bartin
fSpurfv{ater
de ideale Zorne
groeiend gevoel van verbazing en ver
warring geluisterd had.
..I' bent vast niet gewend om met
heeren om te gaan, inspecteur," zei
Charlie hooghartig. „Ze waren toch
zeker van hom Hij kon er mee doen
wat ie wou. Hoe doe je dat nou, zei hij,
en ik liet 't 'm zien, en toon ging ie zelf
eens proboerou, en hij had 't wat gauw
te pakken."
„Dus je hebt hem geleerd om sloten
open te broken, niet zei Bristow.
De oogen van Charlie Dray waren
vijvers van onschuld.
„Z'n eigen sloten, meneer Bristow."
„Welk soort vroeg Lynch.
.„la," zei Charlie opgewekt, ..'twas
nogal een sorteering. Acht stuks, geloof
ik. Er was een Chubb Major bij en 'n
Vale 20, en'li stuk of ze-s lettersloten.
Hij kon d'l- op 't lest reuzen mee over
weg. Nou. Hij gaf me twee pop en dat
dingetje, dat~u me vanmorgen af heb
genomen, meneer Lynch."
„Haf hij je dat vroeg Lynch.
Charlie snoot, maar er glinsterde list
in zijn oogen.
„De heele waarheid en niks dan de
waarheid, meneer, 'n Aardigheidje, zei
ie, en misschien komt er nog meer.
Hoe kon ik nou weten, ik als eerlijk
meusch zijnde.
..Charlie," zei Lynch goedmoedig, „je
bent een gemeeno leugenaar, en als je
niet snapt, wat dat zeggen wil, zul je
t gauw merken."
l)e man kneep zijn oogen half dicht.
„Ik heli 't. echt niet gegapt, me
neer," zei hij ongemakkelijk, „ik heb
niks meer gedaan sinds ik loskwam."
„Zeven jaar," zoi LynCli droomerig,
.voor den Kin-armband. Minder kom
je or niet af. Maar ik zal mijn best voor
je doen, Charlie, als je ons naar dat
adres brengt, waar liij die kasten kocht,
en naar 't adres, waar je ze voor hem
open hebt gemaakt."
„Nou zeg," zei Charlie ernstig, „dat
doe ik tooli zóó voor zoo'n gooien vrind
als u V'
Lynch sprak een sergeant van liet
bureau aan.
„Kun je even een mannetje missen,
om dat heer te helpen vervoeren V zei
hij. Do sergeant ging, en Lynch grijnsde
tegen Bristow. „Snap je waar ik heen
wil vroeg hij.
Bristow knikte en haalde een koker
uit zijn zak.
Lynch dankte. „Geef Charlie d'r een,
geef Charlie d'r eon."
l'ren later keerden een moede Bristow
en een afgematte Lynch naar Scotland
Yard terug. De temperatuur was dien
middag over de tachtig geklommen en de
twee mannen waren heet, stoffig, dorstig
en teleurgesteld, Charlie Dray's verhaal
was bevestigd, tot op zekere hoogte. De
l weedehands-brandicastenhandelaar had
de kasten inderdaad aan een zekeren
meneer 1). Baron verkocht; diéns signa
lement klopte met den man met de
sportpet in den winkel van Levy.
Het kantoorgebouw, waar de kasten
geopend waren en de inbraaklessen ge
geven, was in slooporshandon, en de
makelaar, die de kamers aan oen zekeren
Baron verhuurd had, kon zich den man
best herinneren, maar alleen bij naam.
De heele zaak was per post en peir tele
foon beklonken.
Lyncli eu Bristow waren beiden ervan
overtuigd, dat D. Baron een inbreker
was, waar men terdege rekening moe
moest houden. Hij had hel bewijs ge
leverd slim te zijn. koelbloedig en zeer
ontwikkeld.
.(olm Mannering vond, dat hij ruim
schoots reden had om tevreden te zijn
met don gang van zaken. Do betrekke
lijke mislukking van den inval in Faiint
ley's kluis behoorde nu lot het verleden
De dielstal van den Kia-armband en 't
Kontön-siiuistenjtje waren keurig vol
voerd andere ondernemingen waren
even goed geslaagd, en als soms zijn
geweten prikte, omdat bij mannen en
vrouwen bestal, wier gezelschap en vol
trouwen hij genoot, dan zette hij 't mol
geweld van zich af. 't Gevaar, dat hij
waagde, woog royaal op t.egen do manier
waarop hij zijn dubbele rol speelde
Zéker voelde hij geen zweem van ver
legenheid als hij de douairière gravin
van Kenton ontmoette. Hij vond zelfs
dat hij die dame zóóveel stof tot. klagen
en praten had gegeven, dat ze nog bi
hém in 't krijt stond.
Op een der diners bij Fauntley vond
lady Kenton hem oven alleen, en klarnpti
zij hom aan zij vond niets zoo heerlijk
als aandachtig mannelijk gehoor. Man
nering was in dat opzicht volma
„De politie staat zoo machteloos,
meneer Mannering," jammerde zij. „Die
meneer Bristow - ik weet zeker, dat hij
binnensmonds iets zei, toen ik hem van
middag sprak."
„Dat verwondert me niets," zoi Man
nering glimlachend, „maar Hij zal wel
doen. wat hij kan. Hij heeft met oen
slimmen klant te doen, en.
„Slim,"smaalde lady Ronton, „slim!
Eén stiekeme laffe insluiper, die een
arme, liulpelooze vrouw besteelt. Slim
De schurk als ik hem vinden kon.
meneer Mannering, ik zou 'n ik
zou 'in.
Lady Kenton hief haar glas naai
Mannering en merkte op, dat zij nog
nooit ioinand ontmoet had met zoo'n
innemenden lach. Die Lorna Fauntley
mocht van geluk spreken als ze 't
maar besefte
Lorna kwam hij oen groepje monschen
vandaan, die om het televisie-apparaat
in een hoek van de kamer stonden.
Haar donkere haar was nog een beet je
wanordelijk, haar oogen waren nog op
standig en vorschend, al klaarden ze op.
toen zij de douairière en Mannering
naderde.
„Ik zei juist.begon de douairière
„Ik geloof, dat ik 't haast kan raden,
ais u me een beetje helpt," lachte Lorna
„Was 't niet. iets over diefstal
Lady Kenton keek boleedigd. John
Mannering lachte, tot het gezicht der
gravin opklaarde. Lorna gaf de ouden-
vrouw een handdrukje en nam een
cocktail.
SEPTIMUS LEE
TTallooze geruchten over den man, die
zichzelf Baron noemde, bereikten
Scotland Yard. Een ervaren brand
kastkraker, wiens vingers nog lenig
waren, maar die het. einde van zijn loop
baan naderde, gaf de inlichting, dat een
man met sportpet en een lange regenjas
lessen had gevraagd in de inbreokkunst
Hij was natuurlijk aan 't verkeerde
kantoor geweest, zei de oude gevange
nisklant deugdzaam maar Bristov
betwijfelde het. Toen bekende Rooie
Flannagan, die de moderne methode
van brandkastenbreuk met behulp van
geligniet. profereerde, dat een man met
een zwart pak en een grooten slappen
hoed over zijn oogen bij hem op visit,
was geweest en over les nomen was
begonnen. „En waarachtig, niet op 'n
koopio," zei de Rooie. „Ik bob gezegd
dat ie opvliegen kon, Wim."
„Niot. zoo familiaar," snauwde Bristow;
„als je 't niet deed en zijn geld niet. aan
hebt gepakt, waarom heb je dan niet
eerder gelekt
„Je ken niks bewijzen," smaalde de
Rooie.
„Dat zegt me genoeg," antwoordde
Bristow nadenkend.
Vervolg op pag. 26
ARTI
fit 'r-P fe'