mr. Arntzenius. Hij heeft een expressief gezicht, maar zijn mond houdt hij gemeenlijk hermetisch gesloten. Dit zelfde geldt uiteraard niet in dezelfde mate voor den voorzitter, maar hij neemt toch niet, gelijk de voorzitter van den gemeenteraad, aan het debat deel, al geeft hij wel leiding. Als het pas geeft, b.v. bij de aanvaarding van het voorzitterschap, houdt de oud-minister van Justitie, die ook reeds vroeger de Tweede Kamer heeft gepresideerd, echter keurige, kernachtige speeches, waarin elk woord zin- en beteekenis heeft. Toonden wij op onze tweede photo een stukje der linkerzijde, een ander deel daarvan ziet men o]) de achtste photo. Dp den voor grond ontwaart men een stenograaf en de rechtsche leden Loerakker (R.K.) en Van Dijken (A.-R.). Ook mr. Deckers heeft zich naar dat deel der Kanier begeven en schijnt onder de rede van minister de Wilde pliysionomische studies te maken van de nieuwe nationaal-socialis tische Kamerleden. Dezen ziet men op de achtste photo op de achterste banken. Geheel op den achtergrond de lieeren Woudenberg en Dieters. Daarvoor Marehant et d'Ansem- bourg en Rost van Tonningen. Thans richten wij onze blikken weder naar de regeeringstafel. Minister de Wilde staat daar met waarschuwenden vinger. Deze slagvaardige improvi sator is er niet de man naar om zijn gansche betoog voor te lezen, maar ditmaal heeft hij dan toch een papier vol cijfers in handen. Hij schijnt zich naar de rechterzijde te wenden. Bestrijdt hij misschien den katholieken financieelen specialist mr. Teulings, die iets optimistischer was geweest dan hij zelf Dr. Colijn zit weggedoken in zijn fauteuil. Voorts toont ons de vijfde photo de ministers Patijn, Gose- ling en Van Boeijen. Zij, wien de eer ten dee-1 valt, met een dezer bewindslieden een onderhoud te hebben, plegen zich naar het betrokken departement te begeven, al hebben de leden van het kabinet in de sobere ministerskamer op het Binnenhof een pied a terre. Den voorzitter en den griffier echter kan men, als het geen Kamervergadering is, in hun vertrekken op het Binnenhof aantreffen. Ofschoon deze kamers kort geleden eenigszins zijn gerestaureerd, missen zij elke weidsche praal. Trouwens, het geheele Kamergebouw kenmerkt zich door den grootsten eenvoud. Mr. van Schaik ziet men op de zesde photo in zijn werkkamer. Ditmaal is hij niet op 'n hooggerugden, liiëratischen stoel gezeten, die op rolletjes heen en weder kan worden bewogen gelijk in de vergaderzaal het geval is. Doch ook in zijn werkkamer ziet men hem in de traditioneeje dracht der voorzitters van de Tweede Kamer rok met zwart dasje. Slechts bij plechtige gelegenheden, b.v. bij de beëediging van nieuwe leden, wordt de zwarte das door een wit dasje vervangen. Mr. Kesper, den griffier, aanschouwt men op de zevende photo. Onlangs heeft de vorige president prof. Aalberse in het licht gesteld, hoe onmisbaar de griffier voor den leider van de vergaderingen is. Mr. Kesper heeft niet het onbewogen masker van wijlen

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1937 | | pagina 6