HEERSCKSERS OVER RUSLAND 250 JA USSISCHE GESCHIEDENIS door E. J. Sfnetanic-Klinsky PETER DE GROOTE f5 ilKTPy mts?,os©- EKATKPMlfA btoïa< AtlTA 11»i Het standbeeld vail I'eter den Grooten in St. Petersburg dal Katharine de Tweede voor hem liet oprichten. Czarina Kath'arina de Eerste, de gemalin van I'eter, die na z'n dood als alleenheerscheres over Rusland optrad. Het is Juli 1709. Moskou, de feestelijk versierde stad, viert een der grootste over winningen van den Rus- sischen heerseher. Geduren de een volle week luiden onafgebroken alle klokken. Een oprechte vreugdestem - ming heeft zich van hel volk meester gemaakt, want het ZweedscRe gevaar bestaat niet meer. M en heeft geen Karei meer te duchten. Peter behaalt een schitterende OTerwinning Het leger van den gevreesden Zweedschen koning is door de Russen in den slag bij Pol- tawa op 27 Juni verpletterend verslagen. Na deze zware nederlaag heeft. Zweden iedere beteeke- nis als grootmacht verloren. De tooverglans van Karei is verbleekt. Van zijn vrijheid en macht beroofd, vindt hij in 't onaanzienlijke Turksehe stadje Bender een toevluchtsoord. Hij is half de gevangene van Achmed III, door het noodlot gedegradeerd tot een avontuurlijken ridder. ..Het vijandelijke leger," zoo schrijft Peter van het slagveld naar Moskou, „kwam om zooals Phaëton voor de zon." Zijn heldere kijk op politiek doet hem erkennen„dat door deze onverhoopte overwinning eerst, thans met Gods hulp de grondslag voor St. Petersburg gelegd is." Na deze schitterende zegepraal staat Peter plot- VIJFDE VERVOLG seling in het middelpunt der Europeesche belang stelling. Rusland, tot nu toe onderschat en met min achting bejegend, wordt overstroomd met aan biedingen van verdragen en tallooze eerbetuigingen. Er zijn zelfs landen, die van „het Russische gevaar" spreken Mensehikoff, die zich tot een bekwamen veldheer en strateeg ontwikkeld heeft, wist zich in den veld slag bij Poltawa bijzonder te onderscheiden. Als dank daarvoor wordt hij tot veldmaarschalk verheven. Hij is nu sinds jaren de intiemste vriend van den Czaar. Voor Peter is hij nog steeds de jeugdvriend Alexaschka, voor de wereld de doorluchtige vorst Alexander Mensehikoff, hertog van Ingermanland. Zijn snelle opkomst heeft hem eerzuchtig gemaakt, hij lijdt aan groot heidswaanzin en hebzucht zon der voorbeeld. Toch gaat zijn geniale aanleg ver boven deze tekortkomingen uit, zijn glans wordt er niet door vertroebeld. De Gzaar is aan hem met al zijn gebreken gehecht. Zonderlinge verhalen over de verhouding van den Czaar met zijn gunsteling doen de ronde. Als stad houder van St. Petersburg maakt Mensehikoff zich schuldig aan allerlei verduisteringen en knevelarijen. De Czaar moet dit geregeld hooren. Op 'n dag wordt het Peter te veel. Woedend betreedt hij het slot van Mensehikoff op 't Wassilij-eiland, dat deel uitmaakt van St. Petersburg. Op 't vernemen van de boodschap, dat de vorst nog slaapt, stormt Peter onaangemeld zijn slaapkamer binnen. Hij sleurt Mensehikoff uit het bed, houdt hem zijn schulden last voor oogen en nadat Peter hem een flink pak slaag gegeven heeft, begeeft hij zich weer naar huis. Onderweg ontmoet hij '11 groote mensehenmenigte, die zich naar het slot van den stadhouder begeeft. Het zijn gelukwenschers en nu herinnert de Czaar zich pas, dat Mensehikoff heden zijn naamdag viert. Peter keert op zijn schreden terug en sluit zich bij de menigte aan. Doodsbleek ziet Mensehikoff den Czaar wederom verschijnen. Maar Peter slaat geen acht op zijn ver legenheid en angst. „Toen ik zoo juist ontwaakte," spreekt de Czaar zijn gunsteling toe, „schoot het mij meteen te binnen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1937 | | pagina 29