29
heid van haar sekse, niet aan haar kunnen worden
toevertrouwd.Als de koningin geen zonen heeft,
blijft zij een vreemdelinge in het koninkrijk en een
hoogst gevaarlijke vreemdelinge bovendien. Want
daar zij niet mag hopen, welkom te zijn, moet zij
voortdurend vreezen daarheen te worden terugge
zonden, waar zij vandaan is gekomen..Zoodat zij,
door te intrigeeren en onrust te stichten, macht zal
pogen te veroveren, tot groot nadeel van de kroon, de
dynastie en de natie."
De woorden konden niet raker hebben getroffen.
Toen Sisi het pamflet uit haar kille vingers liet vallen,
vloog een warm rood naar haar gezicht. Zij voelde
zich diep vernederd en alleronrechtvaardigst behan
deld. Welke lafaard had haar dezen verachtelijken
steek gegeven Kon iemand er haar van beschuldi
gen, dat zij haar plicht niet deed Zij was kort na
elkaar tweemaal moeder geworden men kon moeilijk
van haar verlangen, dat zij Voorzienigheid zou spelen
en het geslacht van haar kleinen beslissen Dagen
achtereen bleef haar de afschuwelijke beleediging
vervolgen. Zij wilde er niemand iets van zeggen. Zij
kon het niet van zich verkrijgen haar echtgenoot in
vertrouwen te nemen. Arme FranziWat zou het
hem verdriet doen, als hij hoorde, hoe zijn vrouw ge
smaad was. Gewogen en te licht bevonden. Neen,
Franzi moest er niet op gewezen worden, dat hij nog
geen zoon had. Zij moest haar hartzeer onder
drukken. en zij deed hetslechts in haar dagboek
kwamen enkele regels voor, die betrekking hadden op
deze voor Elisabeth zoo vreeselijke ervaring.
Zij trok zich dit geval zeer erg aan. Haar gemoed
was plotseling vergiftigd met verdenking tegen haar
heele omgeving. Zij begon gezichten te bespieden om
uit te vinden, wie haar dit had aangedaan. Maar er
was geen mogelijkheid den schuldige te ontmaskeren.
Deze omstandigheid maakte de dingen nog erger,
daar nu de verdenking dagelijks met nieuwe gissingen
gevoed werd. Sisi voelde zich van nu af aan steeds en
overal bespied en uit zelfverdediging trok zij zich
terug in een harnas van wantrouwen. Zij werd lang
zamerhand zeer gesloten en de wereld ging haar
raadselachtig noemen en behept met die onverklaar
bare ziekte, welke „Weltschmerz" heet.
Op den duur echter zou het verzwegen verdriet
Sisi's lichamelijke gezondheid zijn gaan aantasten, als
de omstandigheden niet een welkome afwisseling
hadden gebracht. Minister Bach was weer in touw. Na
het succes der Italiaansche reis wilde de staatsman
deze politiek op grootere schaal gaan toepassen. Hij
stelde een reis naar Boedapest voor met het uitge
sproken doel de Hongaarsche patriotten te vleien, die
zich na het langdurige bezoek in de Italiaansche pro
vincies voelden achtergesteld. Zooiets, oordeelde
minister Bach, moest men niet onderschatten. De
keizer moest maar opnieuw op reis. Hongarije was
Oostenrijks grootste probleem, niet als een natie, die
overheerscht werd, maar als een provincie, die een
bijzondere behandeling noodig had. Hongarije was
de korenschuur van het keizerrijk. Zijn vruchtbare
vlakten brachten genoeg vee, brood en wijn op voor
Keizer Frans Jozef en keizerin
Elisabeth tijdens een rijtoer door
de tuinen ran IAirenburg
alle provincies te zamen.
Dit was een van de redenen,
waarom de Hongaren zich
boven de overige volken
des rijks verheven voel
den Zij wenschten ook een
eigen parlement en ver
langden naar een gelijke
verdeeling van het gezag
tussclien Boedapest en
Weenen, met den keizer
koning aan het hoofd.
Frans Jozef was niet
hardhoorig. Hij wist precies,
wat zijn Hongaren wilden.
Niet het keizerrijk, maar
een dubbele monarchie was
hun leus. Maar de keizer
moest ook met de andere
volken rekening houden,
met de Tsjechen, de Kroa-
ten, de Slowaken, de Polen
't was noodig, de Hon
garen met den huidigen
toestand te verzoenen.
Dit was echter niet ge
makkelijk. Telkens weer
stonden er rebellen op, elke
generatie bracht nieuwe.
In 1848, 't onrustige jaar,
was het Ferenc Racoczy ge
weest, thans hitste de vu
rige Deak zijn landgenooten
tot verzet op. Volgens de
bescheiden meening van
minister Bach zou het niet
kwaad zijn dien Deak tege
moet te komen en tevens
het geheele Hongaarsche
volk te toon en, dat het de
bijzondere belangstelling
van den keizer genoot.
In April, nauwelijks twee
maanden na den terugkeer
uit Italië, begonnen de
raadslieden van Frans Jozef
met de sleutels van reiskoffers te rammelen en spoor
boekjes over zijn schrijfbureau uit té spreiden. Een
scheepvaartagentuur wees den keizer op het aan
trekkelijke van een bootreis naar Boedapesthet een
met het ander deed Frans Jozef ten slotte zwichten.
Hij bestelde een Hongaarsch woordenboek (het was
een heksentaaltje, dat hij nooit leeren zou) en begin
Mei ging het keizerlijk paar op weg naar Boedapest.
DERTIENDE HOOFDSTEK
CHisabetli nam beide kinderen mee, natuurlijk tegen
den zin van Sophie. De aartshertogin was niet
enkel Beiersch, maar Germaansch in merg en been
met vreemdelingen, van welke soort ook, kon zij niet
Het zeer kostbare Oliineesehe kabinet in 't slot Schönbrunn te Weenen.
overweg. Zij koesterde een bijzonderen afkeer voor
de Hongaren, wier hooghartigheid haar krenkte.
Alleen reeds de gedachte, dat Frans Jozef aan dat
ras van Attila concessies zou doen, bezorgde haar
hevige ergernis en hoofdpijn, zoodat de oude dame
met een koud compres en voorspellingen van aller
lei onheil haar appartementen opzocht. De voor
spellingen waren bijzonder somber wat de keizer
lijke babies betrof. Sophie verzekerde, dat liet hun
slecht zou vergaan in dat wilde Magyaarsehe land.
Haar zou niemand er ooit toe kunnen brengen 'n
voet te zetten op een stoomboot, die naar Boeda
pest ging. (Het is aan te nemen, dat Frans Jozef dit
wist, want hij noodigde zijn moeder uit, om mee te
gaan naar Hongarije, terwijl hij bij vorige gelegen
heden '11 invitatie wijselijk achter
wege gelaten had.)
Het feit, dat haar schoonmoe
der zulk een afwijzende houding
tegenover de Hongaren en Honga
rije aannam, dreef Sisi als vanzelf
in het tegenovergestelde uiterste.
Met al de geestdrift van de jeugd
kwam zij op voor een natie, die
zij weliswaar niet kende, maar die
haar aantrok, omdat zij gemeen
schappelijke vijanden hadden. Van
het oogenblik, dat zij dit voor
oordeel van haar schoonmoeder ont
dekt had, ontwikkelde de keizerin
een waren hartstocht voorgoulasck.
paprika, Tokayer en zigeuner-
muziek. Zij verlangde ernaar, den
(•sardas te zien dansen door man
nen en vrouwen in een vreemde
kleederdracht en hooge laarzen.
Bovenal wenschte zij hun taal te
leeren, die vreemde taal, die ver
want is met 't Finsch, 't Turksch
en het Mongoolsch. Er werd een
leeraar aangesteld, om hunne majes
teiten met een bruikbaren woor
denvoorraad ten behoeve van hun