VOOR HET KOMENDE SEIZOE lijkste motieven, 'n Alleraardigst donker blauw jurkje met witten kriebel blijkt een bloemlezing uit de laatste Parijsebe chansons te zijn Verder scheepjes, postzegels, scènes uit het park van Fontainebleau, Perzische en Arabisch^ motieven, maar alles uiterst discreet behandeld, zoodat het geheel niet op een prentenboek gaat lijken. Het gekleede middagjurkje trekt de be langstelling, ook omdat de lpk ervan niet meer lang is. Degenen dus, die 's ochtends van huis gaan met het vooruitzicht van een gezellig dinertje 's avonds, zijn niet meer genoodzaakt den heelen dag met opge- heschen rok rond te tippelen. Minder prac- tisch maar wel aardig is het randje tule of kant, waarmee menige rokzoom afgezet is. Kant, waarvan in menig geval ook 't boven stuk jen de korte mouwtjes van het japon netje genomen zijn. De meer gekleede jurkjes hebben in vele gevallen een ruime voor baan, die van boven ingerimpeld is en naar Hoedjes van velerlei formaat, geschikt voor elk type en elke gelegenheid. Als de eerste modeshow er is geweest, verdwijnt ook voor de kieskeurige vrouw de onzeker heid omtrent haar garderobe voor het komende seizoen. Eenige inlichtingen zullen haar van dienst kunnen zijn Bij de mantelpakjes blijkt vooral een voor liefde voor korte tailleurjasjes, die toch nog altijd eenige schouderverbreeding vertoonen, zij het dan ook gering in vergelijking met het vorige jaar. De jasjes zijn veelal van andere stof dan het jurkje, dat eronder gedragen wordt, 'n Typische bijzonder heid van deze Fransche modellen is, dat het rokje vervangen wordt door een eenvoudig jurkje, waar door blouse en jumper dus vrijwel uitgeschakeld zijn. Voor den hoogzomer zien we erg veel pakjes bestaande uit een effen jurkje met een gebloemd jasje ofwel een manteltje van kant. Kant is vooral voor mantels sterk favoriet en uiterst practiscli voor degenen, die zelfs midden-zomer niet graag zonder mantel loopen. Naast bloemen vertoonen de imprimés de wonder - De rokzoomen zijn in vele gevallen uitgeschulpt, ge festonneerd of met een randje tule of kant afgezet. onderen uitwaaiert. Ook plissé is favoriet maar dan van het ragfijne mousseline de soie. Over gebloemde japonnen ziet men veel een overkleed van effen kant of andere doorzichtige stoffen. De mantels zijn kwiek en vlot, wat voor een niet gering deel is toe te schrijven aan het feit, dat ze niet over elkaar slaan, maar tegen elkaar aan sluiten, zoodat het fleurige zomerjurkje eruit komt piepen. De voorliefde voor bont op zomermantels herleeft in zooverre, dat' we dit materiaal in vele gevallen als revers verwerkt zien. En dat bij volkomen afwezigheid van kraag. Geheel in de lijn van de steeds voortschrijdende vervrouwelijking van de mode is de garneering met soutache, koord en vooral ook kant, die op japonnen en mantels wordt aangebracht. Zware touwkleurige kant op zwarte wollen stof biedt een verrassend effect. Is er bijzondere zorg besteed aan het gekleede middagjurkje, dat soms door het omklappen van vernuftig aangebrachte panden geheel van aspect veranderen kan en van eenvoudig donker jurkje tot feestelijk geheel wordt, ook de avondjapen heeft de aandacht. Over het algemeen meters en meters- wijde rokken, waarvan de wijdte soms nog geaccen tueerd wordt door den rokzoom af te biezen in afstekende kleur ofwel 'n breeden rand erboven aan te brengen. Op het gebied van materiaal is de keus groot. Zijde, satijn, tule, maar vooral mousseline de soie. Van dat ragfijne goedje, waarvan zonder be zwaar een meterswijde rok gedragen kan worden. Heel aardig is de teere rose zijde, die als chintz bedrukt is daarnaast blijkt voor den zomer veel belangstelling voor de prachtige bloemmotieven, waarmee vooral mousseline de soie wordt bedrukt. Dat het van den zomer een fieurige, flatteuze mode wordt, dht weten we na de eerste, door ons bijge woonde show al met zekerheid. Vooral voor de kwieke, korte jasjes van de mantel- eostuums worden mooie, handgeweven stoffen gebracht Zoowel voor middag als avond veel kant, die niet alleen voor japonnen, doch ook voor man tels verwerkt wordt.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1937 | | pagina 38