Honderden en honderden meters onder het aardopper vlak wordt het goudhoudend gesteente met pnewma. tische boren losgemaakt. zoodat men in niets herinnerd wordt aan liet metaal, dat de we reld beheerselit en dat het „edele" wordt genoemd. Vijanden beloeren den mensch, die het goud in de wereld wil brengen en een van de ergste is wel de phthisis, de long tering, die vele slachtoffers maakt. Wie gezien heeft hoe het goud wordi gebaald uit Robinson Deep, bij Johannesburg, de diepste goudmijn ter wereld, heeft als meest indrukwekkende en lugubere Met electrische treintjes vervoert, men 't gesteente naar de schachten, waar het naar het bovengrondsch gedeelte van het mijnbedrif wordt verroerd. Met het goud is het overal hetzelfde: men draaft en werkt en zwoegt ervoor, er worden mensehenlevens voor vertrapt, men bedrijft er zonder aarzeling mis daden voor. men blijft zelfs, ondanks 't goud, eerlijk, men heeft er alle inspan ning en vermoeienis voor over. en het goud zelf wordt ook met zwaren arbeid van mensehen en met behulp van kost bare installaties boven gebracht. Er is veel arbeid gegeven, eer 't goud schit tert in het daglicht, en de geheele we reld tot nieuwen arbeid aanspoort. Inderdaad, het goud laat zich moeilijk winnen. Het goud laat menschen diep, heel diep onderden grond werken, vuil en [zwart zijn de arbeiders, die hun werk verrichten onder moeilijke omstandigheden op hun arbeidsterrein is het druk en lawaaierig, Een afgeloste ploeg mijnwerkers wacht bij de lift, welke hen weer naar het daglicht zal brengen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1937 | | pagina 40