verkeersprobleem van de eerste grootte uitmaakte. Voor het huidige verkeer waren en de brug en haar naaste omgeving ten eeneninale onbruikbaar. Een nieuwe, breede, zware brug moest er komen. Jawel. Maar die zou dan toch beweegbaar óf onbeweegbaar moeten worden. Als ze onbeweegbaar werd, was ze te betalen, maar dan kon er geen behoorlijk schip meer de haven binnen. En als ze beweegbaar moest worden, dan konden de Goesenaren ze niet betalen u moet 'n Goesenaar nu al maar 'ns vragen naar z'n belastingbiljet Maar ze wisten er wel wat op in Goes. Dan maar 'n betaalbare vaste brug, en voor de grootere schepen een nieuwe haven, inet meer ruimte, met breedere kaden en met moderner accommodatie. Dan was iedereen tevreden het verkeer, de schippers en de belastingbetalers. En bovendien de werkloozen. Want deze oplossing had liet voordeel, dat er twee jaar voor een groot aantal menschen grondwerk te verrichten viel, waardoor werkloozen aan arbeid kon den geholpen wordendie dan nog gedeeltelijk uit het Werkfonds kon worden betaald van de f 60.000.aan grondwerk, dat door de gebr. Knuist, en de f 40.000.betonwerken, die door de fa. de Bruyn en van Riet werden aangenomen is het allergrootste gedeelte aan loonen uitgekeerd. Bij het zgn. zwemplekje aan den havenarm, ieder Goesenaar welbekend, is de nieuwe haven arm afgetakt. Vijfentwintig meter is dit vaar water breed, terwijl de breedte van de nieuwe zwaaihaven zevenenvijftig meter bedraagt ruimte genoeg dus voor een toenemend scheeps verkeer. Een zware, betonnen beschoeiing, breede kaden, ruime opslagterreinen, royale toegangswegen naar de stad dat zijn de onschatbare voordeelen voor den expediteur. En Goes wordt van zijn nijpendst ver keersprobleem verlost, wanneer straks een breede, moderne, zware brug over de haven gelegd kan worden, zonder dat de scheepvaart daarvan hinder ondervindt. De zomer zal nauwelijks in 't land zijn, wanneer de havenwerken gereed en de brugge- bouw begonnen zal zijn. En Goes zal er opnieuw moderner, jonger en welvarender bij geworden zijn. liven buiten Goes ligt, direct langs den ouden havenarmde nieuwe zwaaihaven al gereed, voorloopig nog slechts met wat grondwater gevuld. Aan den ouden havenarm worden, vóór de brug, eenige nieuwe kaden aangelegd, die aan de reederij van der Schugt en kleineren beurtvaarders ligplaats kunnen verschaffen. Nieuwe betonnen damwanden verzekeren den beurtraarders aan den ingang van de stad, vlak vóór de brug over de oude haven, moderne accommodatie. Op deze situatieteekening van den Goeschen Dienst der Gemeentewerken is duidelijk te zien, hoe de nieuwe haven ten opzichte van de oude zal komen te liggen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1938 | | pagina 17