DE LAATSTE OCEAAiNREIS 29 Het bestuur van de Atlantic Telegraph Company. In het midden zit Cyrus Field, de Amerikaan, die, met behulp van de Great Eastern". Engeland en Amerika met 'n onderzeeschen telegraafkabel verbond. geschreven, „elke onderneming, waaraan de „Great Eastern" is verbonden, is a,l bij voorbaat tot mis lukken gedoemd." Cyrus Field echter was van het slag der Brunels. Onmiddellijk begon hij aan een nieuwe poging, zijn derde. Een jaar later, op 13 Juni, koos de „Great Eastern" weer zee. „Klinkklare onzin riepen de meesten. „Op een Vrijdag en op den dertienden en dan met de „Great Eastern" En toch het lukte. De trommels in den buik van het monster liepen af met de regelmaat van een klok, zonder oponthoud, totdat de kust van Amerika in zicht kwam. Daar werd de diepzeekabel samenge koppeld met den kabel aan de kust enCyrus Field was plotseling een van de meest beroemde mannen ter wereld. Zijn naam lag op alle lippen, maar niemand sprak over de „Great Eastern" of over Brunei, zonder wiens schip men dit werk niet tot stand had kunnen brengen. En jaren later kreeg de heer Hope een brief van de Telegraafmaatschappij, waarin hem werd meege deeld, dat men het kabelschip niet meer noodig had, daar men na het bereikte succes best in staat was eigen speciale schepen te bouwen en ook reeds daar mee bezig was. Thomas Hope scheurde het schrijven aan stukken en zat in gedachten te kijken naar de snippers. Twintig jaar later vond de wereldtentoonstelling te New Orleans plaats. Naast tal van andere sen saties was wrel een van de voornaamste de attractie van een pienteren Amerikaan, den heer Daniel Coop, met zijn drijvend hotel op den Mississippi. Plaats voor 3000 personen. Het grootste stoomschip ter wereld. Elegante vertrekken, enz., enz. Dit hotel was de „Great Eastern", die na verloop van twintig jaar toevallig in een haven van Londen was ontdekt en omgebouwd. Het was een duur grapje, daar het schip op sleeptouw moest worden genomen. Drie keer braken onderweg de trossen, maar ten slotte kwam het waar het zijn moest en werd het ingericht als hotel. De heer Coop had het vooral voorzien op den indruk naar buiten en daarom werd het schip met de afschuwelijkste kleuren beklad. De bezoekers der tentoonstelling vroegen zich echter af waarom ze in een drijvend hotel zouden wonen, als ze 't aan wal toch zooveel beter en ge makkelijker hadden. Ze bewonderden het schip aan den buitenkant en de rest liet hen koud. Lang voordat de tentoonstelling was gesloten had de heer Coop al een nadeelig saldo te boeken van tweeëndertigduizend dollar en hij was in de wolken, toen hij op een avond bezoek kreeg van een blijk baar halfgaren Spanjaard, die hem voorsloeg het hotel te verhuren. De zeekabel wordt zorgvuldig opgerold in het ruim van de „Creat Eastern". zwarte, vuile kolen. Het bleek veel te omslachtig den kolenvoorraad over te laden vanuit de ruimen en het verdrag werd opgezegd. Weer kwam het schip op transport naar Engeland. De eigenaar, de bankier Howards uit Londen, dacht er thans over de oude kist als oud ijzer te verkoo- pen, toen hij, onverwachts, een aanbod kreeg van den voormaligen theaterdirecteur Williams. Williams had gehoord dat men het schip had ge bruikt als drijvend hotel en hij wilde dat ook wel eens in Engeland probeeren. Daar hij met klinkende munt betaalde, liet men het doorgeroeste schip aan zijn hoede over. Gedurende twee zomers kon men het onding, tegen betaling, bewonderen. In den zomer van 1886 lag het op de Mersey in de buurt van Liverpool en 't jaar daarop op de Clyde, vlak bij Glasgow Bonte aanplakbiljetten deden den volke kond dat dit het grootste schip der wereld was, iets dat men in geen honderden jaren nog zou bouwen. Terwijl het schip op de Mersey lag, werd er eiken avond vuurwerk afgestoken draaiende zonnen, raketten en Bengaalsch vuur dat het wereld wonder verlichtte. Het jaar daarop had Williams vijfenveertig electrisclie booglampen laten aan brengen, die een schril licht wierpen op den reus- achtigen romp. De werkelijkheid beantwoordde ook nu niet aan de verwachtingen. De meesten bepaalden er zich toe de zes masten en de vier schoorsteenpijpen te bewonderen van een afstand. Men kon niet zoo gauw vergeten, dat honderden menschen hun vermogen en hun leven aan dit onding hadden ver speeld. En ten slotte kwam een zekere heer Bates aan de beurt. Bates was een allround zakenman. Hij handelde in alles en nog wat en hij had al lang een bepaald bod gedaan op het schip. Hij was bereid de rondo som te storten van. vijftienduizend pond. De onderhandelingen sleepten een tijdlang, maar ten slotte werd de koop gesloten voor zestien duizend pond. De heer Bates werd eigenaar van het schip. Onmiddellijk deed de gewiekste zakenman het schip weer van de hand aan een maatschappij van handelaren in oud ijzer en wrakken. Hij kende beter dan de bankiersfirma de waarde van het gebruikte materiaal. Howards kreeg haast een beroerte, toen hij erachter kwam wat een winstgevend zaakje die transactie voor Bates was geweest. Bates is trouwens ook de eenige man die, in de lange, wisselvallige geschiedenis van dit technisch wonder, eenige winst heeft mo gen boeken. De sloopers begonnen hun werk. De aftakeling begon in 1889 en was in 1891 een feit. De „Great Eastern" had thans inderdaad opgehouden te bestaan. En samen met haar werd 'n stuk tech niek verwoest, dat eens doorging voor een utopie en toch werd verwezenlijkt. Nie mand en Brunei en zij die in hem geloofden misschien het allerminst zou ooit hebben durven denken dat tientallen jaren later het idee dezer reuzensohepen vasten grond zou vinden. Brunei was geen dichter, zooals John Russel meende. Hij was zijn tijd alleen maar vijftig jaar vooruit, 'n halve eeuw. Maar is het niet het gewone lot dei- genieën, te worden ingedeeld bij 't gilde der dichters en fantasten W/ave werd het oude, geplaagd# ijzeren lichaam over den oceaan gesleeptalle pracht werd er uit verwijderd en de ingelanden volgepropt met

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1937 | | pagina 29