Dat jaar was het zóó kond, dat zelfs de zon een verkoudheid opdeed, waarvan men thans nog de vlekken op haar gelaat ziet. inkomsten, hem door zijn letterkundigen arbeid ten deel vallend, zeer goed gebruiken. In korten tijd beleefde het werk verschillende herdrukken, flet duurde ook niet lang, of de naam „Münchhausen" ofwel „Leugen-Münchhausen" werd de spreek woordelijke aanduiding voor iedereen, die liet. in zijn verhalen met de waarheid niet al te nauw nam. Waar baron von Münohhausen, bij een reis door Polen, na het smelten van de metershooge sneeuw zijn paard blijkt te hebben vastgemaakt aan de toren spits der dorpskerk. boek van Burger mocht zich reeds bij eerste ver schijnen in de algemeene sympathie verheugen, en Burger, die wel professor was aan de universiteit van Göttingen, maar slechts honoris causa, kon de Van een opsnijder zei men lachend, dat hij een tweede Münchhausen was. Ën men beweert, dat de aldus ge noemden daar een heele eer in stelden. Wat, gezien de menschelijke ijdelheid, niet, te verwonderen valt. Langen tijd heeft men gemeend, dat de naam van den verteller der leugen verhalen fictief was. Maai de baron heeft werkelijk geleefd, zooals we hier boven reeds aanstipten. Nog op heden bewaart men in het Hannoversche stadje Bodenwerder, aan de Weser, een aantal interessante herinneringen aan vrijheer K. F. H. von Münchhausen, de spruit van een oud adellijk geslacht, aldaar ge boren den 11 en Mei 1720. Hij diende, gelijk de meeste avontuurlijk aangelegde jonge Duitscliers uit die dagen, als officier in het Russische leger en had op éénentwintigjarigen leeftijd reeds twee Turksche veld tochten meegemaakt. Van 1750 tot aan zijn dood, in 1797, leefde hij als harts tochtelijk jager en ruiter op zijn landgoed Boden- werder. Hij hield er van veel vrienden te ontvangen en was een joviaal gastheer. Tijdens de drinkgelagen en maaltijden hield hij zijn genoodigden bezig met ver halen over zijn avonturen en woeste streken. Maar in zijn herinnering en fantasie, ook ten gevolge van het herhaalde levendige vertellen, en niet onmogelijk tevens ten gevolge van den rijkelijk genoten wijn, namen deze verhalen telkens reusachtiger afmetingen aan, totdat zo ten laatste aan het ongeloofelijke en onmogelijke grensden, maar de baron vertelde alles met een stalen gezicht, en alsof hij zélf geloofde dat hij waarheid sprak. Er is wel eens getwist over de vraag, welk ver haal van den baron het fraaiste was. De gloriekroon werd gegeven aan deze ge schiedenis van 'n leeuwen jacht, waarbij de leeuw de jager was „Ik probeerde te ont snappen, maar dat maakte mijn toestand nog erger (als 't erger kon)want meteen toen ik me om draaide zag ik 'n grooten krokodil, met z'n bek open, ongeveer klaar, om mij in zich op te nemen. Aan mijn rechterhand was het water, en aan mijn linker hand een diepe afgrond, waarin, zooals ik later hoorde, op den bodem een verzameling vergiftige cre aturen huisdekortom, ik achtte me al verloren, want de leeuw stond al op zijn achterpooten, op het punt zich op mij te wer pen; onwillekeurig viel ik op den grond van vrees, en gelijk daarna sprong hij over mij heen. Ik bleef eenigen tijd liggen in een toestand, dien geen taal kan beschrijven ik verwachtte niet anders dan zijn tanden of klauwen te voelen in 't een of andere gedeelte van mijzelf nadat ik zoo een paar seconden voorover had gelegen, hoorde ik een krachtig maar vreemd geluid, heel anders dan ieder geluid, dat ooit mijn ooren had getroffen en daar zult u zich niemendal over verwonderen, als ik n Hoe de vindingrijke von Münchhausen het vlieg- vraagstuk oploste. verteld heb, waar het vandaan kwam nadat ik eenigen tijd geluisterd had, waagde ik het, mijn hoofd op te heffen en rond te kijken, en tot mijn onuitsprekelijke vreugde bemerkte ik, dat de leeuw, in zijn dolle drift om mij te bespringen, vooruit was geschoten, terwijl ik viel, en precies in den krokodil- lenbek terecht was gekomen De kop van den eene bleef steken in de keel van den andere. Gelukkig dacht ik aan mijn degen, die aan mijn l)e molenaarsknecht, die voor zijn baas den wind maakt. Een andere Don- Quichotlerie van baron von Münehha/usen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1936 | | pagina 50