OKÉ, DON JUAN
cj)e kleurenfilm
Jo Barton (Beverly Roberts), de bazin van Barton's houtbedrijf, wekt haar mannen op om den strijd tegen de Rus set-onderneming op te nemen.
In Amerika is men op hei oogenblik druk bezig mei de gekleurde film. Ver
schillende resuliaien, welke niei aliijd even mooi genoemd konden worden
werden reeds den volke geioond. Warner-Bros brengt ihans haar nieuwste ge
kleurde product op de marki en daaraan kan men zoo ongeveer den huidige
stand van de Amerikaansche kleurenfilm-industrie zien. Het is een film in he
genre vaqThe trail of the lonesome pine" doch meer doorwrocht en boeiende
Ja, eigenlijk is 't jammer,
dat deze film gekleurd
is, al begrijpen we er ook
de goede bedoeling van
Doch iedere nieuwigheid
heeft nu eenmaal een soort
oefenperiode te doorstaan,
waarin geëxperimenteerd
wordt. Telkens worden
kleine verbeteringen aange
bracht, totdat men ten
slotte een gaaf resultaat
bereikt, waarmee iedereen vrede
kan hebben. Tot zoolang zullen we
nog met deze betrekkelijk onvol
komen producten genoegen moeten
nemen, al is het ook hier grooten-
deels een kwestie van smaak. Maar
wij voor ons prefereeren toch meer
de solide, overtuigende zwart-wit-
film, vooral voor onderwerpen als
het onderhavige, waarvan het ge
geven een rauwe historie is uit
het houthakkersbedrijf. Weliswaar
wordt gepoogd hier en daar een
grappige noot in te lasschen, maar
dat maakt het geheel toch niet
minder stug. Daarom zou juist, hier-
De Don Juan heeft, dank zij het
energiek optreden van de bazige"
directrice, werken geleerd en heeft
tevens van de gelegenheid gebruik
gemaakt om op haar verliefd te
worden. George Brent en Beverly
Roberts
De beide broeders Russet en hun voormalige vijandin Jo
Barton hand in hand bij de redding van den Don Juan.
Terwille van haar groote liefde heeft het meisje haar manne
lijke houding geheel laten varen en is slechts een liefheb
bende vrouw geworden. (Robert Barrat, Beverly Roberts en
George Brent.)
in het zwart-wit een sterkere ondersteuning van den
inhoud zijn geweest, daar het de tamelijk pittige
en markante figuren beter zou hebben doen uit
komen dan de lieflijke, teere kleuren, waarmee nu
alles overgoten is.
Het verhaal geeft den strijd te zien tusschen twee
houtbedrijven, waarvan het cene het andere tracht
te vernietigen. De leidster van de zwakste partij is
een vrouw, terwijl de andere firma bestuurd wordt
door een man, waarvan de volksmond zou zeggen,
dat „diens weg over lijken" gaat. De broer van dezen
man is echter een bon-vivant en deze komt toevallig
met de geheel vermannelijkte, doch uiterlijk zeer
schattige directrice van de vijandelijke onderneming
in kennis. Tusschen al dat hout en die ruwe kerels in
bloeit dan een liefdesromance, welke eerst na heel
veel moeilijkheden tot vollen wasdom komt en den
strijd tusschen de partijen als vanzelf oplost.
Behoudens de spanning, welke er in het verhaal
zit, geeft deze film tallooze merkwaardige en hoogst
interessante opnamen van het houthakkersbedrijf,
zooals dat in de Amerikaansche oer-bosschen ge
dreven wordt. Dat is op zichzelf reeds zoo boeiend,
dat men op het laatst de kleur niet meer ziet.