Odol alleen kan 'm ontdekken DE PRINSES VAN NEW YORK Zomerpr acht 1 9 37 elegante, moderne modellen, PatronenkantoorPanora, Nassauplein Haarlem 24 "ET TYL U kunt den tandbederver niet zien. U voelt 'm pas als 't te laat is. De gevaarlijke tandbederver voedt zich met de voedselresten, die tusschen de tanden achterblijven. Poetst daarom Uw tanden met Odol tandpasta. Het overvloedig schuim verwijdert de voedselresten en maakt Uw tanden helder wit. Maorom den tandbederverook in zijn meestontoe gankelijke schuilplaatsen te vernietigen, moet U Uw mond met Odol mondwater spoelen. Door zijn sterk antiseptische werking doodt Odol de schadelijke bacteriën oorzaak van onzuiveren adem en erger. Odol geeft 'n frisschen mond en 'n zuiveren adem. De Odol-combinatie waarborgt volmaakte mond hygiëne. Poetst Uw tanden met Odol tandpasta. Spoelt Uw mond 2 x daags met Odol ödoTcümpanyJ Odol tandpasta fl. 0.35 - tl. 0.60 per tube. Odol mondwater II. 1.25 - II. 1.75 per flacon. Vervolg van pag. 23 NEDERLANDSCH FABRIKAAT N. V. ODOl COMPANY AMSTERDAM waarvan ca. 1200 Kant-en-klaarpatronen in diverse maten, direct uit voorraad leverbaar, vindt U in de nieuwe Het eenige Hollandsche modeboek, dat kan wedijveren met alle buitenlandsche uitgaven. Ook de flinke, duidelijke, deels fraai gekleurde modellen, volgens de laatste mode uit Parijs, Weenen en Berlijn, maken dit boek zeer aantrekkelijk. Zomerpracht is 64 pagina's groot en voor zien van een schitterenden kleurenomslag. Het brengt een kerncollectie zomermantels, japonnen, mantelcostuums, rokken, blouses, complets, jabots enz. enz. Bovendien werd daarin opgenomen een volledig Kindermodeboek met ca. 125 mo dellen, een handleiding met voorbeelden enz. enz. De prijs bedraagt slechtsÓU ct. Bestellingen hu als volgt geschieden door bemiddeling van Uw agent of bezorger, door girostorting op .,\o. 29363/. door toezending van bel bedrug per postwissel of in postzegels (tot een waarde van 6 cl.) „En nu gaat hij hem terugrijden," zei Greet vastberaden. „Hier is num mer twee." Maria kwam den weg op met hoog geheven hoofd. Zij werd gevolgd door Jenkins, die de boterhammetjes droeg. Ilij leek meer op '11 lakei in burger dan op een detective met een gevangene. Greet had aan Aubrey Rowlandson verteld, dat hij een jeugdig vrouwelijk lid van de beruchte Merstham-bende zocht, en dat zij zich schuldig had ge maakt aan oplichting. Rowlandson keek Maria sprakeloos aan. Was dè,t liet vrouwelijk lid van een schurken- troep 1 Dat prachtmeisje, dat zoo uit een schilderij had kunnen stappen Greet keek op zijn horloge. „Als we voor de lunch in stad zijn," zei hij, „wil de politierechter u misschien vanmiddag hooren." Hij wenkte naar Geoffrey, en deze klom achter het stuur. „Mag ik u verzoeken, meneer Rowlandson 1 Mijn kameraad zal met u meerijden." Rowlandson deed een vruchtelooze poging, om zijn verbazing te uiten, ter wijl zij wegreden. Eindelijk zei hij tegen Jenkins „Er is maar één woord over te zeggen, dunkt me." „Wat dan V' „Nou - krankjorem," zei Aubrey Rowlandson Maria voelde zich versclirikkelijk eenzaam. Zij had geen oog voor het andschap, waar zij doorheen reed. Zij zat rechtop met gevouwen handen, onverschillig voor al wat er gebeuren ging. Zij had geen idee, waar zij terecht zou komen, of waar zij den volgenden nacht zou doorbrengen. Zij wist alleen, dat zij zich verlatener en ongelukkiger voelde, dan zij ooit van haar leven geweest was. Haar lang begeerde reis naar Enge land was geen succes geworden. Eerst had haar moeder haar verlaten, en toen mevrouw Raffan, en daarna had den de Mersthams haar in de luren gelegd. Geoffrey was hakr eenige hulp en steun, en hem had zij nog niet eens bij zich, want hij was van haar af gescheiden door een glasruit en werd door een detective bewaakt. Zouden de Mersthams, vroeg zij zich af, hun rol hebben volgehouden, als haar vader een staalkoning was gebleven Zou Geoffrey in dat geval Oxford verlaten hebben, en een gestolen auto besturen 1 Hijzelf zat te peinzen, dat er niets tot zijn verontschuldiging viel aan te voeren. Hij had zich allerellendigst vergaloppeerd. Hij was maar om één ding blij. Als Maria een nacht in een cel moest doorbrengen, dan hij ook. Zij werd onschuldig verdacht van ju- weelendiefstal, maar hij had inderdéad een auto ontvreemd en hij wist in de verste verte niet, wie de eigenaar rvas. „Merci," zei hij opeens. „Waarvoor V' vroeg Greet. „Ik heb zitten denken. Zullen we een beetje praten f" Greet bleek bereid. „U lijkt me 't kalf in dit zaakje." „Denkt u T" „Nogal duidelijk. Ik snap alleen niet, hoe u bij dat stelletje komt. Volgens uw grappigen vriend met de Daimler bent u nog in Oxford." „Zeer juist," zei Geoffrey. „Hm. Hoe hebben die lui u op gepikt Ik bedoel, waar hebt u kennis met ze gemaakt V' „Op zee -aan boord van de Luca- nia." „O juist." Greet wees met zijn duim over zijn schouder. „Was die jonge dame bij ze V' „Welneezei Geoffrey. „Zij heeft ze aan boord voor 't eerst gezien." Greet glimlachte. „Jawel," zei hij. „Ze was zeker alleen, of met een be jaarde tante." „Ik begrijp u niet," zei Geoffrey. „Juffrouw Stanton reisde met mevrouw Raffan, een zeer bekende Amerikaan- sche dame." „Altijd 't zelfde liedje," zei de man van Scotland Yard. „Net als de Spaan - sche schatgraver. En die naam Stan ton Heeft onze jonge vriendin dien aan boord aangenomen V' „Aangenomen t" riep Geoffrey. „Dien hééft ze niet aangenomen." „O. Ze heette van 't begin af Stan ton." „Maar, beste man, ze héét Stanton." Nog glimlachte Greet. „Jawel," her haalde hij. „Ze hebben niet slecht ge werkt." Geoffrey keek hem woedend aan. „U schijnt in uw hoofd gehaald te heb ben," beet hij, „dat die jongedame achterin niét juffrouw Stanton is, maar dat ze tot die bende van Merstham hoort 1" „U bent gedachtenlezer," grijnsde Greet, met wat ruigen spot, „waarom denkt u, dat ze wél juffrouw Stanton is „Dat werd me gezegd." „Door de Mersthams of door haar V' Geoffrey was te verontwaardigd om te antwoorden. Twee minuten lang bleef hij zwijgen. Hij onderdrukte een bijna overweldigend verlangen, om den man van Scotland Yard op zijn gezicht te slaan, en slikte een vloed van vin nige woorden weg. Toen hij eindelijk sprak, klonk zijn stem belangstellend, zonder sarcasme. „Hoe oud bent u V' vroeg hij min zaam. „Vierenveertig. Hoezoo V' „Hebt u goede oogen t" „Niets over te klagen. Waarom V' „Ik weet niet," zei Geoffrey. „Ik wist niet, dat ik die dingen zou vragen. Komt zoo maar in me op. Bent, u écht van Scotland Yard?" „Absoluut," zei Greet. „Moeten de belastingbetalers Scot land Yard onderhouden V' „Ja zeker." „Hoeveel vergissingen moogt u be gaan, voor ze u de bons geven V' Greet grinnikte. „Ik heb u voor kalf uitgescholden," zei hij, „en dat beviel u niet. Maar zullen we eens wedden, wie van ons tweeën 't grootste kalf is 1 Hoor eens, jongeman u krijgt door dit zaakje een hoop geklets, dat u mis schien aehteruitzet in uw carrière. Ik zal u eens wat vertellen. Schrijf maar eens zwart op wit, dat een vrouw nog geen engel is, omdat ze een mooi ge zicht heeft, en dat ze nog geen dochter van een Amerikaanschen millionnair is, omdat ze 't zelf zegt. Als we in Londen terug zijn zult u zien, dat de drie Merst hams pa en moe en 't jog op den terugkeer van hun lokvink zitten te wachten. Weest u maar blij, dat u niet met ze meegaat naar hotel De Houten Lepel, voor een rustkuur van een paar jaar." „Dank u buitengewoon voor de vrien delijke belangstelling. Dus u hebt de Mersthams gearresteerd f" „Ik niet," zei Greet, „maar een van mijn mannen heeft gisteren lady Merst ham en 't zoontje geknipt, en de oude heer zal ook wel binnen zijn. Ik heb al jaren op die luitjes geloerd."

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1937 | | pagina 26