DEATH VAEEEY SCOTTY
De koning der goudgravers
bar, die vele herinneringen bewaart aan den ouden
cowboy-tijd. Zoo treft men daar n portret aan van
Buffalo Bill, met wien „Scotty" in zijn jonge jaren
zeer bevriend was.
Alle vertrekken zijn gemeubileerd met kostbare,
dure meubels, die uit Europa werden ingevoerd,
terwijl de schitterende tapijten, die wand en vloer
bedekken, naar speciale ontwerpen in Mallorca en in
't verre Oosten werden vervaardigd. Het slot bevat
ook een groote muziekzaal, waarin een orgel staat,
zóó groot, dat 't alleen in een domkerk zou kunnen
worden opgesteld.
Onder het kasteel door loopen tallooze betonnen
gangen, waarin alle leidingen van licht, water en
eleoti'iciteit zijn ondergebracht. Ook loopt een gang
onder 't zwembassin en door dikke glasschijven kan
men de zwemmers van onderen gadeslaan.
Echtervan gangen, die naar de geheime goud
mijn zouden voeren, is niets te bespeuren. „Scotty
laat zich daar ook niet over uit, integendeel, snijdt
men dit onderwerp aan, dan vervalt hij in een
norsch zwijgen.
Het sprookjesachtige kasteel, welks bouwkosten 12Vt millioen gulden bedroegen.'
„De Vallei «Ier DooJen
„Death Valley", de „Vallei der Dooden", in
Califomië, was reeds in de dagen der pioniers
berucht en alom gevreesd, daar in dit uitgestrekte
gebied geen enkele boom groeide, geen druppel
water te vinden was. Het vormde een der aller
grootste hindernissen op
den weg der moedige
mannen, die met hun osse-
wagens naar de Westkust
trokken en mejiige kolonist
liet er het dierbare leven,
alvorens 't doel was bereikt.
Het is nog maar enkele jaren geleden, dat de
eerste autoweg door de „Vallei der Dooden" werd
aangelegd, terwijl het uitgestrekte gebied, dat
ongeveer den omvang heeft van Tirol, vanwege zijn
bijzondere natuur tot nationale bezitting verklaard
werd.
Vele verhalen doen nog heden ten dage de ronde
over de barre ellende, die de pioniers in dit dal der
dooden hebben geleden, sombere verhalen ook over
de goudzoekers, die in deze bergen hun fortuin
dachten te maken en iederen dag opnieuw een bitter
gevecht voerden tegen de verzengende hitte in 't
schaduwlooze dal, tegen den kwellenden dorst, den
knagenden honger. Talloos velen zijn degenen, wier
gebeente thans rust in het gloeiende zand van dit
gebergte.
„DealK Valley Scotty"
Thans woont in het hart van deze sombere vallei
een man, wiens naam bekend is door geheel Amerika,
om wiens verschijning men allerlei verhalen heeft
verdicht. Het is „Death Valley Scotty", de koning
der goudgravers. Zijn ware naam luidt Walter Scott
en hij bezit in de vallei der dooden een kasteel, dat
hij, naar men vertelt, boven een geheime goud
mijn liet bouwen. In deze mijn daalt hij geregeld af
en haalt zooveel goud naar boven als hij noodig
heeft.
Het is verre van gemakkelijk toegang te krijgen
tot het kasteel.
De weg erheen, door de eenzame woestenij en
het kale gebergte, is haast levensgevaarlijk. Boven
dien kan men 't kasteel alleen in de wintermaanden
per auto bereiken, daar het bij de doorsnee-zomer
hitte van 60 graden Celsius in de „schaduw" en bij
de erbarmelijke weggesteldlieid volslagen onmogelijk
is. De winternachten zijn in dit dal nog zóó zwoel,
dat men gerust zonder beschutting in de openlucht
kan slapen. De kans door een regenhui verrast te
worden, is al zeer gering, daar het in deze omgeving
slechts om de vijf of zeven jaar regent
Mijlen ver in den omtrek is alle leven gedood.
Geen dier schuilt in de spleten der bergen, geen
boom of struik biedt beschutting aan vogel of
toevallig passeerend meirsch en te midden van dit
barre terrein, op een hoogte van duizend meter boven
den zeespiegel, ligt het kasteel van „Scotty"als
een droom, een onwezenlijk sprookje, een fata mor
gana in 'n dorre woestijn.
De bouwkosten van dit kasteel hebben ongeveer
twaalf en een half millioen gulden bedragen
Twaalf en een half mil
lioen, want ieder onderdeel
moest van verre door dit
onherbergzame oord worden
aangevoerd en de proble
men en moeilijkheden dreig
den aanhoudend het bouw
plan te doen mislukken.
De reiziger, die den moed heeft de vallei der
dooden binnen te dringen, heeft vanuit de verte
reeds een prachtig gezicht op het kasteel met zijn
hoogen uitkijktoren, zijn vele daken, die met bont-
geglazuurde pannen bedekt zijn.
Het kasteel ligt op 'n hoogte. Het is omringd door
steile afgronden, langs wier randen vervaarlijke
cactussen groeien. Het geheel maakt op den
Europeaan een middeleeuwscken indruk, die nog
versterkt wordt door de zware poort, die toegang
geeft tot 't slot.
Deze poort is dag en nacht bewaakt. Een
reusachtige cowboy moet er voor
zorgen, dat „Scotty" door geen
ongewenschte bezoekers wordt
lastig gevallen. Slechts weinigen,
buiten de intieme vrienden van
den slotheer, is het vergund het
kasteel te betreden.
Binnen de muren van het slot
wonen ook de vijftig Indiaansche
arbeidersgezinnen, en hun hutten,
tegen de muren van 't kasteel ge
bouwd, doen den middeleeuwschen
indruk van 't geheel nog ver
sterken.
Maar daartegenover staat zeer
veel, dat aan 't slot toch een ty
pisch modern cachet geeft.
Men heeft een eigen electrische
centrale met 'n reusachtige Diesel-
installatie, groote proviandschuren,
waterreservoirs, terwijl voor het
hoofdgebouw 'n schitterend zwem
bassin is gelegen, waaroverheen een
zware betonnen brug voert, met
vele springplanken.
Langs de wanden van de
groote ontvangzaal stroomen zacht-
ruischende watervallen neder, de
slaapkamers worden alle electrisch
gekoeld, de keuken is met de
modernste ovens geïnstalleerd, men
treft er rookkamers aan en een
Een extra-lrein roor goudklompen
De slotheer, die niet meer zoo jong is, kan sappig
vertellen over de oude goudgraversdagen in Califor-
nië. Over steden, die plotseling uit den grond ver
rezen en even plotseling weer verlaten werden en in
verval raakten, zoodat alleen ruïnen overbleven.
Het liefst vertelt hij van den extra-trein, dien hij
met goudklompen betaalde.
Dat was in 't begin van 1900, toen „Scotty" voor
den eersten keer als goudgraver aan den kop van 'n
troep zwaar beladen ezels uit de vallei der dooden
kwam gereden en in Los Angeles een extra-trein
bestelde. Dat was iets ongewoons in die dagen, dat
'n onbekende goudgraver zoo iets durfde te ver
langen Deze luxe was alleen weggelegd voor de
aller-allergrootsten der industriekoningen.
Maar „Scotty" wist met z'n „nuggets", z'n goud
klompen, als betaalmiddel, zijn zin toch door te
drijven en moederziel alleen, gekleed in z'n kakelbont
hemd en z'n tot den draad versleten broek, den
gekreukten cowboyhoed op 't hoofd, stoomde hij
naar New York
Het is niet bekend, wat voor zeldzame dingen hij
tijdens dien korten rit uithaalde, maar feit is, dat bij
zijn aankomst te New York een reusachtige
menschenmenigte op 't station stond te wachten.
Te wachten op hem, die zich tijdens zijn reis reeels
beroemd had gemaakt door geldklompjes als fooi
en ten geschenke te geven
„Scotty" zag echter kans zich onopgemerkt onder
de menigte te mengen. En deze wachtteen
wachtte
„Oude vrienden
De uitkijktoren van zijn slot bezit een schitterend
electrisch klokkenspel, dat mijlen ver in den omtrek
te hooren is. Vaak gaat „Scotty" in dezen toren het
klokkenspel zitten bespelen. Zijn vrienden luisteren
dan toe. zijn „oude
vrienden", bruingebrande
cowboys, die op hun
snelle paarden naar hun
„koning" komen gereden
om met hem in de rook
kamer of den bar te praten
over de voorbije jaren.
de jaren van wilde roman
tiek.
Romantisch, inderdaad,
dat is „Scotty", die zulk
een kasteel op zulk een
plaats liet bouwen. Het
lijkt de verwezenlijkte
droom van een goudzoe
ker, die tijdens koortsen
en ontberingen van succes
droomt.
Het is geen wonder ook,
dat de volksmond om dit
kasteel en zijn bewoner de
dolste verzinsels dicht
„JJeathVaUey
Walter Scott van „De
der Dooden"de koning der
goudgravers.
Een fantastisch kasteel
te midden van 'n doodsche
woestenij