DE NIEUWE GOESCHE HAVEN
m
Zóó is 't aan de oude Goesche zwaaihaven met haar oude kadebebouwing, uaarlusschen vooral pas gerestaureerde Gotlüsche huis zulk een fiere plaats inneemt.
Weldra zullen nog slechts de kleinere vaartuigen van deze binnenhaven gebruik kunnen maken.
U lioeft et' maar een kwartier
te hebben rondgewandeld
om ervan overtuigd te zijn,
dat. Goes wel genadig gespaard
gebleven is voor 't lot van zoo
veel andere historische steden
uit ons gewest, dat 't allerminst
tot de doode Zeeuwsclie steden is
gaan belmoren, liet ontleende
dan ook zijn beteekenis niet aan
de grillige Zeeuwsclie wateren,
die van zooveel andere oude ste
den opkomst, glorie en verval
evenzeer op hun geweten heb
ben zijn centrale ligging, zijn
functie als marktplaats hebben
Goes een minder toevalligen, min
der wisselvalligen bloei bezorgd
en verzekerd. En ook de opper
vlakkigste bezoeker zal aan de
aantrekkelijke nieuwe stadsuit
breidingen rondom het oude cen
trum, als aan het zich steeds ver
jongende stadsbeeld van de oudere
straten al gemakkelijk 't alver-
nieuwende leven kunnen speuren,
dat er nog door de 'oude veste
stuwt.
We vinden trouwens in Goes
juist in deze dagen een bedrij
vigheid, zooals we nauwelijks
verwachten zouden buiten de
industrie-centra. I)e bouw van de
algemeene telefooncentrale voor
liet zwakke, smalle en slecht toe
gankelijke draaibruggetje over den
ingang tot de havenkom -zal einde
lijk plaats gaan maken voor een
zware, moderne raste brug.
Zeeland, waar trouwens 'n nieuw
postkantoor naast verrijzen zal,
is een van de werken, die u on
middellijk opvallen. Maar van
nog meer belang voor de stad zelf
is de aanleg van een nieuwe haven.
Als marktstad is Goes voor het
niet spoedeisehend gedeelte van
't vervoer toch altijd grootendeels
aangewezen op het verkeer te
water. En al ligt het dan niet
onmiddellijk langs belangrijke
waterwegen, over 't Goesche Sas
is er toch een heel praetische
verbinding met de Oosterschelde
en verder met heel het land.
En in het hartje van de stad
eindigde die waterweg in een
praetische, niet te groote zwaai-
liaven, d.w.z. een haven, in
welker eindkom de schepen kon
den omzwaaien om den terug
tocht weer te aanvaarden. En nu
leverden de niet al te groote om
vang van de haven en de niet al te
ruime kaden wel langzamerhand
eenig bezwaar. Maar veel meer
hoofdbrekens kosttq 't vraagstuk
van de brug over den ingang van
de zwaaihaven, die jarenlang al 'n
Wel zal het voor het stadsbeeld te
betreuren vallen, dat minder sche
pen dan vroeger de oude haven
kom zullen bereiken kunnen.
Hier ziel u hoe, thans nog door
een dam gescheiden, de linksche,
n ieuwe ha venarm uit den recht-
schen zal worden afgelakt.