DE MED. CHR. VER. VAM
PADVINDERS
--
door tnr. F. J. ZIJL
de N.P.V. werd vervolgens een overeenkomst ge
sloten, waarvan de korte inhoud deze was, dat de
C.J.M.V,-padvinders in technisch opzicht onder de
N.P.V.-organen stonden, doch op religieus gebied
geheel de vrije hand hadden. Ruim een jaar geleden
werd de naam der vereeniging gewijzigd in dien van
Ned. Chr. Vereeniging van Padvinders (N.C.V.P.).
Dit wat de geschiedenis betreft. Wat nu de doel
stelling der vereeniging aangaatdeze is, zooals reeds
werd opgemerkt, van anderen aard dan die van het
spel zelf. Het„geef mij de jeugd" voert ook de
christelijke jeugdbeweging in haar vaandel en zij
wenscht ieder geoorloofd middel daartoe te gebruiken.
Heeft het spel van verkennen ten doel de jongens tot
goede en gelukkige burgers op te voeden, de christe
lijke beweging gaat nog een stap verder en maakt dit
doel tot haar middel om op haar beurt haar eigen
doel te dienen het brengen van het Evangelie aan
de jongens.
Hiertoe beschikt de N.C.V.P. thans over een or
ganisatie bestaande uit 39 afdeelingen, de een groo-
ter, 'de ander kleiner. Deze hebben te zamen 362
leiders. Het land is verdeeld in districten, elk met
een districtsbestuurder, welke bestuurders te zamen
het bestuur der vereeniging vormen. Het dagelijksch
bestuur is toevertrouwd aan een voorzitter, ds. Kalk
man, een secretaris en een penningmeester. Per
1 Januari j.l. beliep het aantal welpen 1034. dat
der verkenners 1102, dat der voortrekkers 232, te
zamen met de leiders en, een tweehonderdtal
bestuursleden der plaatselijke afdeelingen in totaal
dus pl.m. 3000. Dit getal is nog steeds in stijgen
de lijn.
Om den geest onder de leiders levendig te houden
wordt elk jaar een weekend gehouden. Dit jaar vond
dit voor de tiende maal plaats. Werd tot 1936 de
Sillem-Hoeve bij Lage-Vuursche daarvoor gebruikt,
in 1937 moest deze als te klein worden verwisseld
met het buitencentrum der N.C.S.V. Woudschoten
bij Zeist.
Ware hoogtijdagen zijn steeds deze weekends.
Referaten worden gehouden, besprekingen gevoerd,
kennismakingen aangeknoopt en hernieuwd, het
spel van verkennen beoefend door de leiders en leid
sters alsof zij jongens waren. En de animo is er voor
waar niet minder om.
Door de Y.M.C.A., die een afgevaardigde heeft
in het internationale padvindershoofdkwartier te
Londen, en waarbij de N.C.V.P. is aangesloten,
zullen op de a.s. Jamboree enkele groote zooge
naamde conversatietenten ter beschikking worden
gesteld, waar zij, die dit wenschen, zich zullen
kunnen verpoozen, met elkaar kennismaken, enz.,
en waar ook enkele aandachten zullen worden ge
houden.
De landelijke vereeniging neemt, zooals gelegd,
nog steeds in aantal toe. Ongetwijfeld draagt het
karakter van liet spel van verkennen daartoe in de
voornaamste mate bij. Maar niet vergeten mag wor
den de toewijding van de leiders en leidsters en nog
minder die van de vele personen, die, geen leider
zijnde, niettemin hun krachten beschikbaar stellen
als groepscommissielid of anderszins. Moge de Jam
boree hun de overtuiging schenken, dat hun inspan
ning mede heeft bijgedragen tot het bereiken van
het groote doel.
Summing m zang in het zomerkamp tier katholieke
verkenner».
waren opgericht, o.a. in Amsterdam, Den Haag en
Rotterdam. Zoo werd 2 Juli 1915 de Haagsche
C.J.M.V. Padvindersvereeniging opgericht, welke
in 1919 de koninklijke goedkeuring op hare sta
tuten verwierf. Deze plaatselijke afdeelingen en
troepen werden meest georganiseerd door de plaat
selijke Chr. Jonge Mannen Vereeniging en vormden
een onderdeel van het Nederlandseh Jongelings
verbond, dat dus de landelijke vereeniging uitmaakte.
Uit dit verbond was een padvinder-commissie ge
vormd, die o.a. te oordeelen had over de benoemin
gen van leiders en deze benoemingen doorgaf aan
het hoofdkwartier der Nederlandsche padvinders
vereeniging, waarmee het N.J.V. in relatie stond.
Langzamerhand kwam in dezen toestand door den
groei der beweging wijziging. Op 19 Februari 1927
werd te Rotterdam de oprichtingsvergadering ge
houden van de vereeniging ..De C.J.M.V. Padvinders
in Nederland". Daardoor werden dus alle onder
controle van het N.J.V. staande troepen in één ver
eeniging samengebracht, welke federatief naast het
N.J.V. kwam te staan. In 1930 werd deze toestand
door een contract tusschen die twee vereenigingen
bekrachtigd. Tusschen de C.J.M.V.-padvinders en
Het is niet eenvoudig onder te duiken in de
praehistorie van de christelijke padvinderij
om daaruit de juiste gegevens naar boven
te brengen betreffende het ontstaan der eerste
troepen. En toch leven bij sommige leiders, die
al vele jaren meeloopen, de herinneringen aan
die praehistorie het felst. Gaat tegenwoordig alles
van een leien dakje, tóén moest vooroordeel worden
overwonnen, spot genegeerd, veel meer moeite
worden gedaan om iets te bereiken dan nu. Maar
feiten zijn moeilijk te achterhalen, de kampvuur-
sfeer heeft haar werk gedaan, legenden hebben zich
gevormd, jaartallen zijn vergeten.
Het ligt voor de hand, dat bij vele personen in
den lande, na kennisneming van „het spel van ver
kennen", de lust ontstaan is Baden Powell na te
volgen en het zal niet vele jaren na het bekend wor
den van het spel geweest zijn, dat in Nederland door
de christelijke jeugdbeweging naar het spel werd
gegrepen als een middel om haar doel, dat uiteraard
hooger lag dan de beoefening van het spel zelf, te
bereiken.
Het staat wel vast, dat reeds in 1915 en waarschijn
lijk nog eenige jaren vroeger in Nederland troepen