MARTINI ZJat iAouuü&l -êeyeeJcMt: '<k Uitte C%ÓtttAtL BIANCO Wat zult gij dragen Voor koelere dagen Het blijft steeds waar: geen getob met een Kant en-Klaar 23 die heimelijke, halfbange uitdrukking weer op zijn gezicht. „Hoort u eens, meneer Grayson Spat zei, dat u mis schien wel iets van me zou willen koo- pen. Ik zit vast. Snapt u me T" Grayson knikte en lachte breeder. Grayson had 't gevoel, dat deze man met een heel klein beetje voor zijn waar tevreden zou zijn. „Wat is 't vroeg hij. „Kan ik u vertrouwen „Dat weet je wel, anders was je niet hier gekomen," zei Grayson. De ander leek voldaan door die botte verklaring en haalde een zeildoeken zakje te voorschijn. Hij legde het op de schrijftafel voor den heler. Grayson opende het, in de verwachting, de opbrengst van een winkel- of étalage diefstal te vinden. Toen hij het eerste voorwerp zag een paarlen oorbel, die enkele weken tevoren de ooren van lady Dane Fullarth had versierd gingen zijn oogen wijder open. Toen hij het tweede zag, een fonkelenden diamanten hanger aan een platina kettinkje, puil den zijn oogen uit. Toen hij liet derde zag, een saffieren ring met een midden steen zoo groot als de nagel van Grayson's pink, schrok hij met een lichten kreet uit zijn kalmte op. „Hoe kom je daar aan?" Voor één keer klonk zijn stem zacht. „Da's mijn zaak, meneer. Koopen of niet Dat wou ik alleen maar weten." Grayson ging den verderen inhoud van het zakje na en schatte snel, dat hij ze kon verkoopen voor tweeduizend, misschien nog vijfhonderd meer. De verkooper zat in angst, had geldgebrek. Hij rekende vlug, alleen bezorgd, dat hij te veel zou bieden. „Ik geef je tweehonderdvijftig," zei hij. De man zei niets. „Nu V' snauwde de heler. „O, jawel," zei de gespierde man, opstaande en zijn hand uitstekend naar het zakje. „Ik zal wel iemand opzoeken, die ze cadeau wil hebben, meneer. We zijn uitgepraat." Op dat oogenblik zag Grayson twee dingen. Ten eerste, dat de man hand schoenen droeg, om te voorkomen, dat iemand zijn bloote handen zag. Ten tweede, dat de mooiste buit aan echte steenen, dien hij in jaren gezien had, verdween. Hij schraapte zijn keel en bewoog zijn vleezige vingers. „Wacht nu een oogenblikje," riep hij uit. ,,'t Is gewaagd, dat goed in huis te nemen, dat weet je best. Vierhonderd. Geen penny meer." De ander grinnikte wijs. „Ik zeg toch al, dat ik ze weg zal geven," zei hij lomp. „Vijftienhonderd, dan beginnen we te praten." „Je bent geksnauwde Grayson. „Misschien wel maar zóó gek toch niet," zei de ander. „Zeven vijftig. Da's mijn laatste bod." „Dat is 't zeker. U ging nogal hard in de hoogte, niet Ik wacht wel tot Spat los komt, meneer. Dié geeft me tweeduizend, dan heeft hij er nog een koopje aan. Geeft u maar hier." Grayson bleef het zeildoeken zakje vasthouden. Hij keek naar den forschen man, in diens doordringende bruine oogen. Hij had zich leelijk vergist, toen hij dien man voor een makkelijke prooi hield „Hoor eens," zei hij, „nu in vollen ernst twaalfhonderd. Je vindt vast niemand, die je meer geeft, broer, en vergeet niet, dat ik alle risico neem, als ik 't goed wegwerk. Hoe denk je er over De bezoeker scheen te aarzelen. Toen stak hij zijn gehandschoende handen in zijn zakken en knikte. „Geld op tafel," zei hij, „in klein papier." „Zal ik eerst moeten halen," zei Grayson. „Ik wacht wel," zei de man. Drie uur later ging Mannering het filiaal van de City-and-Western-bank in Leadenhall-street binnen en depo neerde hij vierhonderd pond. De kassier knikte met ontzag en bewonderde heimelijk het magere, sterke gezicht van den befaamden John Mannering. Vandaar ging Mannering naar de Natio nale Bank, waar hij een gelijk bedrag deponeerdeen ten slotte liet hij driehonderdvijftig pond bijschrijven op zijn rekening bij de South Eastern, filiaal Piccadilly. „Ik zal die andere vijftig maar voor zakgeld houden," zei hij daarna bij zich zelf, naar de Ritz wandelend. „Grayson kan me nog te pas komen later, maar hoe minder ik met hem te maken krijg, hoe liever 't me is. Brrrh Het was hem of hij de rubber kussens, die hij in zijn wangen had gestopt dien middagde verklaring van het „spraak gebrek" en den rand, waar de handig aangepaste valsche voortanden zijn tandvleesch hadden geschaafd, nog in zijn mond voelde. Die valsche voortan den bestonden uit dim rubber, over de oppervlakte gespannen en hij wist, dat het ongemak de moeite waard was. Oogen of geen oogen, Pingel Grayson zou hem niet herkend hebben, al had hij er een maand tijd voor genomen. Het was juist vier uur geweest, toen hij zijn flat bereikte. Hij opende de deur zonder het minste voorgevoel van iets onaangenaams. Hij had ook geen re den, om iets dergelijks te verwachten. Toen zag hij, dat er bezoek was ge weest. Hij had geen tjjd, om na te denken, vóór een heel zwakke beweging in de badkamer zijn gehoor trof. Zijn oogen gingen iets meer dicht, zijn lippen ver strakten, maar hij liep de kamer door ondanks het besef, dat de indringer er nog was. Een la van zijn bureau stond gedeel telijk open, en de stoel stond anders, dan hij hem gezet had. Op het karpet lag een hoopje rekeningen, dat nog kor telings in de la had gerustandere kleinigheden wezen eveneens op het doel van het bezoek. Er werd bij hem ingebroken, gestolen onmiddellijk ijl den zijn gedachten naar Septimus Lee. Waarschijnlijk had Septimus Lee of Levy Schmidt hem verdacht wegens de inbraak te Streatham en stelde hij nu een onderzoek in. Mannering had de grootste moeite, om niet aanstonds naar het bureau te gaan en den dubbelen bodem van een der laden te inspecteeren de lade, waarin de Rosa-parels verborgen wa ren. Hij overwon echter die aandrift, liep naar het raam, zette het 'n paar centimeter open. Toen trok hij zijn colbert uit en sloeg zijn overhemdsmouwen op tot aan zijn ellebogen, alsof hij zijn han den wou gaan wasschen. Geen oogen blik maakte hij den indruk, dat hij scherp op zijn hoede was. Met een gezicht zonder uitdrukking liep hij naar de badkamerdeur. Hij voelde, dat hij begluurd werd of op gewacht. Een seconde nadenken bracht hem tot de conclusie, dat de inbreker waarschijnlijk achter de deur stond, om te wachten tot hij binnenkwam. Plotseling grinnikte hij en duwde de deur hard open. Er kwam een kreet van pijn, een vloek, de plof van een zwaar lichaam tegen den muur. De deur werd terug geduwd, maar hij hield haar met zijn voet tegen en stormde de badkamer Vervolg op blz. 26 Wat denkt gij van de hier naast afgebeelde japon Van dit model leveren wij direct uit voorraad (binnen 24 uur) onze bekende Kant-en- Klaar-knippatronen. Dit patroon is ook voor U geknipt, omdat het zeer ge makkelijk in de bewerking is en U geen kans loopt Uw stof te verknippen. Bestellingen kunnen als volgt geschie den: door bemiddeling van Uw agent of bezorgerdoor girostorting op no. 293631door toezending van 't bedrag p. postwissel of in postzegels js. v. p. niet van 6 cent) aan Van dit model no. PATRONENKANTOOR 485a kunt U pa- r* a k. I v r\ a tronen bestellen in P A P de maten40-42-44- 1 ,X 46 a 35 ct. p. stuk Nassauplein 1 - Haarlem plus 5 ct. porto.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1937 | | pagina 23