesch, overblijven, waarmee de huis vrouw meestal geen weg weet. Toch kunnen we van deze vleeschresten met een weinig overleg en wat handigheid en, wat ook vooral niet mag vergeten worden, met zeer weinig kosten allerlei heerlijke hapjes bereiden, die dan bij de boterham of ook wel als enkel „warm hapje" gepresenteerd worden. Ofschoon voor de volgende recepten steeds het zelfde vleeschmengsel als grondbestanddeel werd gebruikt, is de toepassing ervan zóó varieerend, dat wij er gerust meerdere malen bij voorkomende ge legenheden gebruik van kunnen maken, zonder dat wij bang behoeven zijn, in herhalingen te vervallen. VLEESCHKUSSENTJES (6 PERSONEN) 250 gram vleeschresten, 6 sneetjes oud witte brood, 40 gram boter, 30 gram bloem (3 afgestreken eetlepels), )/4 1. bouillon of magere jus of water, waarin een paar bouillonblokjes zijn opgelost, 1 ei, wat peterselie, peper en zout. fenijd van de sneetjes wittebrood de korstjes af en maak deze zooveel mogelijk vierkant van vorm. Maal de resten vleesch door een vleeschmolen fijn of hak ze zoo fijn mogelijk. Vermeng ze met een sausje, dat bereid wordt door boter en bloem steeds roerende aan de kook te brengen en er daarna den bouillon of de magere jus aan toe te voegen. Blijf roeren tot het sausje weer opnieuw kookt en laat het 2 a 3 minuten doorkoken. V ermeng met dit sausje de vleeschresten. Roer dan nog wat fijn gehakte peterselie door de massa en desverkiezend nog wat druppels bouillonextract en wat peper en zout. Besmeer de sneetjes brood met een dim laagje boter, strijk er wat van het vleeschmengsel op en wel zóó, dat dit in het midden hooger is dan aan de kanten. Week de sneetjes brood met den anderen kant in een ei, dat met twee eetlepels water is geklopt. Giet de rest van liet ei boven over de vleeschmassa en wentel nu de snoetjes aan alle kanten door paneermeel. Maak wat frituur vet in een ijzeren pannetje zóó heet, dat de vloeistof begint te dampen, leg er de sneetjes voorzichtig in en bak deze aan weerszijden bruin. Haal ze er met een schuimspaan uit, laat ze even op grauw papier uitdruipen en presenteer ze op een verwarmden schotel waarop 'n servetje is gelegd. Versièr den schotel nog met wat frissche takjes peWselie. wanneer ze kant en klaar zijn. Geruide broodjes: Doe wat van de rleeschmassa inden broodjes. VLEESCHBALLETJES Ook hiervoor wordt weer dezelfde vleeschmassa gebruikt als in het eerste recept werd beschreven. Laat het vleeschmengsel echter eenigen tijd op een koele, plaats rusten, zoodat het eenigszins stijf geworden is. Vorm er dan met de hand balletjes van ter grootte van dikke, glazen knikkers. Wanneer de vleeschmassa zich niet goed laat bewerken, maakt men de handen even nat, het vleesch zal dan niet meer blijven kleven. Wentel de balletjes door een ei, dat met twee eet lepels water is geklopt. Vervolgens door paneermeel wentelen, nog eens opnieuw door het ei, weer door paneermeel en dan in heet frituurvet of slaolie bakken, zooals in het eerste re cept is beschreven. Men moet er vooral voor zorgen, dat de balletjes niet te bruin worden, want dan is het korstje te hard en zijn de balletjes minder smakelijk. Heeft men de balletjes op grauw papier laten uitdruipen, dan worden zij op een glazen schotel gelegd en wordt door ieder balletje een tandenstoker gestoken. VLEESCH IN SCHELPEN Hetzelfde vleeschmengsel als in recept 1. Doe wat van het vleeschmengsel in de schelpen en strooi er wat paneermeel overheen. Leg hier en daar een kluitje boter en maak de schelpen langs de ran den goed schoon. Zet de schelpen gedu rende 10 15 minuten in den oven en laat op het vulsel een mooi bruin korstje komen. Dan zoo heet mogelijk opdienen. In plaats van magere jus of bouillon kan hier ook Vj 1. melk worden genomen. SOUFFLÉ VAN VLEESCHRESTEN Besmeer wat kleine soufflépotjes met boter en leg op den bodem wat fijn ge maakte aardappelen, die met wat magere jus zijn vermengd. Leg hierop een ge deelte van het vleeschmengsel, dat geheel volgens het eerste recept wordt bereid. Dan boven op het vleesch een plakje tomaat leggen, met wat geraspte kaas en paneermeel bestrooien en hier en daar een kluitje boter leggen. Tenslotte de soufflépotjes in den oven zetten en de massa gedurende 15 minu ten bij een heet vuur bakken. Daarna zoo warm mogelijk presenteeren. GEVULDE BROODJES Üe smakelijke rleeschballeljes zullen een gul onthaal einden. Voor gevulde broodjes gebruiken we oude brood jes, die in de lengte worden doorgesneden en daarna worden uitgehold. Maak van de vleeschres ten weer een mengsel, zooals dit in het vorige recept is beschreven. Vul met dit mengsel de uitge holde broodjes. Bestrijk ze aan allo kanten met wat boter, om het uit drogen in den oven te voorkomen. Zet ze op oen bakblik en laat de gevulde broodjes in den oven bij een matige warmte goed warm en knappend wor den. Haal ze uit den oven en dien ze zoo warm mo gelijk op een schaal, waar over een servetje werd gelegd. Gevulde broodjes: Warm en knappend opdienen. Gevulde broodjes: Hestrijk de, broodjes met boter.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1936 | | pagina 36