Waar de vuurmonden verstomden Er gaat haast geen minuut voorhij of van de Langolinië Promenade te Kopenhagen stuift een kwiek motorbootje naar één der hoeken van het uitgestrekte haven gebied. Het elegante paviljoen der Koninklijke Deensche Jachtclub ziet onverstoor baar neer op 't druk gedoe der honderden, die van hieruit de zon en het water plegen op te zoeken. Vol staat het van de liefhebbers op.den steiger voor „Tre Kroner", het fort in de Sont, dat als populair openlucht-restaurant een nieuwe bestemming heeft gevonden. Z'n vervaarlijke kanonnen, ze worden tot klim-apparaten voor de speelsche jeugd, z'n stoere zeeweringen tot wandelpaadjes, z'n trotsche muren tot picknick-plekjes voor den gaanden en komenden man. Waar eens een stoere wachter troonde, op den uitkijk naar 's vijands schepen, daar flapperen nu de tentzeilen van een minuscuul revue-theatertje in de koele bries. Vroolijke muziek klinkt uit ,,'s werelds kleinste bioscoop", in een der kazematten neergestreken, en vanuit de onderaardsche gewelven stijgt nog slechts geknars der tanden op, als. een brave toerist bij z'n rondgang langs de tientallen automaten en kermisspelletjes te veel naar zijn smaak door pech achtervolgd wordt. Hoog boven deze welhaast kinderlijke pret ligt rustig 't zonterras, waar 't uit Deensche keukens en kelders goed eten en drinken is. Wat hier ook moge vloeien 't zij dan de befaamde Akvavit of 't kruidige inkeemsche bier zéker geen bloed meer. „Tre Kroner" en „Charlottenlund", broertje en zusje in den tluïhs vreedzamen gordel rond de Deensche hoofdstad, zijn daarvoor niet langer te vinden v. B. r v M:i&sas ..Tre Kroner", eens onderdeel van Kopenhagens vestinggordel Ie water, thans plaats des vermaaks. De vuurmonden van slot N ronborg spreken slechts, als den Deenschen koning bij het opvaren van de Sont het saluut gebracht wordt. lip Charlottenlund, een antler jort-caié in tie Kopenhaagselie rente onhéilspellentlste kanoti tloor kinderhand venneesterd. Bolger Danske zal ontwaken, als ooit de Denen tot de Zege gevoerd moeten worden, zegt de sage. Nog zwijgt het geschut rond zijn standbeeld hij Ilelsingör.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1937 | | pagina 29