DE LAATSTE REIS VAN EEN OOSTERSCH VORST (De begrafenis van Qakoe CAlam VII De lijkkoets, welke afgestaan was door den Sultan van Djokja. Zijne Hoogheid Pangeran Hadipati Ilario Pakoe Alam de Zevende, zelf bestuurder van het Pakoe Alamsche landschap, welks grenzen in Djokjakarta en 't Koeion Progosche liggen, heeft de moede oogen ge sloten en is de lange reis naar het verre generzijds aangevangen. Daar is rouw in den Dalem Pakoe Alaman, daar is rouw in 't geheele Pakoe Alamsche huis, daar is rouw in de vorstenlanden. Daar is rouw in groote, witte steenen huizen en in nederige hutten. Zwijgend gaan de land bouwers hun pad naar den sawali en zwijgend verrich ten zij hun arbeid. Omdat er rouw in hun harten is om den gestorven vorst. In den Dalem Pakoe Alaman is de stilte binnen gekomen. Het is er altijd stil en rustig en de schreden der velen die blootsvoets aan- en afgaanklinkennooit luidop. De statige rust van den Dalem Pakoe Alaman die zelfs is wanneer de gamelan zijn zachte klan ken in den avond laat lioo- ren, die zelfs is wanneer de eentonige stem van den dalangzijnvreemdegesehie- denissen vertelt, is dieper geworden en drukkender. De Pakoe Alam is ge storven. Daar zal een nacht voor bij gaan en een dag. En dan zal wederom een nacht vergaan, voordat de lange stoet het sterfhuis zal verlaten om den gestorven Oosterschen vorst te bren gen naar de ver-afgelegen begraafplaats, waar in vrede zijn voorvaderen rusten op den top van een heuvel aan het einde van een lange trap, welke er heen leidt en welke vierhonderd treden telt. Daar rusten de Pakoe Alams in de stilte van dat oord van vrede, waar de tijd niet beweegt, op den Een typisch kiekje van Javaansche vrouwen, die zich onder de vele belangstellenden bevonden langs den weg. heuvel Girigondo nabij Kedoendang in het regent schap Wates. Dit is de laatste rustplaats der vorsten van dit kleine Javaansche vorstendom, trouwe vazallen van de Koningin der Nederlanden. Eenmaal, jaren en jaren geleden, zat een der Pakoe Alams in meditatie op dezen heuvel en staarde uit naar de wijde verte van den stralenden Indischen Oceaan. En de vrede van deze ongerepte schoonheid daalde in zijn hart, zooals de slaap daalde in zijn oogen. En terwijl hij sliep, hoorde hij een stem, welke hem zeide, dat op dezen heuvel moest worden aange legd de begraafplaats der vorsten van het Pakoe Alamsche huis. En toen hij ontwaakte, hield zijn hand omvat een brok aarde van den heuvel en toen hij rook aan de aarde steeg een wonderheerlijke geur in zijn neus gaten. En hij sprak de naam van deze plaats zal zijn „Geurige Aarde", „Girigondo", en zoo is de naam van deze plaats geweest tot op dezen dag. De top van den heuvel is gelijkgemaakt, de aarde is vlak gegraven en een trap van vierhonderd treden werd aangelegd, leidend tot den top van den heuvel. De eerste der vorsten, die op deze plaats werden hegraven, was hij, die den heuvel zijn naam gaf en na hem zijn zijn zonen en de zonen van zijn zonen en hunner zonen zonen op deze zelfde plaats ten grave Wijlen het zevende huojd van het l'akoe Alam sche huis, Pakoe Alam Vil, die niet indruk wekkende plechtigheid 18 Februari j.l. ten grave is gedragen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1937 | | pagina 30