H
FRANS HALS
ItjbüK ^uife t&z&uf
O HOLLANDSCHEI
BIBLIOTHEEK
INGENAAID (224 pag. a 171/2 ct. per ex.)
INGEBONDEN (224 pag. a 45 ct. per ex.)
INGEBONDEN (224 pag. a 70 ct. per ex.)
(1580-1666)
DE ROEM VAN HAARLEM
De HOLLANDSCHE BIBLIOTHEEK heeft nog in voorraad
101 DE MAN IN HET WAGENTJEE. J. Rath
102 EEN VERMOGEN DOOR BLUF Samuel Field
103 HET HUIS BIJ DE RIVIERMrs. C. N. Williamson
104 HET PARADIJS-GEHEIM J. S. Fletcher
105 NUMMER ZEVENIda A. R. Wylie
106 HET WESTEN ROEPT Paul Evan Lehman
107 GISELA'S GROOTE LIEFDE Werner E. Hintz
109 EEN ONGELIJKE STRIJDHans Heuer
110 EEN MOEDERLOOS MEISJE Patricia Wentworth
111 CHARLOTTE OP GLAD IJS E. J. Rath
112 FRAN VINDT EEN MEDAILLON Rob Eden
114 HET SPROOKJESKASTEEL Anne Duffield
115 PENSION MARIE LOUISE Walter Sawitzky
116 EEN JACHT NAAR GOUD Robert W. Chambers
117 DE DOCHTER VAN DEN STAALKONIXG H. MacGrath
118 DE FATALE GELIJKENIS Walter Sawitzky
119 MARIPOSA Jackson Gregory
120 DRIE KINDEREN EN EEN VRIJGEZEL. Edmund Sabott
121 CHOCOLADE EN LIEFDEWerner Scheff
122 PHILIP EN CARLA Grace Livingston Hill
125 HENNE BARTHS' GROOTE BEPROEVING L. Küchler
126 DAPPERE LORE Else Marquardsen-Kamphövener
127 RITA EN HAAR KAPITEIN Axel Rudolph
131 EEN COMPLOT IN HET WILDE WESTEN. W. C. Tuttle
132 HET GROOTE LOT Edmund Sabott
133 EEN PILOTE VERLIEFD Ann Lee
134 LIEFDE IN DE BERGEN Andre Mairock
135 HET HART OVERWINTKarl Unselt
139 TWEE VROUWEN OP REIS Arthur Applin
140 RUBBER, LIEFDE EN HUWELIJK W. Erkenwald
141 DE GEHUURDE ECHTGENOOT. Florence A. Kilpatrick
142 HET LIED DER WILDERNIS... William Byron Mowery
143 IN DEN GREEP VAN LAN CHAO-TAO Frank L. Packard
144 MARGY VAN DE J-PPeter Field
(bij 5 ex. iegelijk 40 ci. per exemplaar)
1 OM HARENTWILBertha M.Clay
2 DE MACHT VAN ZIJN GELDJ. I. Latvrence
3 HET HEILZAME VERGIFT Fedor von Zobeltitz
4 DE SECRETARIS VAN DEN UITVINDER Patr. Wentworth
5 DE SCHOONE GETUIGE H. Curties
9 GEESTEN EN SPOKEN IN PF.NRUDDOCK J.Russell Warren
12 SYLVIA VERVANGT DE VORSTINJ.Russell Warren
34 TUSSCHEN WIND EN WATERTheo Liefertz
35 LADY CLARA Fred. M. White
36 ALS HET HART ROEPT Charles Garvice
50 JACQUELINE TROUWT IN 'T GEHEIM Joseph McCord
53 HET GROOTE LOT Edmund Sabott
56 HET HART OVERWINT Karl Unselt
60 TWEE VROUWEN OP REISArthur Applin
62 DE GEHUURDE ECHTGENOOT.Florence A. Kilpatrick
63 HET LIED DER WILDERNIS.... William Byron Mowery
64 IN DEN GREEP VAN LAN CHAO-TAO Frank L. Packard
65 MARGY VAN DE J-P Peter Field
66 VLAMMEN IN DEN NACHTAxel Rudolph
Bestellingen kunnen geschieden bij ons hoofdkantoor, onze agenten
en bezorgers en bij den boekhandel. Toezending per post geschiedt
alleen na ontvangst van het verschuldigde bedrag per postwissel,
in postzegels of door storting op onze girorekening Bij
te voegen voor porto le 4 ex. 5 ct. per ex., daarna 21/i ct. per ex.
Ten huize van generaal Talysin, waar
de samenzweerders-zich verzameld heb
ben, heerscht 'n uitgelaten, dronken
stemming. Zjj drinken zich moed in.
Toen Pahlen 't huis betrad, waren de
meesteu hun zinnen niet meer meester.
„Wat gebeurt er, als de Czaar zich
verzet vraagt een der aanwezigen.
Het antwoord van den graaf laat
geen twijfel over„Je moet geen struif
om een ei bederven."
Velen worden plotseling ernstig.
Graaf Pahlen en de oude generaal
Benningsen weigeren te drinken. Zij
moeten nuchter blijven om den opstand
te kunnen leiden. Zwaar bedronken
wacht de wraakzuchtige» Kaukasiër
Jaschwil zijn tijd af. Hij heeft 't nooit
kunnen vergeten, dat de Czaar, evenals
hij lid van de loge, hem met 'n stok
gekastijd heeft. Ook Platon Subow, de
laatste gunsteling van Katharina, die
thans in ongenade is gevallen, en zijn
athletisch gebouwde broer Nikolaj zijn
tot alles bereid.
Het uur der beslissing nadert.
Men breekt op. Het parool, 't wacht
woord luidt „Graaf Pahlen". De sleden
der samenzweerders zetten zich in be
weging. In de nabijheid van 't slot
maken zij halt. De ophaalbrug, die het
slot met de stad verbindt, zakt geruisch-
loos. Alles is goed voorbereid.
Een aantal officieren onder leiding
der gebroeders Subow dringt ongehin
derd 't slot binnen. De anderen blijven
voor de brug staan. Gewetenswroeging
en angst houden hen terug. Vier jaren
geleden hebben zij den Czaar trouw
gezworen. heeft een soldateneed
dan heelemaal geen zin meer
Een bataillon van 't Preobrashensky-
garderegiment met den samenzweerder
Talysin aan het hoofd houdt 't park
voor 't slot bezet. Opgeschrikte kraaien
vervullen den nacht met hun door
dringende, waarschuwende kreten. De
soldaten slaan in bange voorgevoelens
een kruis.
De eerste groep bereikt onopgemerkt
de bibliotheek, die aan de slaapkamer
van den Czaar grenst. Een der kamer
huzaren stelt zich den samenzweerders
in den weg. Hij wordt met 'n sabel
neergeveld. De andere vlucht weg om
de slotwacht te alarmeeren Maar men
heeft op alles gerekend. Er is geen kans
om te ontvluchten, alle trappen, alle
geheime gangen zijn bezet, zelfs de
Czaar kan niet ontkomen. De valstrik
van Pahlen wordt langzaam enger.
Paul is door 't rumoer gewekt. Hij
vlucht achter een kamerscherm. De deur
van zijn slaapkamer vliegt krakend
open.
„Pahlen Pahlen schreeuwt de
Czaar in doodsangst. „PahlenPahlen
galmt het door de holle gangen.
„U bent gevangen!" snauwt Platon
Subow den sidderenden Czaar toe.
„Onderteeken de afstandsverklaring van
den troon ten gunste van uw zoon
Alexander Het gaat om uw leven
De samenzweerders dringen den Czaar
naar zijn schrijftafel om de verklaring
te onderteekenen.
Paul weert zich vertwijfeld.
„Ik, gevangengenomen Wat heeft
dat te beteekenen Wat heb ik u mis
daan V'
Dat zjjn de laatste woorden van den
ongelukkige.
Buiten klinken opgewonden kreten.
Alarmgeluiden vervullen 't slot. Op de
eerste verdieping houdt de commandant
van de wacht met getrokken pistool zijn
soldaten tegen. Zóó had Pahlen het hem
in geval van nood geboden.
Een gedeelte der samenzweerders ver
laat in wilde paniek de slaapkamer van
den Czaar. Benningsen roept hen ver
geefs terug. Met getrokken sabel stormt
hij de lafaards achterna. Maar een af
schuwelijke doodskreet houdt hem
terug.
„Pahlen de kreet verstikt in 'n
gereutel,
Toen hij weer de kamer betrad, die
hij pas verlaten had, was alles voorbij....
Lijkbleek wankelt Nikolaj Subow hem
tegemoet en over den levenloozen Czaar
gebogen staat kuchend de Kaukasiër
vorst Jaschwil.
Het wordt plotseling donker in de
kamer.
Het licht is uitgegaan. Benningsen
wendt zich af. In de gang weer
klinken schredenGraaf Pahlen,
het hoofd der samenzweerders, is ter
plaatse.
Wordi vervolgd
Vit de ontelbare publicaties in woord en beeld, welke in de afgeloopen maan
den werden gewijd aan de meer dan honderd werken van den beroemden meester
uit de Gouden Eeuw, tentoongesteld in de zalen van 't Frans Hals-museum te
Haarlem, in de dezen zomer door duizenden uit binnen- en buitenland bezochte
expositie, heeft men kennis kunnen nemen van de groote beteekenis van dezen
rasschilder, die zulk een voorname en bijzondere plaats inneemt in de rijen
onzer Nederlandsche schildersgeneratie.
Wij prijzen ons gelukkig, nu we in de gelegenheid zijn, mede als blijvende
herinnering voor onze lezers aan deze tentoonstelling, op nevenstaande bladzijde
een zeer bijzonder werk van Frans Hals in kleur te kunnen reproduceeren. En
wel juist een werk, dat men op deze tentoonstelling niet heeft kunnen aan
schouwen, wijl het niet kon worden opgenomen in de collectie, in de zalen aan
het Klein Heiligland bijeengebracht. Wij doelen namelijk op het overigens
bekende schilderij vam de Voedster met het Kind, van de hand van Frans Hals,
dat in het bezit is van het Keizer Friedrich-museum te Berlijn.
Zoowel wat de schilderkunstige factuur van het geheel als wat de expressie
der innemende, ja zelfs lachende gezichten betreft, is dit een zeer zuiver staal
van 's meesters groote kunnen.
Onbevangen en zonder een zweem van schuchterheid kijkt de kleine men
meent te weten een dochtertje uit het geslacht llpenstein de wereld in. Het
brokaat van de jurk, de fijne kant van kraag en mutsje, de vleeschkleur van
het guitige meisjesfiguurtje zoowel als die van de eenvoudigere en in meer
teruggehouden toon geschilderde voedster, het is alles vam een vlotheid en een
zekerheid van toets, van een voornaamheid van harmonie, welke dit schilderij
terecht maken tot een der meesterwerken van den Haarlemschen schilder,
waarvan het bezit tot vreugde en kunstgenot strekken moge. SOH.