lo
i
WIE heeft ambitie
Wie wil het beter krijgen, omdat hij beter on
derlegd is
Er is stijgende vraag naar goed onderlegde technici,
naar bekwame krachten.
Studeer techniek thu
Hier is een gratis gids,
die U de weg wijst. PBNA ARNHEM
BURGERLIJKE BOUWKUN
DE, ARCHITECTUUR, MEU
BEL- EN SCHILDERTECHN.
Bouwk. Opzichter, Bouw
kundig Tekenaar, Burger-
bouwkundige, Architect,
Techn. Ambtenaar Bouw
toezicht, Uitvoerder, Aan
nemer (grote en kleinere
werken), N.O.-acten, Ge
zel en Meester, Meubel
tekenaar, Binnenhuisarch.
WATER en WEGENBOUW;
BETONBOUW
Waterbouwkundig Opz.,
Techn. Ambtenaar bij de
R.W., Waterbouwkundige,
Uitvoerder, Landmeetkun
dige, Betontechnicus, Sta-
ticus, Wegentechnicus.
WERKTUIGBOUWKUNDE
AUTO-,VLIEGTUIGTECHN.
Mach.constructeur, Werk
tuigbouwkundige, Staal
constructeur, Autotechnicus
Vliegtuigtechnicus, Ver
warmingstechnicus, Koel-
technicus. Monteur, Vlieg
tuiamecanicien. Machinist,
N.O.-acten, Meester en
Gezel.
ELECTROTECHNIEK,
RADIO-TELEVISIE,
Electrotechn. Opzichter,
Electrotechnicus, Radio
technicus, Installateur,
Monteur, Meterijker,Voor
man Electr. Tractie, Die
sel-machinist, N.O.-acten.
CHEMISCHE TECHNIEK
Technisch Chemicus, Gas-
technicus, Analyst, Algem.
Scheikunde, Olie- en Vet-
industrie, Textielindustrie.
SPECIALE
CURSUSSEN
Boekhouden, Lagere Wis-
kunde,Toelatingsexamen
M.T.S., Luchtvaartkennis,
Reclame-Assistent, Teke
nen voor reproductie.
Vraag
dit
prosp. P
HET *>P'JT M'J MEVROUW BRAND. MAAR
IK HEB GEEN RINSO MEER KUNT U -
.GEEN lEEPPOEDER GEBRUIK-EN/y
//NEEN. IK GEBRUIK AUEEN -
RIN SO IN M'JN WASMACHINE,
(l DOET GEEN MOEITE.IK KR'JG
RINSO WEL B'J IEMAND ANDERS
VOLSTREKTS
NIET
'WEL.WAT BEN J'J OP
RINSO GESTELD/
'Z'JN ZEEPPOEDERS ""TA
dan niet even goeD: 'MET GEEN
- ander
WASMIDDEL KR'JG IK
M'JN WAS ZÓ HEIDER 1
ALS MET RINSO/
WAT MAAKT^
RINSO it WEL. HET SOP. HET/j
PAN ZO ,\l 15 HEERL'JK OVER.
B'J ZONDE R? VET HET SCHUIMT
v GEWELDIG EN IS
VEEL WERKZAMER DAN
HET 50P VAN ZEEP
POEDERS.
je zult
dan GA ik OOK VERBAASD
RINSO IN M'JN \WA5Al^TAAN. ALS
MACHINE PROBEREN' JE ZIET.
I IK HEB EEN HEKEL 'WAT RINSO
AAN WATERIG SOP. VOOR JE
DOEN KAN.
VOLGENDE WASDAG.
/GEEN WONDER DAT MEVROUW
BRAND ZO ENTHOUSIAST t
WAS OVER RINSO/ M'JN
GOED 15 NOG NOOIT ZO j
HELDER GEWEEST/ -
- M
W.n„,Rd"Sn 9ee" 9ew°"« wat.
wat anderi w"*6' °VerVeH* Ri"'° ^eel
at andert dan zeeppoeder. RinJO wordi
Tde 9efa.briceerd «e voldoen aan
al de speciale eisen die de wasm»^k-
»teft. Onmiddellijk los, Rinso in l" w wliêr
me". bli'yend 'OP
R-nso gaatl Binnen ander-
half uur heeft U de hele
gezinsvras van 5 personen
prachtig schoon gewassen
en niet alleen in de was
machine, maar ook in
elke tobbel Het één
Pakje Rinso van 12 Vi ct.1
..OVERVET" EN MET CESCHENKENBON
R2Ü-01OO/ SS.
chiemsee, Neuschwanstein.Het eerste
van deze drie was gemeubeld in ver
basterden Gothischen stijl, het tweede
imiteerde het Rococo van Versailles,
terwijl het derde door Wagner's opera's
geïnspireerd was en zoowel van buiten
als van binnen op een- opera-coulisse
leek.
In zijn weinige heldere oogenblikken
ontwierp de jolige koning het Scliloss
Linderhof, dat in het hartje van het
bergwoud lag. Dit wit marmeren kas
teeltje zag zich weerspiegeld in een
kristalleil meer, waarop schelpvormige
booten wiegden. Aan den anderen oever
liep een Arabisch huisje de sproken
uit de Scheherazade op, terwijl niet, ver
van daar een halfduistere grot achter
de pijnboomen lag. Daar de grot nogal
vochtig en kil was, liet Lodewijk er zoo
wel licht als verwarming aanleggen acht
aardig gecamoufleerde kachels hielden
de temperatuur op een aangenaam peil.
Omdat gewoonlijk in grotten geen rozen
gloeien, gaf hij order, dat er dagelijks
verselie rozen gestrooid zouden worden.
Want Lodewijk was bezeten door een
zucht naar liet onbereikbare, hij streefde
steeds naar datgene, wat onmogelijk was.
Midden in den zomer verlangde hij
naar sneeuw, alleen omdat die in dit
seizoen niet te vinden was. Om echter
aan den koninklijken wenseli tegemoet
te komen, bedekte men het groene
struikgewas met een laag witte wol,
terwijl de grot, zwoel van Juli-liitte,
met ijskegels van papier maehé werd
aangekleed.
Daar de koninklijke garderobe weinig
overeenkwam met deze anachronistische
wereld, vond Lodewijk ook hierop raad.
In een tijd, die den modieuzen heer
Homburghoeden en ruime jassen voor
schreef, droeg Lodewijk 'n troubadour
muts, een broek van blauw fluweel,
rose kousen en een satijnen mantel.
..Droomend, dat hij Lohengrin was,
Snelde hij in zijn gouden slede,
Vaar zijn besneeuwde kasteelen
Ken zooals Versailles,
Ken zooals Petit Trianon
Rn een zooals de Warthurg.
(Gebouwd voor Wagner
Kn beschilderd met legenden
Uit het Nibelungen-lied,
Parcival, de Heilige Graal
Beiersche sprookjes noemen hem
Den schoonen prins
Vandaag nog zien de hoeren
Hem in den nevel der hergen
Op hooge wallen staan,
Zijn arm gelegd om de schouders
Van den Tleistersanger,
Zijn oogen gericht
Op het eeuwige Gudruntooneel
Tijdens haar jeugd had Elisabeth met
dezen Lodewijk, die later de krankzin
nigheid van de Wittelsbachs zoo zicht
baar zou vertegenwoordigen, dikwijls
gespeeld. Kort na zijn opvolging ont
moette zij hem opnieuw, ditmaal als
een man van waarlijk Byronische
schoonheid. Tijdens den zomer van
1864 was de keizerin voor een nakuur
naar Kissingen gegaan en vandaar
schreef zij trieste brieven naar Possen-
hofen zij was eenzaam en verveelde
zich. Lodewijk liad de gewoonte zonder
aankondiging bij zijn familie binnen
te vallen en vond het dan heerlijk, om
de brieven te lezen, die binnenkwamen.
Zoo deed hij te Possenhofen de ontdek
king, dat Sisi, zijn liefste nichtje, te
Kissingèn naar gezelschap verlangde en
hij besloot om haar dadelijk te gaan
opzoeken.
Zonder veel opzien verscheen de
knappe, zwartharige jongeman op ze
keren Julimorgen in de badplaats en
bleef er een maand, terwijl hij met
Sisi in de romantische omgeving der
stad ging wandelen en onnoodig Sprudel
dronk. Toch ontstond uil dit samenzijn
met de innemende nicht niets, dat op
'n idylle leek. Deze eigenaardige prins
gaf niets om vrouwen of liefde. Dat
alles was zoo natuurlijk en alledaagseh.
Zijn vereering gold de Muzen en de
grooten in haar dienst, llij aanbad de
poëzie, de opera. Schiller, Hamlet,
zwanen, waterlelies, Homerus en de
blonde haren van Lohengrin. Hetrhytli-
me der natuurwetten was hem geheel
vreemd. Hij zou zelfs voor een poedel
de grootste vereering hebben gekoesterd,
als die in staat was geweest sonnetten
voort te brengen.
Vroeger had Sisi dezen zonderlingen
neef genomen zooals hij waszij had
hem aardig gevonden, omdat zij met
hem urenlang kon dwalen in de verbeel
dingen der jeugd. Maar nu, nadat zij
zelf volwassen was geworden en al»
echtgenoote en moeder midden in het
werkelijke leven stond, bekeek zij
Lodewijk met andere oogen. Zoowel
zijn zucht naar het elegische als zijn
melodramatische opschik behoorden
tot een ontwikkelingsperiode, die reeds
lang achter haar lag. Wel wandelde hij
niet in operaeostuums door Kissingen,
iets, dat hij zich wel aan zijn hof te
München veroorloofde, en had hij een
bolhoed op en droeg hij een vest, dat ile
prins van Wales in de mode had ge
bracht, maar uit haar gesprekken met
hem begreep Elisabeth toeli, dat zijn
droomwereld niet veranderd was en
ofschoon zij er de vroegere aantrekkings
kracht van voelde, maakte haar dit
ongerust.
Ook zij hield van poëzie en gaf zich
gaarne aan haar verbeelding over. hierin
kwamen ze overeen. Nog andere ka
raktertrekken onthulden een zekere
gelijkenis, bijvoorbeeld Lodewijk's nei
ging voor tegenspraak en Sisi's koppig
heid. Maar Sisi's verzet tegen etiquette
en autoriteit ging niet tot in het be
lachelijke, terwijl Lodewijk uit beginsel
in de contramine was. Omdat er in
Beieren het beste bier ter wereld werd
gebrouwen, dronk Lodewijk 'n honing
drank. Zóó zou Sisi de dingen nooit
overdrijven. Zij voelde zich dikwijls al
schuldig genoeg om haar ono verwin-
nelijken afkeer van sommige dingen.
Voor Elisabeth werd deze ontmoe
ting met haar neef een gewichtige er
varing, omdat zij thans meende het
karakter der Wittelsbachs te begrijpen.
Nooit tevoren was zij zich zoo bewust
geweest van het erfdeel des bloeds. Met
koele oogen sloeg zij den Beierschen
koning gade, die op de grens van waar
heid en waanzin dwaalde. Hij was het
hoofd van een huis, dat van ouderdom
begon te degenereeren.
Én ook zij, Elisabeth, behoorde tot
dat huis Dus ook zij drojg het verval
in zich.... Na de onwetendheid van
haar jeugd scheen het wreed te moeten
aanvaarden, dat zij voor pracht en
verval geboren was.
TWINTIGSTE
HOOFDSTEK
Tn het midden der 19e eeuw werd het
A overwicht van Oostenrijk in den
Duitschen Bond een doorn in het oog
van Pruisen. Bismarck, die zijn Holien-
zollern heel wat meer competent achtte
dan de Habsburgers, hield den toe
stand voor bepaald onhoudbaar. De
gelegenheid om hierin verandering te
brengen liet echter lang op zich wach
ten. Bismarck zag in, dat hij zelf voor
een conflict zou moeten zorgen.
In den oorlog met Denemarken om
Sleeswijk-Holstein had Oostenrijk zich
loyaal gedragen eii was op verzoek
van Pruisen als bondgenoot naar het
krijgstooneel gesneld.
(Wordt vrrvolnd)