5 Een bocht in den (raaien autoweg over den Glocknerpas. De oude Gably had altijd een volgzaam en gewillig model voor zijn reclame-objecten aan Dolly Wliite gehad, maar sinds ze van vacantie terug was leek het, of de duivel in haar gevaren was. Zóó dacht hij, toen zij op een morgen bleek en vastberaden voor zijn schrijfbureau stond. Haar stem ging als een ratel. „Néén, zeg ik nog maals. En al gaat u op uw kop staan het blijft neen Tandpastameisje goed Ukki en Pukki, Papavermelk, en hoe al die rommel meer mag heeten allemaal goed, al kan ik het niet bepaald lollig vinden. Maar het meisje van de ontvettings- pillen en de radicaalste ontharingsmiddelen neen Er is een grens en die grens ligt hier. Ik dank ervoor op straat te worden nageroepen voor de „ontvette juffrouw"." Gably sloeg een gat in de lucht van verbazing. Wat was er met dat kind gebeurd, sinds ze drie weken weg was geweest „Luister eens, meisje," begon hij vaderlijk over redend. „Neen riep ze weerspannig. „Je móét luisteren hernam Gably streng. Hij begon uit een ander vaatje te tappen. „Het contract zegt. „Het contract kan zeggen wat het wil, maar ik zeg het mijne," viel Dolly hem opgewonden in de rede. „Overigens kan ik me heel goed herinneren, dat er geen enkele bepaling in staat, die me kan ver plichten dingen te doen, die tegen mijn gevoel van eigenwaarde indruischen." „Laat me uitspreken schreeuwde Gably woe dend. „Het contract zegt, dat ik het recht heb je op staanden voet te ontslaan, indien je weigert aan een opdracht te voldoen. Begrijp je dat goed!" „Héél goed. Ontslaat u me maar. Ik zeg u nog maals, dat ik weiger voor de ontvette juffrouw te poseeren." Gahly lachte sarcastisch. „Wacht even, we zijn er nog niet," zei hij zoetsappig. „Er staat óók in het contract, dat het je op straffe van idem zooveel ver boden is binnen twee jaar na je ontslag te poseeren voor andere reclames dan die door ons worden ver zorgd. Wat zeg je daiirvan Kom, denk eens na, kind Waar moet je heen Je kent niets, heb je zelf gezegd. En hier verdien je een dik belegde' boterham. Komaan, wees verstandig. Ik zal je salaris verhoogen tot vijfendertig dollar en dan zullen we die ruzie allebei maar vergeten „Neenherhaalde Dolly voor de zooveelste maal. „Ik heb er genoeg van nageroepen te worden door Jan en alleman. Gably rees driftig op. „Dhn eruitzei hij heltig. „Ik ga al," antwoordde zij ijskoud. De deur viel achter haar dicht en tien minuten later stond zij op straat. Twee maanden geleden zou zij die opdrachten hoogst waarschijnlijk zonder bezwaar hebben aan vaard. Maar toen had zij Jim Galt nog niet ontmoet en wist zij nog niets van dat ellendige gevoel, waar mee zij sindsdien rondgeloopen had „Waarheen nu zuchtte Dolly. Een paar maan den kon zij nog vooruit, maar wat dan Naar Lin coln ging zij niet voor geen geld van de wereld. Dat had zij voor eens en voor altijd besloten Jim Galt kwam zij niet meer onder de oogen. Met loome schreden sloeg zij den weg in naar haar kamer. Jim Galt was niet erg tevreden over zichzelf. Hij zei zelfs ronduit, dat hij een ezel was. Maandenlang had hij zich ingeprent, dat die Dolly White niets voor hem was. Zijn trots zou het nooit verdragen, dat de man van de straat zich allerlei vrijheden en kwinkslagen zou veroorloven tegenover de vrouw, die een der voornaamste van Lincoln zou worden. Vijf maanden achtereen had hij zoo geredeneerd met zichzelf. En toen kwam hij op een goeden dag tot de gloednieuwe ontdekking, dat hij een ezel was. De beste kans van zijn leven had hij laten schieten en dat alléén, omdat hij bevreesd was voor het dwaze oordeel van een handjevol menschen, waaraan hij gladweg lak kon hebben. Hij was een lafaard. Op den dag dat hij die ontdekking deed, nam hij een voortvarend besluit. Hij vroeg Larry Houston naar het adres van zijn nichtje en schreef haar ter stond een brief. Hij kwam aanstaanden Zondag in de stad mocht hij zoo vrij zijn even aan te komen Gespannen wachtte hij haar antwoord af. Twee dagen later kreeg hij den brief ongeopend terug. „Vertrokken", stond erop geschreven. Het verontrustte hem, dat Larry Houston daar niets van wist. Om hem niet voorbarig ongerust te maken, besloot hij nog niets te zeggen, doch persoon lijk onderzoek naar haar te doen. Zijn onrust liet hem echter niet toe tot Zondag te wachten en dus vertrok hij den anderen morgen reeds. In de stad begaf hij zich regelrecht naar Gably. Hij hoefde alleen Dolly's naam maar te noemen, om het heele gezicht van den man te zien ver trekken. „Dht meisje is me een raadsel," zei Gably norsch. „Zij laat hier een goede betrekking in den steek, om te gaan bedelen." „Bedelen sprong Jim Galt verbijsterd op. „Noemt u het anders, als ze met een viool op straat staat te spelen t" vroeg Gably vinnig. „Dat doet ze. Ik heb liet zelf niet gezien, maar ze hebben het me vorige week verteld." Jim Gait hoorde slechts met een half oor de jam merklachten aan, die Gably op de informatie toegaf en maakte zoo gauw mogelijk, dat hij wegkwam. Zijn volgend bezoek gold Dolly's laatste adres. De pen sionhoudster bleek een vriendelijk mensch te zijn. „Oh, zoo'n aardig meisje, meneer. Kent u haar Ja, hoe zal ik u alles vertellen Zij is aan lager wal geraakt, zooals ze dat noemen. Gably droeg haar werk op, waarin zij geen zin had. Dat kostte haar een goe de betrekking. En iets anders kon zij niet vinden. Toen nam ze op 'n avond haar viool zij kon het heel aardig, weet u. „Waar is zij nu?" viel Jim Galt haar driftig in de rede. De oude dame sloeg een meewarigen blik naar het plafond. „Helaas, meneer, een week geleden hebben ze haar gearresteerd wegens bedelarij. Zoo héét dat, als je hier zonder vergunning op den openbaren weg muziek maakt, begrijpt u Vanmiddag om drie uur moet zij terechtstaan voor het politiehof. Jim Galt wenschte de heele politiemacht naar de weerlicht en stormde de deur uit. Het was kwart voor drieën en vijf minuten over drieën stapte hij de rechtszaal binnen. Er zat een man met een hard gezicht achter de groene tafel en daarvóór stond, behoorlijk bewaakt, een oude schooier met een baard van vier weken. „Een jaar opzending," hoorde Jim Galt en daarop ging de deur open voor een volgend drama. Daar stond Dolly, bleek maar kalm. De viool lag op tafel. De politierechter stelde een paar vragen, waarop zij een nauwelijks verstaanbaar antwoord gaf. „U geeft de overtreding toe t" klonk het hard. „Jawel," hoorde Jim Galt haar wat luider zeggen. Met bevende stem liet zij erop volgen „Ik wist wel dat het niet mocht, maar ik dacht niet, dat het zóó erg was. Zou u me alsjeblieft niet voorwaardelijk kunnen veroordeelen 1 Ik zou niet graag naar een werkinrichting Een snik sneed haar woorden af. Toen viel er een hamerslag. „Een maand opzen ding, te vervangen door vijftig dollar boete. Hebt u die vijftig dollar soms bij u De vraag ging vergezeld van een sarcastischen glimlach. Dolly sloeg de handen voor haar gezicht. Zij schreide en dacht aan Jim Galt. Voor hem beteeken- den vijftig dollar niets. En voor haar. Hier stokten haar gedachten. Er klonk een stem achter haar. Een stem uit den hemel, geloofde ze. „Vijftig dollar, meneer de rechter Zij dacht dat zij droomde. Doch eensklaps voelde zij een hand op haar arm. En in haar oor klonk een gefluister. „Kom mee, lieveling, ik ben het. Toen durfde zij eindelijk opzien. „Gelukkig - - Jim," lachte zij door haar tranen heen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1937 | | pagina 5