SALATA
EERBIED VOOR DEN
LEVENDE....
Wat doe ik
DAAR mee?
VJDUTVIi
JOURNALIST
JOURNALISTE
Perl ©Sinas® Frambozen
ieïnpe» k
DOOR KELLY HORCH
30
Het dagelijksche probleem voor
de huisvrouw: „restjes". Met
Salata bij de hand, is de op
lossing heel eenvoudig: koude
aardappelen, koude groente,
koud vleesch, koude visch, alles
maakt men met een scheutje
Salata tot een heer
lijk schoteltje. Gar
neer met wat stukjes
tomaat en klaarI
Probaar Salata vandaag
••ris. Verkrijgbaar in fles-
schen van 25,421/2 «n 80 ct.
Overal verkrijgbaar.
- Een vak met bijzondere
aantrekkelijkheid. Gevoelt
U een innerlijke drang
om Uw medemensen
meningen, gedachten en
kennis op een bevattelijke
wijze mede te delen Volg
dan onze degelijke, goed
kope, schriftelijke cursus.
De lessen zijn door er
varen vaklieden samenge
steld. Leider: mr. K. W.
Saizmann, oud-journalist
en redacteur. Boeken
gratis. Wij hebben zowel
een cursus voor hen, die
de lagere school bezoch
ten, als voor gevorderden.
Na goede afloop
diploma.
Let op 't Hero-stempel.... de garantie
voor zuivere natuurproducten.
De beroemde Hero-producten - Perl,
Sinas en Frambozen.... zijn stuk voor
stuk bereid uit heerlijk volrijp fruit....
frisch van smaak.... zuiver van kleur....
vrij van chemische toevoegingen!
'n Glas Perl, Sinas of Frambozen geeft
U door zijn natuurlijke kwaliteiten
nieuwe krachten heerlijkeverkwikking.
Vroo9
M'teuwe
Margv Glen was liet knapste
meisje van Niversnaid. En tot
haar verdriet tevens het meest
besproken meisje. Zoo bewon
derd als zij door de jongeren werdomhaar
knap uiterlijk, zoo berucht was zij bij de
ouderen om den klank van haar naam.
Aan dat laatste kon zij zelf niets doen;
het was de schuld van haar vader.
Van John Glen viel inderdaad niet
veel goeds te vertellen. Ongeveer twaalf
jaar van zijn huwelijk had hij in de
gevangenis in Glasgow doorgebracht en
toen hij na zijn laatste vonnis in vrij
heid werd gesteld, kwam hij nog juist
bijtijds thuis, om den laatsten zucht van
zijn ongelukkige vrouw op te vangen.
Dat sterfgeval maakte echter slechts
korten tijd indruk op hem. Na een half
jaar ging hij den ouden weg weer op en
het was een verlossing voor de streek,
toen hij op zekeren dag naar Amerika
verdween. Hij liet Margy onverzorgd
achter en zeven jaar lang hoorde ze niets
meer van hem.
Het meisje was twee en twintig
jaar geworden, toen zij op een dag in
het dorp vernam, dat haar vader in
Amerika uitgewezen was en naar Enge
land was teruggekeerd. Volgens het
gerucht had hij hier nog een en ander op
zijn kerfstok en dat verklaarde mis
schien, waarom zij de eerstvolgende
twee jaren opnieuw niets vanhem
hoorde. Toen ging het praatje in» het
dorp, dat hij weer in de streek was
gezien en zelfs hier en daar om werk
had gevraagd. Wat waar was van al
die geruchten viel echter niet te con-
troleeren en dus bleef zij omtrent zijn
doen en laten in het onzekere verkeeren.
Margy was een goed meisje en het
spreekt vanzelf, dat zij leed onder de
opspraak die haar naam telkens op
nieuw verwekte. Het liefst zou zij het
dorp en zijn kwaadsprekende bewoners
ontvlucht zijn, maar zij wist niet, hoe
zij zich elders door het leven zou moeten
slaan. Afgezien daarvan liield Rudy
Wren haar tegen, de eenige vriend, dien
zij bezat.
Rudy had den moed gehad, de open
bare meening van Niversnaid openlijk te
trotseeren. Margy had al meer vrienden
kunnen hebben, maar dat waren de
zulken, die vreesden eveneens in op
spraak te zullen komen en haar alleen
in het donker durfden naderen. Die had
zij echter verachtelijk den rug toege
keerd en hen van vriend tot vijand
gemaakt. Rudy was heel anders ge
weest.
Op een Zondag was hij regelrecht van
de kerk naar haar huisje gekomen,
zoodat bijna alle kerkgangers getuige
waren geweest van zijn bezoek. Margy
had de deur geopend en daar, op de
stoep, had Rudy haar verlegen maar
héél ernstig gezegd, wat hij op het hart
had.
„Ik heb het je allang willen vragen,
Margy, maar ik was bang dat je me
uit zou lachen. Ik hou van je en ik
zou graag met je willen trouwen. En
moeder laat vragen, of je vanmiddag
bij ons wilt komen eten.
Zoo'n liefdesverklaring klinkt nuchter
en zakelijk en meisjes hooren het graag
anders. Maar wat er aan ontbrak, las
zij in zijn oogen. En het leek haar
plotseling toe, dat er een zonnestraaltje
doorbrak in het donker verschiet van
haar leven. Zij lachte er tegen en tegelijk
kwamen er tranen in haar oogen.
Spreken kon zij die eerste oogenblikken
niet, maar zij gaf Rudy Wren een hand
en dat was genoeg. Zóó besloten die
twee samen door het leven te gaan.
Rudy werkte 's zomers op het land
en in den winter in de kolenmijn. Ook
dien winter, na zijn verloving met
Margy, meldde hij zich aan voor de
mijn. Dat was juist in den tijd toen
men in Niversnaid beweerde, dat John
Glen in de streek was teruggekeerd.
In December van dat jaar gebeurde
er in de Intoshmijn een ongeluk, dat de
ernstigste gevolgen had kunnen hebben
en dat Rudy Wren bijna het leven kost
te. Op een morgen was hij nauwelijks
afgedaald, toen in de kolengang. waar
hij zich bevond, een ver verwijderd
gerommel weerklonk, dat aanzwol tot
een oorverdoovend gedonder. Tegelijk
vulde zich de ruimte met een dichte
wolk kolengruis, die hem bijna deed
stikken. Hij hoorde zwakke kreten,
rende de inktzwarte duisternis tege
moet en zag zich eensklaps den weg
versperd door een instorting. Terwijl
hij radeloos naar een uitweg zocht, liet
plotseling een der stutbalken boven zijn
hoofd los. De zware balk kwam op zijn
achterhoofd terecht hij sloeg voor
over, slaakte nog een kreet en verloor
het bewustzijn
Toen Rudy na eenige uren de oogen
weer opsloeg, drong langzamerhand het
wanhopige van zijn toestand tot hem
door. Hij zat gevangen in een gang van
tachtig voet lengte, ruim vierhonderd
voet diep in de aarde en van de buiten
wereld afgesloten door enorme massa's
steenen en gruis. Hij had voedsel noch
drinken bij zich en het was zelfs niet bij
benadering te zeggen hoelang het duren
kon, voor men hem zou vinden.
In de wanhopige stemming, die zich
van hem meester maakte, begon hij de
onverzettelijke barricade te bestormen,
die daar in de duisternis voor hem opge
stapeld lag. Hij verspilde er zijn krach
ten aan en verwondde tot bloedens toe
zijn gezicht en zijn handen.
Traag verstreken de uren, zooveel
nachten gelijk. De honger begon hem
te kwellen en de dorst schroeide zijn
keel dicht. En intusschen hield hij niet
op te schreeuwen totdat zijn
longen zoo moe en zijn keel zoo droog en
schor was, dat hij nog slechts een reu
telend geluid kon voortbrengen.
Toen maakte zich een gevoel van
doffe berusting van hem meester. Hij
gaf den stormloop op tegen zijn noodlot
en legde zich neer. En zoo verstreken er
weer vele uren, een dag en een nacht
in matelooze ellende. En met niets om
zich heen dan duisternis en stilte
diepe, ondoorgrondelijke duisternis en
stilte. Toen ontwaakte hij uit dien on-
natuurlijken toestand van doffe onver
schilligheid. Hij begon opnieuw te
schreeuwen, brulde Margy's naam uit, en
beukte met zijn gekneusde vuisten
tegen de ruwe wanden.
„Help Help Margy, help Margy.
Margy, hóór je me dan niet. 1"
Die verdwaasdheid van zinnen verliet
hem plotseling. Hij ving zwakke geluiden
op een vreemd gerucht in die vreese-
lijke stilte. En toen dacht hij eensklaps
dat 't wonder, dat alléén nog in staat
was hem te redden, werkelijkheid was
geworden. Er klonk een doffe stem, als
een rommelend geluid, dat hol en naar
geestig de benauwde ruimte vulde.