i
V
23
toeschouwster had willen toonen, (lie geheel buiten
de rampzalige verwarring van zijn zaken stond. Zij
had zich uit" haar tent laten lokken, voelde zij.
I)ie uitlating was maar een soort grootspraak ge
weest. Zoo dwaas zou niet één man zijn.
„Misschien niet." Hij glimlachte twijfelachtig.
„Maar geld is niet altijd waard, wat 't kost. Ik,
zal blij zijn, als dat jaar om is, en menigeen mét mij."
Hij stond op en stak zijn hand uit. ..Ik moet eens
gaan. Ze willen me roeehebben de stallen door, en 't
huis door, en den tuin door, en alles door. en ik moet
voor de lunch weer in stad zijn. Over een paar weken
gaat 't huis weer open, denk ik."
Hij was weg, en zij voelde zich bedrongen tusschen
ongeduld en smartelijk medelijden.
„Hij ziet er ouder uit," zei ze bij zichzelf. „En moe.
Hij is niet gelukkig. En hij houdt heelemaal niet van
haar
Nauwelijks een uur, nadat Dick haar verlaten had,
kwam een fraai sportwagentje de laan door zoemen,
met Bebe van Dering aan 't stuur. De Van Derings
waren terug uit de stad, en Bebe, die Jessamy Landon
graag mocht, kwam dikwijls even aan, om een half
uurtje te praten, of Jessamy over te halen tot een
ritje naar haar huis, om daar te blijven dineeren.
„Hallo, Jessamy, ik ben juist Dick tegengeko
men."
Bebe wierp een miniem hoedje op het bureau en
keek Jessamy met heldere oogen aan. Jessamy
praatte nooit veel over Dick, maar niemand maakte
Bebe wijs, dat er niets gebeurd was. Zij wist, dat
twee en twee voer is, en dat twee plus één moeilijk
heden geeft.
„Ja, ik heb hem gesproken."
Het was een sobere verklaring. Jessamy was ge
woonlijk spraakzamer, als Bebe kwam. Bebe hield
vroolijk vol.
„Hij ziet er ouder uit, vind je niet Die verloving
schijnt hem niet best te bekomen."
„Hij zal te veel uitgaan, denk ik."
„Kind, houd je toch niet zoo onnoozelGeen
inenscli begrijpt er iets van dat hij zich door Leila
heeft laten inpalmen. Ten minste" vervolgde zij
meer waarheidsgetrouw„geen een meisje. 0, da's
waar ook Met een schelmachtig lachje ging zij
zitten. „Ik heb iets gehoord, iets vreeselijk interes
sante. Ik ben gisteren in de stad geweest en toen heb
ik Joan Selby getroffen en we hebben samen geluncht.
Zij logeerde bij Claire Varick dien dag, toen 't er door
gekomen is, weet je. Joan is nogal een flapuit, maar
jokken doet ze niet, en ze zegt, dat 't een verschrik
kelijk opgeschroefde geschiedenis was. Dick en Leila
waren gaan varen, en ze kwamen gewoon een beetje
laat thuis, maar Claire deed ontzettend zenuwachtig,
of de wereld verging, en ze scheen te denken, dat ze
't met een verloving goed moest praten. En Dick keek
zelf verbaasd, toen hij gefeliciteerd werd, zegt ze. 't
Had verbazend veel van een doorgestoken kaart, zegt
Joan. Toen ze thuiskwamen liepOlaire ze gauw tege
moet, en ze nam Dick apart, en ze zei iets tegen hem,
en Joan zegt dat hij letterlijk even bevroor, en toen
was hij stijf en beleefd, en Claire keek verschrikt en
koppig. Vind je 't geen raren boel V'
,,'t Klinkt wel vreemd." Jessamy sloeg snel de
oogen neer en verschikte een paar viooltjes. „Mis
schien overdrijft Joan. Als 't zoo duidelijk te merken
was. ik begrijp niet, hoe ze 't zouden durven."
„Je weet nooit." Bebe keek sceptisch. „Maar Joan
is zoo eerlijk als goud. En sommige menschen durven
een massa, als ze iets met alle geweld bereiken wil
len En vind je Dick geen schaap, dat hij zich
zooiets maar op laat dringen f'
„Hij zal niet anders gekund hebben Er klonk
wat bitterheid in Jessamy's stem. „Als 't ten minste
zoo gegaan is, als je vriendin zegt. Hij kon ze slecht
in 't publiek voor leugenaar zetten."
„Dan had hij er zich allang weer van af kunnen
maken," zei Bebe meer openhartig dan elegant.
„Maar hij trekt overal met haar heen en hij laadt
haar vol diamanten en zoo. Ik vind 't een schande.
Ze is absoluut niets voor hem. Maar ik heb met Joan
gewed, dat er nooit ofte nimmer trouwen van
komt. 0, kind, ik moet hollen Ik zou vader af
halen, als hij uitgegolfd was, en als ik hem weer laat
wachten, vernietigt hij me. Dag, hoor. Ik kom over
eeu paar dagen terug en dan sleep ik je mee, of anders
mijn bewonderende broertje."
Zij zette met een paar handige beweginkjes haar
hoed op en ging. Een minuut later zat zij achter haar
stuur, en keek opgewekt en voldaan.
„Dat was mijn goede daad voor vandaag," dacht
zij tevreden. „Misschien helpt 't niets, maar ik laat
Jessamy niet in den waan, dat hij met Leila aan 't
flirten was terwijl hij verliefd was op haar."
Zij liet een meisje achter, dat voor een bovenraam
stond en het Wagentje snel zag wegrijden, zooals zij
Dick's wagen kort tevoren had zien verdwijnen. Er
zong iets in haar hart.
„Hij houdt niet van haar Hij wóu zich niet met
haar verloven Ik wist wel, dat 't zoo ongeveer ge
gaan moest zijn Ze heeft hem in een strik gelokt, om
dat hij zooveel geld krijgt
Het zingende refrein zweeg. Er was haar een pak
kende gedachte in 't hoofd geschoten. Dick had bijna
gedaan, alsof hij het. geld van Nicolaas Varick graag
verbeuren wou. Zij kon zich slecht voorstellen,
dat lei la met een armen man zou trouwen.
Vervolg op blz. 26
verwelkomen de schrale, witharige gestalte op den
drempel was Jennison die touwachtige bundel,
die over 't gras vloog, was de collie, dol van blijd
schap. Thuis Hij lachte stil en keek zenuwachtig op
naar een zeker raam. Wat voor welkom zou Jessamy
hem gunnen
Binnen de tien minuten was hij bij liaar. De zachte
ronding van haar wang en kin was iets verscherpt,
maar overigens was zij dezelfde Jessamy. lief en
goudblond en onbereikbaar.
„Ik hoorde dat u terug was," zei ze. „Ik heb nog
geen gelegenheid gehad, u te feliciteeren."
„O ja. bedankt."
Hij voelde, dat het een onnoozel en linksch ant
woord was, maar wat moest hij zeggen, nadat hij,
nog maar enkele maanden geleden, verklaard had,
dat hij alleen met haar wilde trouwen, en dat hij altijd
op haar wachten zou Wat er elders ook van hem
geëischt mocht worden, hij bedankte er voor, tegen -
over Jessamy den gelukkigen minnaar te spelen.
Verder dan tot een kiesch stilzwijgen kon hij het niet
brengen.
Er kwam iets gedwongens tusschen hen. Zij liet
ongemerkt haar blik op hem rusten, en 't was jam
mer, dat hij er de snelle verandering niet in kon zien.
Hij zag neer op haar bureau, naar een tuiltje bosch
viooltjes, die hem herinnerden aan vroegere, vruch
teloos gekochte bloemen. Zij raakte ze aan.
„Hier uit 't boseli. Ik heb ze vanmorgen vóór 't
ontbijt geplukt."
Dit kwam dicht bij dc grens van 't gevaar. Vroeger
hadden zij die ochtendritjes samen gemaakt.
,,'t Bosch was prachtig, toen ik er door reed." Hij
lachte een beetje beschaamd, verontschuldigde
een zwakheid. „Ik heb heimwee gehad, geloof ik. Of
liever, ik weet 't zeker, 't, Is hier zoo mooi, 't vangt je
totaal.Rijd je veel tegenwoordig
„Nee, heelemaal niet. Ik wandel een beetje, om
niet te lui te worden. Ik woon hier tegenwoordig, om
verschillende redenen. Eerst om de sneeuw, en toen
ben ik op 't ijs gevallen en verzwikte ik een enkel."
Hij knikte snel. „Dat zei Jennison zooeven. Je zou
wel dwaas geweest zijn, als je heen en weer was gaan
trekken met een pijnlijken voet. Hoe is 't nu
Hij zat op de punt van haar bureau, op de oude
vertrouwelijke manier. Zooals hij altijd had gedaan.
„Bijna over. Ik loop nog een ietsje mank, maar 't
mindert hard. En net toen 't weer goed ging, kreeg
het kroost van den tuinman roodvonk toen moest
ik hier blijven of (laar quarantaine houden. Dus ben
ik hier."
„Natuurlijk. Er is totaal geen reden voor je, om
niet heeleméal hier te blijven."
De gedachte, dat zij dit niet doen zou, scheen hem
mateloos te ergeren. Zij keek hem snel aan, en zag
toen neer op zijn nerveus bewe
gende. hand. Hij had een papier
mes opgenomen en stond ver
strooid door een vel papier te
prikken.
„Dank u," zei ze langzaam.
„Ik wil heel graag blijveu. Tot
mijn werk hier klaar is. Dat zal
nog een maand of twee duren,
denk ik."
„Ongeveer net zoo lang, als
mijn proefjaar nog duurt Er
scheen een idee in hem op te ko
men, met eeu zekeren galgen
humor. „Dan gaan we misschien
allebei een baantje zoeken."
Zij werd getroffen door iets in
zijn toon, een oppervlakkige
hardheid, die in 't geheel niet
bij Dick Bradshaw paste. Alsof
de heele zaak hem verveelde, en
't hem niet schelen kon, hoe 't
verder ging.
„Dat ga je niétriep zij uit.
„Je moogt 't vertrouwen niet
beschamen, dat meueer Varick
in je gesteld heeftDat heeft
hij niet van je verwacht, en....
en je vrienden ook niet."
Zij riep zichzelf tot de orde,
verstoord, dat zij bijna weer
blijk had gegeven van persoon
lijke belangstelling, terwijl zij
zich enkel 'n koel, belangeloos
DE OUDE RIJN TE WOERDEN