EEN STEL KINKELS VERKADE Dobbel ma n n lekker... man! Uw man zal het prettig vinden, VOOR DE PIJP. 18 als U goed gekleed gaat, al zegt hij het misschien niet zoo gauw. Er is geen voordeeliger manier om smaak vol gekleed te gaan, dan zich het bekende modeboek „Winterweelde 1938" aan te schaffen, één van de 319 modellen te kiezen, een nieuw Panora-patroon te be stellen en zélf het kleedingstuk te maken. Een Fanora-patroon kost 20, 35 of 50 cent, maar als U den reductie-bon uit „Winterweelde" gebruikt, bedraagt de prijs 10, 20 of 30 cent. Begin met „Winterweelde 1938" te be stellen, het kost U slechts 60 cent en Uw man zal er U dankbaar om zijn. Patronenkantoor Panora Nassauplein 1 Haarlem Bestellingen kunnen als volgt geschiedendoor bemiddeling van Uw agent of bezorgerdoor girostorting op na. 29363/ door toezending van het bedrag per postwissel of in postzegels s.v.pniet oan 6 ct.) aan bovenstaand adres. door INEZ SEBASTIAN Proef ze en U vraagt zich af, hoe Verkade er in slaagde weer zoo iets fijns van chocolade te maken! Dat blijft het ge heim van Verkade Maar U neemt nóg een Crakelé. Per lVt ons J* ct. O kijk eens, schat ga mee hier eten! 'n Heele massa, kreef ten voor 't raam Het meisje greep met twee handen den arm van den jongeman en keek hem smeekend aan. „Hè toe We krijgen thuis nooit zooiets „Hm, 't lijkt me nogal een rare boel. Maar enfin, ik heb je beloofd, dat je op je huwelijksreis eten mocht, waar je wou. Hij keek naar den dikken man, die tegen den deurpost stond te leunen, en de man hekeek hèm, met een snellen, fotografischen blik, die tegelijk het meisje opnam. Hij keek hen na, toen ze naar binnen gingen. Het blonde meisje in de cassa knikte tegen hen en wees den jongeman, waar hij zijn jas en hoed op moest hangen. „TT kunt beter naar beneden gaan," ried ze, „daar zit u prettiger." Zij gingen de smalle trap af naar een grooter zaaltje, met een buffet van voor tot achter, het langste buffet, dat zij ooit gezien hadden. Er stonden twee mannen achter, en verder zagen zij niemand. Eén van de twee, een pafferig dikke, kwam naai' hen toe, om de bestelling op te nemen. Ze wouen kreeft hebben, zeien ze, „klaargemaakt zooals 't het lekkerste is." De verachtelijke blik van den kellner werd milder, toen het meisje glimlachend naar hem opkeek. „We wonen zoo ver van de zee," zei ze. „We kénnen haast geen versche kreeft. Dus laten we 't maar aan u over." Terwijl zij aten, klonk er een zoemer achter het buffet. De magere, kale buffetknecht keek schichtig naar de trap, stoorde zich niet aan den trek van vrees op het dikke gezicht van den ander. Toen bukte hij zich, haalde uit zijn zak een lang, glimmend snoer parels en brak er het slootje van kapot. Een paar seconden later stond hij bij de tafel van het jonge paar, en hij lachte beminnelijk. „De zaak bestaat vandaag een jaar," zei hij hij sprak snel, en hield ter sluiks de trap in het oog. „Nu geven we allen dames een souvenirtje." Hij hield het meisje het parelsnoer voor. ,,'t Slootje is defect, juffrouw u zult ze in uw tasch moeten stoppen. Maar ik zal nog een ander snoer zien te vinden, voor u klaar bent met eten." Hij zag den jongeman wrevelig fronsen en ging voort,,'t Zijn maar goedkoope kraaltjes een aardigheidje, omdat de zaak een jaar bestaat. We geven iedere dame iets." Hij was alweer achter het buffet, vóór het meisje haar dankbaar heid had betuigd, maar hij lette wel degelijk op, tot ze het snoer in haar eenvoudig roode taschje had geborgen. „Idioot 1" mompelde de dikke. „Als de klabakken hier komen. „Vinden ze bij mij niks," viel de ma gere hem in de rede. „En hoe wou je ze terugkrijgen t" „Jij gaat in den bazar een goedkoop dingetje koopen, als de agenten weg zijn, en dan ruil ik ze om." Er kwamen twee mannen de trap af met zwaren tred, vol zekerheid van ge zag. Eén van de twee was de dikke, die tegen den post van de deur had staan leunen, hij had zijn rechterhand in zijn zak. Hij liep regelrecht naar den mageren man toe, aan het einde van het buffet. „Daar zijn we, Pete," zei de kleine, die een gezicht had als een zwaarmoedig paard. „Geef maar hier de pareltjes." Pete keek snel naar het jonge paar, maar die zaten druk te praten, ,,'n Beetje zachter, hè V' verzocht hij. „Moet je die paar klanten van me nog weg, jagen Welke parels bedoel je „Bekend," gaf de kleine ten ant woord. „Butch heeft ze een half uur geleden gemoerd. Duidelijk zijn werk. Dikke Mike heeft 'm 'n kwartier ge leden hier binnen zien gaan. Je hebt al meer met 'm geknoeid. Geef maar gauw op." „Jullie zoeken me voortdurend sinds dat complotje," zei Pete nijdig. „Ik wéét van geen parels." „Je kletst heel aardig, Pete," zei de kleine rechercheur. „De inspecteur zal 't ook wel leuk vinden. Haal je jas maar." „Heb je 'n bevel tot inhechtenis neming t" vroeg Pete. De kleine kreeg een kleur. „Nee, maar wèl een bevel tot huiszoeking," bromde hij. „Goed, ga je gang. Vraag jij even of die boertjes nog wat hebben moeten, Patsy. Geef ze maar een toetje cadeau." „Ik hoop, dat 't naar uw zin is geweest, meneer," zei Pete, naar hen toe komend, terwijl zij opstonden zijn stem klonk heel gewoon, maar er was een blik van radeloosheid in zijn kleine oogjes. „We hebben morgenavond een extra speciaal zeebanket-diner. Komt u 't eens pro- beeren t Specialiteit van onzen kok." „Ik heb best zin," riep het meisje uit. „U bent zoo vriendelijk geweest...." Pete voelde zijn heele lichaam spannen van schrik. „Zouden we morgen kun nen, schat „Misschien wel," antwoordde haar echtgenoot. „Ik zou ze maar even fouilleereu," zei de kleine zacht tegen Mike. „Wie weet, is 't een doorgestoken kaart." „Welnee, een stelletje kinkels," ant woordde Mike. Het jonge paar ging de trap op het vrouwtje praatte overredend. „Hij zei toch zelf, dat 't maar goed koope kraaltjes waren t" zei ze. „Een aardigheidje. Enfin, ook goed, als je zoo jaloersch bent.Ik wil ze al niet eens meer hebben. Ik ga ze 'm meteen terugbrengen." „Doe maar niet, wat heb je aan 't gezeur zei de jonge man. „We laten ze wel ergens vallen." Hij keek rond en liep naar de cassa. „Wacht, ik geef ze aan dat blondje." Maar dat blondje zat er niet meer. Hij trok zijn jas aan, en toen, lachend, stopte hij het snoer in den zak van een andere jas, die aan het rek hing. „Ik wou dien knaap z'n gezicht wel eens zien, als hij honderd parels voor 'n dubbeltje in z'n zak vindt 1" zei hij, en het vrouwtje giechelde, Pete ging met de landerige recher cheurs de trap op. Zijn lachje had nu niets gedwongens meer. „Jullie dachten zeker, dat je me al hè,d, hè T" treiterde hij ze. „Neem er maar een lesje aan anders leeren jullie nóóit een eerlijk mensch onder scheiden. Zeker geen bezwaar tegen, dat ik naar de bios ga t" Hij trok zijn jas aan. „Ik en gestolen parels lachte hij. Met zorg schikte hij zijn das en knoopte hij zijn jas dichttoen, nog lachend, trok hij zijn handschoenen uit zijn zak. En de parels kwamen mee het kapotte slootje bleef aan het leer haken. Mike greep ernaar, terwijl zijn colle ga de handboeien om de polsen van Pete knipte. Pete keek hem aan, woe dend, beleedigd, verbluft. „Die stomme kaffers zei hij.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1937 | | pagina 18