l\i W0 !N QEfffy
En thans beheerscht een geheel andere toren het dorpsbeeld van Terselce.
Op dezegravure uit hei jaar 1743 blijkt, hoe de kerk voor den brand twee torens bezat.
Een kijkje in het binnenste van het door de eeuwen
zwaar geteisterde Yerseksche. kerkgebouw.
een poos op te houden en hun voordeel af te dwingen
vond ik niet uitdrukkelijk vermeld, maar uit Reimers-
waals lateren bloei mag men wel concludeeren,
dat deze truc baten heeft afgeworpen.
Zoo was dan Yerseke geboren. Het groeide voor
spoedig op en werd van beduidende grootte. In 1195
werd te Yersekeroord zooals het plaatsje toen ge
noemd werd door den graaf een tol gevestigd.
Voor hem, die met de inning der tolgelden was be
last, werd een grafelijk huis gebouwd, tevens be
stemd 0111 den landheer te herbergen, als hij in deze
streek vertoefde. Deze grafelijke tol, die rijke baten
opleverde, was een leelijke
streep door de rekening van
Reimerswaal. Want nu de
graaf zijn lange, sterke
armen uitstrekte naar de
voordeelen, die de Brabant-
sche kooplieden hein konden
verschaffen, duldde hij niet,
dat een ..filiaal van Reimers
waal" tezelfder plaatse het
zelfde deed.
De Reimerswalers waren
echter bij de pinken en lieten
niets van hun „strop" blijken.
Vriendelijk verzochten zij den
genadigen heer, om den tol
van de Yersekee te mogen
pachten. Dit werd toegestaan,
maar de kooplieden waren
daar niet bijster over ge
sticht, want de tolpacliter
liet niet na, zich een be
hoorlijke winst boven zijn
pacht te verzekeren, welke
winst en pacht gezamenlijk
moesten komen uit de beurs
der Brabanders.
De tol van Yerseke bracht
den graaf heel wat op. Het
was dan ook geen wonder,
dat hij den bewoners van
Yerseke voorrechten schonk boven anderen. Zoo
was er op Woensdag van elke week marktdag. En
opdat nu ieder vrij en onverlet die markt zou
kunnen bezoeken, bepaalde de graaf, dat niemand
daar op Woensdag („van zonne tot zonne", d.w.z.
van zonsopgang tot den volgenden dag) zou mogen
vechten. Wie het deed, kreeg f 6.boete. Degeen, die
een mes durfde te trekken, eveneens f 6.en wondde
hij er iemand mee, dan vertiendubbelde de boete en
moest hij f 60.betalen. Men mocht geen enkel
wapen zoolang de markt duurde dragen.
De rechtspraak te Yerseke was tot in de fijnste
puntjes verzorgd. Wie b.v. den schout of iemand
der regeering (dus nu burgemeester of raadslid) die
tot vrede en orde aanspoorde, door woorden of daden
ongehoorzaam was, moest onherroepelijk f 60.—
betalen (de eene helft voor den graaf, de andere helft
voor den beleedigde). 't Was dus in
dien tijd maar zaak, goede vriendjes
met den burgemeester te blijven.
Trad deze een taveerne binnen, waar
het „wat wild en rumoerig" toeging
en er waren b.v. tien personen, die
niet wilden gehoorzamen, dan ging
voor deze tien personen een boete
van zeshonderd gulden in. De burge
meester „verdiende" met één zoo'n
bezoek f 300.'t Burgemeesterschap
van Y irseke was dus ook wel eens
winstgevend.
Door de grafelijke bescherming
duurde het niet lang, of Yerseke stond
in aanzien ongeveer gelijk met Rei
merswaal en Goes. Zóó was het ten
minste in het begin der 14e eeuw.
De kerk te Yerseke werd reeds in de
12e eeuw gesticht. In den beginne
was zij een ruime kruiskerk. Het
liet jraaie raadhuis, dat Yerseke in later jaren rijker geworden is, neaakt
nu met de kerk een der sieraden van het dorpscentrum, uit.
schip werd in 1523 door het vuur verwoest. Ver
schillende huizen van het dorp gingen mede in vlam
men op. De zware toren werd daardoor van de kerk
gescheiden, maar werd in 1823 wegens bouwvalligheid
afgebroken. Het onderdekenschap over Westelijk
Zuid-Beveland was aanvankelijk te Yerseke geves
tigd, maar kwam in 1413 te Goes.
In het jaar 1640 werd de plaats door een bende
Spaansche zeeschuimers geplunderd en gedeeltelijk
verbrand. Dezen slag is Yerseke nimmer te boven ge
komen. De edelen van Yerseke trokken zich terug, zoo-
dat ridderspelen en dergelijke niet meer plaatsvonden.
Yerseke was ook getuige van den beroemden
zeeslag tusschen den Geuzenadmiraal Boisot en
de Spaansche aanvoerders De Glimes en Romero,
welke slag door de Geuzen glansrijk werd gewonnen.
Jasper Leimse van Zoutelande wist hier zijn naam
Op deze plek is het huidige raadhuis verrezen.
te vereeuwigen, door op 't vijandelijke admiraalsschip
over te springen en de Spaansche vlag naar beneden
te halen, wat op de vechtende Spanjaarden van
deprimeerenden invloed was.
Den 12den Maart 1906 werd Yerseke door de gol
ven geteisterd. De steigerdammen, waarachter de
kostbare oesterputten, werden op dien dag geweldig
gebeukt door de woest opgezweepte golven, die
weldra over de dammen heenrolden, alles meevoerend
wat geen weerstand kon bieden. Des middags vier uur
braken onder donderend geraas de dijken van
den Pieter en Olzendepolder door, terwijl den anderen
morgen ook de Molenpolder iidiep. De menschen
konden zich nog bijtijds redden, zoodat zij er met
verlies van have en goed afkwamen.
De beteekenis der plaats ligt in de oestercultuur.
In 1875-1890 werden er groote schatten verdiend.
Door een strenge koude in 1890 was alles vernield en
moest men geheel van voren af aan beginnen. Door
deze oesterteelt groeide het dorp in vijftig jaar van
vierhonderd inwoners weer tot vierduizend. Of de
oester ook beteekenis heeft gehad in de ontwikkeling
van het dorp
Moge het zwaar door de crisis getroffen Yerseke,
onder het bestuur van zijn energieken burgervader,
den edelachtbaren lieer H. C. J. Gunning, verder
groeien en opnieuw tot zijn onden bloei terngkeeren.
A. M. W ES SEES