f!
ti&mesetas
ftoüeicord
DE AASGIER
Geneesmiddelen en Geneeswijzen
'ICKU
De camera voor algemeen gebruik
Annonces betreffende
18
is de hoogste tijd dat U
tabletten uit zuivere kristal-saccharine
gebruikt, want zij zetten nooit - zooals
suiker - vet aan. Zij zoeten spijzen en
dranken zonder eenigen bijsmaak. Zij
zijn gemakkelijk oplosbaar en kunnen
uitstekend bij het koken en bakken ge
bruikt worden. Absoluut onschadelijk.
Verkrijgbaar bij apothekers en drogisten in handige
schuifdoosjes a 43 ets. inhoudende 500 tabletten.
a. g. „Hermes" ziirich 2 Zwitsersch Fabrikaat
door M. Hellinger
met Zeiss Triotar optiek in Compursluiter
in verrassend gunstige prijsklasse.
Fl. 99.25 Fl. 117.50
in wereldbekende Rol I eif I ex precisie-uitvoering.
Prospecti bij de fotohandei verkrijgbaar.
Vertegenwoordigster ILFORD-SELO N.V.
Amsterdam C., Plantage Middenlaan 20a-b.
worden in dit blad slechts opgenomen, indien
zij vooraf voorzien zijn van het stempel „Geen
bezwaar" tegen de plaatsing, afgegeven door
de Commissie van Controle op de Aanprijzing
van Geneesmiddelen en Geneeswijzen, waar
van het Secretariaat is gevestigd: Segbroek-
laan 33, 's-Gravenhage.
Een zomerselie bries bracht <le gor
dijnen aan 't wapperen, zweefde,
koel en zacht, de kamer door en
le gang in. Daar vluchtte zij naar twee
.anten tegelijk, de gesteven rokken der
erpleegsters beroerend en ether-lucht
voor zich uit drijvend.
In de kamer lagen twee vrouwen
naar het plafond te staren. Het was een
kamer met twee bedden. De muren
waren zacht crème gekleurd. Tegenover
de bedden liing een schilderij, een vroe-
gereeuwsche bark met gereefde zeilen.
De magere vrouw, het dichtste bij de
deur, keek niet meer naar bet schilder
stuk. Zij had er al veel te lang naar
gekeken naar haar zin. Zij lag met een
teen van haar rechtervoet buiten de
lakens. Dat was door het windje heer
lijk frisch.
Aan den anderen kant van de kamer
lag de zware vrouw met de ruige wenk
brauwen te studeeren op de schilderij
van de bark en de golven, die kookten
voor den boeg. Zij vond in de kleuren
nog heul voor haar verveling.
„Wanneer komt uw man vroeg
de zware vrouw'.
De magere vrouw glimlachte flauw
tjes. Erg flauwtjes. Een goed jaar in
een ziekenhuis werkt niet gunstig op
iemands gevoel voor humor.
„Hij zal wel gauw komen," zei ze.
„Misschien."
De zware vrouw richtte zich op één
elleboog op.
„'t Gaat me natuurlijk niet aan,
mevrouw Lenny, en u moet niet denken,
dat ik ine met uw zaken wil bemoeien,
maar ik begrijp echt niet, dat u er nog
zoo kalin onder blijft. Als een man mij
zoo behandelde, hoefde hij heelemaal
niet meer te komen. Ik lig hier al zeven
maanden, en ik heb hem nog nooit ge
zien. En vóór dien tijd is hij ook nooit
geweest, heb ik hooren vertellen. Da's
nu al over 't jaar, is 't niet
„Ja," zei mevrouw Lenny zacht.
..Over 't jaar. Een heele tijd."
De zware vrouw snoof hoorbaar.
„Da's zeker een heele tijd smaalde
ze. „Dat krijg je ervan, als je te zacht
zinnig bent. Een man moet je aanpak
ken. U verdraagt te veelHet windje
ging opeens liggen, de gordijnen hingen
stil. „Hij neemt een loopje met u Ik
ken dat uitgaan en profiteeren na
tuurlijk, en u maar aan uw lot overlaten
- en u paaien met mooie briefjes
L" moet me niet kwalijk nemen, mevrouw
Lenny, maar ik nam 't niet
De magere vrouw zei niets. Zij staarde
naar het plafond en plukte, aan de de
ken. en stil droop er een traan van haar
wang, werd een grijzige vlek op het
kussen.
Dr. Kendricks kwam. Hij was altijd
opgewekt. Hij keek op de kaart aan den
voet van het bed. Hij zei, dat hij liever
golf zou spelen dan polsen voelen. Hij
lachte hartelijk om dat grapje. Hij lachte
alleen.
Toen ging hij naar de zware vrouw.
Hij begon haar te onderzoeken. Een
verpleegster rolde een wit scherm naar
binnen. Achter het scherm praatte
dr. Kendricks met de zware vrouw
over mevrouw Lenny.
„'t Is gewoon een schandaal," zei hij.
„Er wordt zelfs in de keuken over ge
praat. Ik spreek niet graag over pa
tiënten, maar dit geval is me te mach
tig."
Hij sloeg de dekens terug van den voet
der zware vrouw en bekeek de wonde.
„Zoo'n kerel verdient zoo'n lief
vrouwtje niet," zei hij. „Ik ken haar al
zoolang ze hier is, maar hij is er nog
nooit geweest. Zoo'n man zou ik met
alle genoegen een pak slaag geven, al
houd ik niet van vechten."
De zware vrouw zuchtte.
„Je begrijpt haar. gewoon niet,
zuchtte zij. „Ze houdt nu eenmaal van
hem, en nu kan hij doen wat hij wil.
Zulke vrouwen hèb je. Ze zou hem 't
ergste vergeven. Nee, dan mijn man
kon ze niet nalaten op te snijden. ,.Die
komt iederen avond. Nog geen dag over
geslagen. en altijd wat meebrengen
bloemen of bonbons of tijdschriften
Zoo stonden de zaken. Iedereen
praatte over die arme mevrouw Lenny
en haar hartcloozen man. Iedereen
wist ervan en iedereen had medelijden
met het vrouwtje.
Drie maanden later, toen de brief
kwam, lag de zware vrouw nog iu de
zelfde kamer. Mevrouw Lenny was er
héél erg aan toe. De dokters zeiden niets,
maar iedereen kon zien, dat zij 't niet
lang meer maken zou.
In dèn brief van meneer Lennv
stond, dat hij Woensdag komen zou.
En dat was de knal op den vuurpijl
bij bracht den notaris mee
Mevrouw Lenny had de zware vrouw
liet nieuwtje toegefluisterd, en het
duurde niet lang, of het ging alle gangen
en kamers door.
„Nu komt hij eindelijk. nu ze op
stèrven ligten hij brengt den no
taris mee Een testament, dat ze on
derteekenen moet natuurlijkZe ligt
hier baast twee jaar, en nu 't afloopt,
komt meneer ook eens kijken! Een
aasgier is 't. een aasgier
's Woensdags zocht iedereen werk
in de buurt van die kamer met twee
bedden. Iedereen was benieuwd naar
meneer Lenny. Ze wilden dien veel
besproken man, die een ijsklomp had
in plaats van een hart, wel eens zien.
De zware vrouw lag op haar zij en
keek naar het raam. Zij was niét be
nieuwd. Zij was zoo kwaad, dat zij den
man niet eens zien wou.
Hij kwairi om elf uur. Hij had een
langen man met grijs haar hij zich. De
man met het grijze haar ging voor het
raam staan en keek naar buiten.
Mevrouw Lennv schreide zacht. Me
neer Lenny ook. Öp zijn lippen bijtend
sloeg hij zijn armen om haar mageren
rug, om haar te helpen opzitten. Zij had
geen oog van zijn gezicht af. en hij
keek haar ook maar steeds aan. Dr.
Kendricks stond op den drempel. Hij
had zijn vuisten gebald en zijn gelaats
spieren trokken.
Meneer Lenny zat fluisterend tegen
zijn vrouw te praten. Het windje was
weer opgestoken. Hij wendde zich opzij
en glimlachte tegen de zware vrouw
in het andere bed.
Zij keek hem nijdig aan.
„U moest maar eens met dat tes
tament op de proppen komen, notaris,"
zei ze sarcastisch. „Straks sterft ze, en
dan grjjpt u er alle twee naast.'
De man met het grijze haar kwam
naar haar toe.
„Waar hebt u 't over t" vroeg hij.
„Is er iets met een testament
„Pff spotte de zware vrouw. „Zult
u niet weten WTaar brengt haar man
anders een notaris voor mee
De man met het grijze haar schudde
langzaam zijn hoofd.
„Ik bèn geen notaris," zei hij lang
zaam. „Ik ben gevangenbewaarder. Ik
heb dien man hier gebracht, omdat hij
voor 't laatst zijn vrouw nog eens mocht
zien. Hij heeft twee jaar, omdat hij
geld gestolen had om haar te laten ver
plegen."