EEN STRIJD TUSSCHEN TWEE KONINGINNEN C 20 Koningin Mary ran Schotland. riehonderd-vijftig jaar geleden (8 Febr1 587)—1 werd Mary, koningin der Schotten, onthoofd._jJ De hoofdpersonen in 't drama zijn twee vrou wen, door de politieke verwikkelingen en de godsdiensttwisten van haar tijd tot levenslange tegenstrijdigheid gedreven Elizabeth Tudor, koningin van Engeland, en Mary Stuart, koningin der Schotten. Elizabeth overwon, Mary stierf door beulshand. Elizabeth wordt door velen voor een wreed en listig monster aangezien maar zij Was ook zelve een slachtoffer. Ten eerste maakte haar geboorte haar bitter. Zij was de dochter van Hendrik VIII en Anna Boleyn, kind uit een huwelijk, dat algemeen ongel dig werd geoordeeld dus had zij geen geboorterecht op den troon, terwijl haar halfzuster, Mary Tudor, vrij makkelijk den troon kon veroveren. Elizabeth, die reeds door haar geboorte het nieuwe Engelsche geloof en de opstandigheid tegen den Paus vertegen - woordigde, moest aanzien, dat het Protestantisme bloedig vervolgd werd, en raakte zelf op een-en-twin tigjarigen leeftijd in de gevangenis, met groot gevaar voor haar hoofd. Toch werd zij, na het kinderloos overlyden van Mary Tudor, koningin Hendrik VIII had haar, met medewerking van het Parlement, tot opvolgster aangewezen en nam zij zich tot levenstaak, de eenheid des lands in Protestantschen zin te vestigen en te handhaven. En daarin werd zij tegengewerkt door haar nicht Mary van Schotland, troon-pretendente, overtuigd Katholieke, religieus gehoorzaam aan den Paus en politiek verknocht aan de groote Katholieke naties. Is het dan wonder, dat zij, die in haar leven slechts intrigue en zwaard als strijdmiddelen had zien en had voelen optreden, zich sluw en onbarmhartig keerde tegen die nicht. die (ook de vrouw in Elizabeth sprak mee bovendien zooveel gelukkiger was door haar ordelijke geboorte en moederschap Mary van Schotland, Maria Stuart, wordt door velen beschouwd als een dweperige intrigante, een huichelachtige landver- raadster. Maar zij was geen van beide. Zij was koningin van Schotland en beschouwde zichzelf als de eenig rechthebbende op den Engelsclieu troon immers, zij was de volle nicht van Hendrik VIII, terwijl Elizabeth slechts regeerde krachtens een in Katholieke opvatting onrechtmatige beschik king van haar vader. Zij had te kampen tegen op standigheid en burgerkrijg onder haar eigen volk, de Schotten, en werd door Elizabeth in alles tegen gewerkt en belaagddus ging zij schrap staan, zich verdedigenlinks en recht s steun en hulp zoeken. Méér nog dan Elizabeth werd zij bij al haar doen gedreven door besef van recht en plicht, maar zij ging minder listig door dik en dun dan haar mededingster. Waren de pogingen van Hendrik VIII, om 'n hu welijk tusschen zijn zoon Edward (VI) en Maria Stuart tot stand te bren gen, gelukt, dan was Elizabeth waarschijnlijk nooit koningin van Enge land geworden, en dan waren Engeland en Schot land reeds veel vroeger onder één scepter ver- eenigd. De Schotten ech ter wenschten niet door Engeland te worden opgeslokt, en Werkten dus de verlovingsplannen in Mary's prille jeugd uit alle macht tegen. Toen werd het zesjarige Sehotsehe koninginnetje (wier moeder als regentes fungeerde) naar Frankrijk gezonden, als bruid van den Franschen kroon prins, met wien zij in 1558, nog geen zestien jaar oud, in het huwelijk trad. Zoo werd zij koningin van Frankrijk (1559), maar reeds in 1560 stierf Frans II, haar man, en in 1561 keerde de weduwe, 19 jaar oud, naar Schotland terug. Daar was tijdens haar afwezigheid een felle ;odsdienststrijd uitgebroken, met dit resultaat, dat de Staten het Katholicisme hadden afgeschaft, het Protestantisme ingevoerd en een verdrag met Elizabeth gesloten. Koningin Mary wenschte dat Verdrag, buiten haar om aangegaan, niet te erkennen, vóór zij met haar Parlement had overlegd. En omdat Mary het verdrag niet erken nen wou, gunde Elizabeth haar geen vrijgeleide bij haar overtocht van Frankrijk naar Schotland. Misschien was 't slechts de zware mist, die voorkwam, dat Mary door de vloot van Elizabeth ge vangen werd genomen. Er volgden voor Mary moeilijke regeeringsjaren, waar zij zich handig door heensloeg, in schijnbare vrede met Elizabeth. Het verdrag bekrachtigen wilde zij echter niet, en de kracht, waarmee zij het Protestantisme te keer ging, alsmede verschillende verwikkelingen in haar par ticulier leven, verhoogden het vertrouwen en de welwillendheid van Elizabeth geenszins, zij Mary beging, schijnt het, zwakheden, onvoorzichtigheden. Mi roekeloosheden. maar dat het slechtheden waren, is nooit bewezenintegendeel, volgens veler getuigenis werd zij het slachtoffer van geweld, kuiperijen, smerige trucs van de Sehotsehe edelen. Dat die heeren kuipten en knoeiden, ie bewezen, en dat koningin Elizabeth hen begunstigde, staat evenzeer vast. Hoe het zij, de goede naam van de ongeluk kige Mary leed groote schade (zij werd van moord op haar man en bevoorrechting van den moordenaar beschuldigd) en de oproerigheid tegen haar werd zóó groot, dat er geen bedwingen meer aan was. Mary's legers Werden verslagen, zelve moest zij in ellende vluchten. Mary vroeg Elizabeth om hulp, maar Elizabeth wou haar niet eens te woord staan. Listiglijk, verraderlijk be gunstigde zij Mary's tegenpartij in Schotland, en de Sehotsehe koningin hield zij streng bewaakt, un op 't eene, dan op het andere kas teel zoodat het Mary on mogelijk was, aan Frankrijk of Spanje de hulp te vragen, die Engeland, haar nicht, haar weigerde. Die gevangenschap heeft koningin Mary heel haal verdere leven moeten ver duren, terwijl haar zoontje James koning van Schotland werd gemaakt, onder voogdij van de opstandige edelen. Vreemde mogendheden dron gen er op aan, dat de gevan gene recht zou worden ge daan Elizabeth ant woordde, dat zij Mary's lieve zuster was, de beste vrien din, die zij ooit had dat zij haar een tehuis had ge geven toen haar onderdanen haar verjoegen en naar liet leven stonden. En Elizabeth breidde haar invloed in Schot land en haar macht naar buiten gestadig uit. En geen mogendheid was in staat of bereid, tegen de machtige konin gin van Engeland op te treden ten bate van de weggeknipte vorstin eener zwakke, arme, inwendig verdeelde natie... - Maar zorgeloos triomfeeren deed Elizabeth nog lang niet. Eenigen van haar edelste onderdanen beraamden plannen, om de gevangene te bevrijden, misschien om een revolutie te verwekken en Mary op den Engelseken troon te plaatsen. Natuurlijk stelde Mary pogingen in het werk, om in relatie te blijven met degenen, die haar goed gezind waren, en hulpkrachten binnen of buiten het land aan te werven, teneinde haar vrijheid of gezag geheel of gedeeltelijk terug te krijgen. Bij een dier samenzweringen maakte een zekere Anthony Babington het plan, Elizabeth te vermoorden. Dit kwam aan het licht, en Babington werd met zes an deren opgehangen. Op de kamers der koningin werden <li kasten opengebroken, en in haar correspondentie vond men sporen van medeplichtigheid aan het complot. Man werd in staat van beschuldiging gesteld, en zou terecht staan voor een commissie van veertig rechters, edelen van beide religies. Zij was nu Maa veri den gesc wen kon waa Zijl haai ban gew zitti Mar zijn com De voorlezing van 't doodvonnis Rizzio, secretaris en gunsteling van koningin Mary, in haar tegenwoordigheid vermoord. zesenveertig jaar oud, en door ziekte en leed al haar vroegere schoonheid verlo ren. Haar haar was zoo grijs als dat van 'n zeventigjarige- Mary erkende het gezag van die rechtbank nietimmers, zij was koningin, de gelijke van Elizabeth, en kon zich dus niet door de onderda nen van Elizabeth laten vonnissen maar niet een dreig- en vleibrief bracht Elizabeth haar er toe, zich in de vernedering te schik ken. Dit was niet wijs van Mary immers zij stond m 'n veel te ongunstige positie- opz Ein mei den ma volj S kan diei 'Ai een eer te bes bet dac Na me zij 1 doe kas tre een op teg J voi vot me GrOl gel liai eek I red geh dig ziel wei haf 1

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1937 | | pagina 22