j Als zwaardenslijper vermomd is Giovanni tot het voorplein van den burcht binnengedrongen om de situatie te verkennen. zeer hoog plan brengt. Met het afnemen van de gevechten wordt het scenario ook geleidelijk aan zwakker van bouw, de pittige scènes maken plaats voor tamme taféreelen en tot aan het einde toe wordt de aandacht nog slechts beziggehouden met schilderachtige costuums en werkelijk sublieme opnamen van" Italiaansche landschappen en natuurmonumenten. Vooral met deze laatste tafereelen wordt danig gecoquetteerd en men blijft dan ook geïnteres seerd zitten kijken, al wordt men ook geen enkelen keer meer door een hef tige ontroering aangegrepen. De film op zichzelf is mooi, en de bewerking uiterst minutieus, speciaal wat de aankleeding betreft, maar voor een groot deel zijn het slechts pittoreske opnamen, fraaie beeldenreeksen, die wel imponeeren, maar heusch geen traan doen wegpinken. Er is geen natuurlijk heid meer aan het is alles kunst en kunstmatig. Hetzelfde zou men ook van het verhaal kunnen zeggen. Giovanni is eigen lijk een veroveraar, maar behalve het feit, dat hij een lief meisje weet in te palmen, ziet men van zijn eigenlijke veroveringen bitter weinig. In plaats daarvan krijgt men honderd en een onderhandelingen van legeraan- De vader van den kleinen Giovanni, voor zijn nederlaag, in zijn wa penrusting. voerders te aanschouwen, waarbij het dikwijls uiterst moeilijk is te ouderscheiden, of men nu met vriend of met vijand te doen heeft. Eerlijk gezegd, zouden wij voor ons dan ook het éclatante begin aan het einde hebben geplaatst, wat dan een uitstekende climax geweest zou zijn. Luis Trenker, de held van zoovele sneeuw- en bergfilms, is naar ons inzien onmiskenbaar beter als speler dan als regisseur. Nu hij echter in deze film beide functies in zich vereenigt, schiet hy zoowel in het een als in het ander tekort. Gaarne zouden we nu den lezers ook wat van den inhoud vertellen, doch het ongeloofelijk aantal be levenissen van den veroveraar is oorzaak dat dit een bijna ondoenlijk werk is. Het zij voldoende op te merken, dat er een goede (Giovanni en een kwade veroveraar (Mala- testa) is en dat de goede vechters baas, na ook een hoop kwade buien gehad te hebben, ten slotte over den snoodaard zegeviert, zij het ook ten koste van zijn leven. De grootste verdienste is dan ook ongetwijfeld de rijke uitrusting van deze film en het benaderen van de middeleeuwsche sfeer. Daarom alleen reeds zou men haar kunnen prijzen en aanbevelen. Giovanni Louis Trenker) is als volwassen man teruggekeerd en ont moet hei speelgenootje zijner jeugd, Maria (Carla Sveva), dat later zijn vrouw wordt.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1937 | | pagina 35